100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting 2.8 Onderwijswetenschappen (FSWE2-082-A)

Rating
3.0
(1)
Sold
8
Pages
37
Uploaded on
30-06-2021
Written in
2020/2021

Dit is een overzichtelijke samenvatting van probleem 1 tot en met 8 van blok 2.8 onderwijswetenschappen. Elke probleem is samengevat in 4 of 5 pagina's. Onderwerpen zoals metacognitie, motivatie en hoogbegaafdheid komen aan bod.

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
June 30, 2021
File latest updated on
June 30, 2021
Number of pages
37
Written in
2020/2021
Type
Summary

Subjects

Content preview

2.8 ONDERWIJSWETENSCHAPPEN SAMENVATTING


Inhoud
Probleem 1. Het constructivismetochwat!.........................................................................................1
Probleem 2. Hand in hand, kameraden..............................................................................................6
Probleem 3. To read or not to read…...............................................................................................10
probleem 4. Leren leren...................................................................................................................15
probleem 5. Willen is kunnen..........................................................................................................19
probleem 6. Ieder voordeel heb zijn nadeel?...................................................................................24
probleem 7. Leren om te presteren? of presteren om te leren?........................................................29
probleem 8. Moving on....................................................................................................................33

, 1


PROBLEEM 1. HET CONSTRUCTIVISMETOCHWAT!
Leerdoel 1: Wat zijn constructivistische principes in leeromgevingen en hoe
verschillen die principes van traditionele leeromgevingen? / Wat is het verschil
tussen traditionele en constructivistische principes/leeromgevingen?
Constructivisme

Een leeropvatting die uitgaat van het idee dat kennis en begrip actief worden geconstrueerd door
de lerende. Constructivistische theorieën houden zich bezig met de wijze waarop mensen
betekenis geven aan situaties of, meer in het algemeen, met de wijze waarop mensen betekenis
creëren en kennis construeren op basis van ervaringen. Het constructivisme richt zich op lerenden
die hun eigen begrip construeren.


Vier principes die het leren kunnen bevorderen

1. Constructie van kennis (voorkennis);
2. Men kan veel leren van medeleerlingen en leren gaat gepaard met sociale onderhandeling;
3. Het stellen van doelen, het maken van plannen en het monitoren van het eigen leerproces
(zelfregulerend leren) zijn belangrijke aandachtspunten in de constructivistische leeropvattingen;
4. Betekenisvolle taken in het onderwijs worden gebruikt om de leersituatie meer te laten lijken op
toekomstige beroepssituaties.

Traditionele onderwijs
Onderwijs dat zich richt op de overdracht van kennis en een klaslokaal waarin leraren de
overbrengers van betekenis zijn. Vaardigheden die centraal staan: het beheersen van
basisleervaardigheden of het antwoorden op specifieke vragen die ruim van tevoren zijn
vastgesteld.


Twee modellen van leren

1. Transmissiemodel: benodigde kennis en vaardigheden worden overgedragen aan
leerlingen. Leerlingen nemen kennis op.
2. Constructiemodel: kennis en vaardigheden worden opgebouwd. Minimale/indirecte
instructie. Gaat om het leerproces ipv het leerdoel.


Traditioneel Constructivistisch

Weinig interactie Interactie en samenwerking is belangrijk

Werkt naar een product toe Gericht op het leerproces

Directe informatieoverdracht Actieve houding van leerlingen

Transmissiemodel Constructiemodel

Leraar gericht Studentgericht

, 2

Vier belangrijke instructiemethoden
1. Onderzoekend leren (inquiry based learning, IBL): leerlingen krijgen een vraag /stellen
een vraag op met een open einde en zoeken naar een antwoord/verklaring. De verklaringen
worden geëvalueerd en de eigen conclusies worden gecommuniceerd en verduidelijkt.
Problemen oplossen en communiceren zijn belangrijke activiteiten. De rol van de docent is
vooral die van een facilitator van het onderzoeksproces.
2. Probleemgestuurd onderwijs (problem based learning, PBL/PGO): Problemen worden
voorgelegd aan kleine groepjes leerlingen. De leerlingen stellen hierbij leerdoelen op en
gaan zelf antwoorden zoeken op deze vragen. In een volgende bespreking wordt de
zelfgezochte informatie besproken (discussie) en kunnen vragen worden gesteld.
Activering van voorkennis en elaboratie worden cruciaal geacht. (onderwijsvorm bij EUR
peda)
3. Projectmatig leren (project based learning, PjBL): het onderwijs wordt georganiseerd
rond projecten, die de activiteiten van de leerlingen sturen. Er moeten specifieke
eindproducten worden bereikt en die zijn duidelijk gedefinieerd, terwijl de processen om
tot het eindproduct te komen kunnen variëren. De rol van de docent bestaat uit het
faciliteren van het project.
4. Casus-gebaseerd leren (Casus based learning, CBL): leerlingen krijgen een casus
voorgelegd. In CBL moeten leerlingen zich van tevoren voorbereiden op de groepssessie
en kunnen ze vragen stellen tijdens de sessie, wanneer de casus wordt besproken onder
begeleiding van een facilitator (itt PBl, waarbij het probleem het startpunt is).

