Samenvatting hoorcolleges
,Inhoudsopgave
Hoorcollege 1: Organisatiepsychologie ........................................................................................................... 2
Hoorcollege 2: Work in the 21st Century Chapter 4: Job Analysys and Performance ....................................... 3
Hoorcollege 3: leiderschap deel 1 ................................................................................................................... 5
Hoorcollege 4: leiderschap deel 2 ................................................................................................................... 7
Hoorcollege 5: Personeelsbeslissingen ......................................................................................................... 11
Hoorcollege 6: individuele verschillen en assessment ................................................................................... 15
Hoorcollege 7: prestatiemetingen ................................................................................................................ 18
Hoorcollege 8: prestatiemanagement........................................................................................................... 22
Hoorcollege 9: motivatie deel 1 .................................................................................................................... 24
Hoorcollege 10: motivatie deel 2 .................................................................................................................. 27
Hoorcollege 11: flow .................................................................................................................................... 28
Hoorcollege 12: coaching.............................................................................................................................. 30
Hoorcollege 13: Work in the 21st Century. Stress and worker well-being - Chapter 10................................... 31
Hoorcollege 14: training & development ...................................................................................................... 34
Hoorcollege 15: artikelen van week 8 ........................................................................................................... 39
Hoorcollege 16: Teams ................................................................................................................................. 40
Hoorcollege 17: artikelen week 9 ................................................................................................................. 43
Hoorcollege 18: rechtvaardigheid, eerlijkheid en diversiteit ......................................................................... 47
Hoorcollege 19: rechtvaardigheid, eerlijkheid en diversiteit ......................................................................... 50
1
,Hoorcollege 1: Organisatiepsychologie
Wat is organisatiepsychologie?
- Organisatie psychologen gebruiken psychologische principes en onderzoeken methoden om
problemen op te lossen op de werkplek.
Perspectieven
- Human Resources Management
- HR specialist
- Consultancy
- Onderzoek
Geschiedenis 1876-1930
- Cattel = Verschillen tussen individuen gebruiken om gedrag te voorspellen
- Munsterberg = interactie tussen individuen en de omgeving
- WO I = Testen van IQ kreeg een boost (laag IQ zorgt voor meer kosten dan baten).
Hawthorne effect
- Hawthorne effect = een verandering in gedrag door
attituden dat het resultaat is van verhoogde aandacht
o Als je een persoon vraagt ‘’hoe gaat het’’, dan
verander je al het gedrag of gevoel van de
cliënt.
Human relations movement
- Human relations movements
o Theories of motivations
o Emotional world of the worker
o Studies of job satisfaction
I/O Psychologie de dag van vandaag: werken vanuit huis
Wat we nu weten…
- Het bespaard tijd, ruimte en energie
- Wisselende resultaten op performance
- Wisselende resultaten op het welzijn
- Individuele verschillen
Maximum performance versus typical performance
- Maximum performance = het prestatieniveau in een bepaald domein dat men gedurende een korte
periode op aanvraag kan produceren als men ervoor kiest om maximale inspanning te leveren
- Typical performance = dagelijkse prestaties
- Of je kiest voor typische versus maximum performance hangt af van de moderator = factor welke de
correlatie beïnvloed tussen X en Y.
o Als je alcohol drinkt beïnvloed dat je rijgedrag (correlatie tussen twee variabelen). De
correlatie wordt beïnvloed door antibiotica: als je alcohol en antibiotica tegelijk gebruikt
heeft dat een grotere invloed op het rijgedra
2
, Multicultural & Cross-Cultural Issues in I-O Psychology
- Cultuur = systeem waarin individuen betekenis en gemeenschappelijke
manieren delen om gebeurtenissen en objecten te bekijken
De vijf dimensies van Hofstede’s Theorie van Cultuur:
- Individualisme/collectivisme
o De mate waarbij individuen verwacht wordt om op zichzelf te
laten versus geïntegreerd blijven in de groep (voornamelijk de
familie).
- Machtsafstand
- De mate waarin minder machtige leden van een organisatie een
ongelijke machtsverdeling accepteren en verwachten.
- Onzekerheidsvermijding
o De mate waarin leden van een cultuur zich comfortabel voelen in ongestructureerde
situaties.
- Mannelijkheid/feniminiteit
o De verdeling van emotionele rollen tussen de geslachten waarbij de mannelijke rol wordt
gezien als '' stoer '' en de vrouwelijke rol als '' teder '': mannelijke culturen hebben de neiging
om prestatie en technische prestaties te benadrukken, terwijl de vrouwelijke cultuur de
neiging heeft om benadruk interpersoonlijke relaties en communicatie.
- Oriëntatie op lange termijn versus korte termijn
o De mate waarin leden van de cultuur onmiddellijke of vertraagde bevrediging van hun
materiële, sociale en emotionele behoeften verwachten.
Hoorcollege 2: Work in the 21st Century Chapter 4: Job Analysys and
Performance
Module 4.1: A Basic Model of Performance
- Prestaties = acties of gedragingen
- Effectiviteit = evaluatie van resultaten van prestaties
- Productiviteit = verhouding tussen effectiviteit (output) en kosten om dat niveau van effectiviteit te
bereiken (input)
Campbell’s determinanten van werkprestatie
- Declaratieve kennis (DK) = kennis over feiten
(begrijpen wat je doet).
- Procedurele kennis & skills (PKS) = weten hoe iets
gedaan moet worden (begrijpen hoe je het moet
doen).
- Motivatie (M) = de keuzes die individuen maken
Criteria deficiëntie & contaminatie
- Ultiem (theoretisch) criterium = Ideale maatstaf voor alle relevante aspecten van werkprestaties
- Werkelijk criterium = Werkelijke maatstaf voor verkregen werkprestaties
- Verschillen tussen ultiem criterium en feitelijk criterium vertegenwoordigen onvolkomenheden in de
meting - tekort en vervuiling
Criteria deficiëntie & contaminatie (cont’d).
- Criteriumdeficiëntie = Wanneer het werkelijke criterium informatie mist die deel uitmaakt van het
gedrag dat men probeert te meten
- Criteriumverontreiniging = Wanneer het werkelijke criterium informatie bevat die geen verband
houdt met het gedrag dat men probeert te meten
Figure 4.3 Criteria Contaminatie, Deficientie & Relevantie
3