Overeenkomsten
 Samenwerking met medeleerlingen is belangrijk (IBL en PjBL kunnen ook
individueel);
 Studentencontrole en studenten die verantwoordelijkheid nemen voor hun leerproces
zijn vereist
 Ze werken met betekenisvolle taken, of het nu vragen, problemen, projecten of cases
zijn.

Verschillen
 PGO en CBL  het is de taak van de leraar om de groepsdiscussie te faciliteren. IBL
 ook, maar de leerkracht treedt hier ook op als expert, omdat hij of zij informatie
geeft aan de leerlingen op basis van hun vragen
 Het aanbod van leeractiviteiten is meestal meer divers in IBL en PjBL in vergelijking
met PBL en CBL;
 IBL en PjBL hebben meer diverse eindproducten in vergelijking met PBL en CBL
 Afhankelijk van de hoeveelheid begeleiding die gegeven wordt, kunnen IBL en PjBL
meer student gecentreerd zijn in vergelijking met PBL en CBL, omdat leerlingen in
sommige gevallen zelf met hun vragen en projecten komen
 PBL  eerst (voor)bespreking, daarna informatie verzamelen, CBL  eerst
voorbereiden dan bespreking

, 3

Classificatieschema voor leeromgevingen
Aan de hand van dit model kun je verschillende soorten leeromgevingen construeren. Een
leeromgeving wordt samengesteld door de drie hoofdaspecten: leerdoelen, de verdeling van de
rollen van de leraar en leerlingen, en de rollen van lerenden in relatie tot elkaar.

Leerdoelen

 Leerproducten
o Kennis over leerinhoud  relevante feiten e.d. weten
o Kennis over leerprocessen  weten welke leermethoden bestaan, welke voor jezelf
het beste werkt en welke voor bepaalde situaties het beste werkt
o Houding tegenover leerinhoud  bijv. hoe veel plezier je in een vak hebt
o Houding tegenover leerprocessen  bijv. hoe graag je iets wil begrijpen
o Cognitieve leervaardigheden  bijv. hoe je bepaalde verworven kennis of
vaardigheden moet toepassen
o Affectieve leervaardigheden  bijv. hoe je jezelf kunt motiveren om iets te
begrijpen wat je nog niet snapt
o Sociale leervaardigheden  bijv. iets uit kunnen leggen aan iemand anders → de
ander helpen te leren
o Overbrengvaardigheden  het vermogen om kennis, leervaardigheden en
houdingen toe te passen in situaties die onbekend zijn of anders zijn dan je gewend
bent
 Leerproces (leren te leren)
o Voorbereidende leerfuncties  bijv. ontbrekende eerdere kennis vinden
(cognitief), uitdagingen vinden (affectief) en oriëntatie op leerdoelen
(metacognitief)
o Executieve leerfuncties  bijv. oefenen en toepassen (cognitief), motivatie en
zelfvertrouwen opbouwen en behouden (affectief) en oorzaken van falen en
problemen vinden (metacognitief)
o Afsluitende leerfuncties  bijv. denken over de toekomst (cognitief), toekennen
van uitkomsten (affectief) en evalueren van leerprocessen en uitkomsten
(metacognitief)


Verdeling leerkracht en leerlingen

 Gedragsmodel  leraar instrueert de leerlingen zodat die beter worden in een bepaald vak
 leraar instrueert over wat en hoe geleerd moet worden, leerling doet dit
 Ontwikkelingsmodel  leerling leert van leraar die vragen stelt en leerlingen uitdaagt
(leraar soort coach))
 Leertijdmodel (apprenticeship model)  leerling en leraar participeren in gedeelde wereld
die gericht is op een bepaald onderwerp. De leraar heeft hier al ervaring in en leert zo via
modeling de leerling wat die moet doen

Available practice questions

$7.18
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Reviews from verified buyers

Showing all reviews
3 year ago

3.0

1 reviews

5
0
4
0
3
1
2
0
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
elsvanbroekhoven Erasmus Universiteit Rotterdam
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
38
Member since
4 year
Number of followers
29
Documents
18
Last sold
2 months ago

2.0

2 reviews

5
0
4
0
3
1
2
0
1
1

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions