Trefbal
XX & XX
ESW1V.H1 & ESW1V.H2
DEEL A
, Doelgroep omschrijving:
Voor welke doelgroep hebben jullie de interventie bedacht. Onderbouw de keuze met
literatuur over de doelgroep.
Doelgroep: Jongvolwassenen met een autisme.
Leeftijdscategorie: 16 t/m 21 jaar
Wat is autisme?
Autisme in het kort
Het woord autisme is afgeleid van het Griekse woord αὐτός.
Met autisme bedoelen we de diagnoses: Autisme Spectrum Stoornis (ASS), klassiek
autisme, Asperger en PDD-NOS (waaronder subgroep McDD).
Kenmerken:
In een artikel van de Nederlandse Vereniging voor Autisten (z.j.) staat beschreven dat
mensen die een vorm van autisme hebben de informatie in de hersenen op een andere
manier verwerken. Dit blijft voor je gehele levensduur een rol spelen omdat je met autisme
wordt geboren. Opvoeding is hiervan niet de oorzaak.
Alles wat mensen met autisme waarnemen met hun zintuigen wordt op een andere manier
verwerkt. Daardoor is er een andere ‘mix’ van sterke en zwakkere kanten vergeleken met
mensen zonder autisme. Mensen met autisme hebben de kenmerken dat ze oog hebben
voor detail, zijn eerlijk wat tevens ook kan leiden dat ze recht door zee zijn, vaak analytisch
en hardwerkend zijn. Maar hebben moeite met een overzicht houden en het hebben van
sociale contacten. Ook hebben ze een opvallend beperkt aantal interesses.
Of iemand autisme heeft kun je niet zien aan de buitenkant, maar dit heeft wel een grote
invloed op iemands leven. Hoe groot deze invloed heeft en op welke manier, dat verschilt
per persoon maar ook per levensfase.
Er bestaan verschillende soorten autisme. Bij sommige soorten autisme zoeken mensen
weinig contact met anderen.
Mensen met autisme spectrum stoornissen (ASS) kunnen ook te maken hebben met
(psycho)motorische problemen, oftewel: het bewegen gaat anders dan bij mensen zonder
autisme (Emck, 2011, 2012, 2014). Een voorbeeld hiervan is dat mensen met ASS wat
houterig of vertraagd bewegen. Ze bewegen minder soepel dan andere jongvolwassenen
zonder ASS.
Verband tussen levensfase en problematiek:
Autisme uit zich op veel verschillende manieren. Volgens de NVA heeft geen enkele
jongvolwassene alle kenmerken van autisme. Daarom is het normaal dat je bepaalde zaken
XX & XX
ESW1V.H1 & ESW1V.H2
DEEL A
, Doelgroep omschrijving:
Voor welke doelgroep hebben jullie de interventie bedacht. Onderbouw de keuze met
literatuur over de doelgroep.
Doelgroep: Jongvolwassenen met een autisme.
Leeftijdscategorie: 16 t/m 21 jaar
Wat is autisme?
Autisme in het kort
Het woord autisme is afgeleid van het Griekse woord αὐτός.
Met autisme bedoelen we de diagnoses: Autisme Spectrum Stoornis (ASS), klassiek
autisme, Asperger en PDD-NOS (waaronder subgroep McDD).
Kenmerken:
In een artikel van de Nederlandse Vereniging voor Autisten (z.j.) staat beschreven dat
mensen die een vorm van autisme hebben de informatie in de hersenen op een andere
manier verwerken. Dit blijft voor je gehele levensduur een rol spelen omdat je met autisme
wordt geboren. Opvoeding is hiervan niet de oorzaak.
Alles wat mensen met autisme waarnemen met hun zintuigen wordt op een andere manier
verwerkt. Daardoor is er een andere ‘mix’ van sterke en zwakkere kanten vergeleken met
mensen zonder autisme. Mensen met autisme hebben de kenmerken dat ze oog hebben
voor detail, zijn eerlijk wat tevens ook kan leiden dat ze recht door zee zijn, vaak analytisch
en hardwerkend zijn. Maar hebben moeite met een overzicht houden en het hebben van
sociale contacten. Ook hebben ze een opvallend beperkt aantal interesses.
Of iemand autisme heeft kun je niet zien aan de buitenkant, maar dit heeft wel een grote
invloed op iemands leven. Hoe groot deze invloed heeft en op welke manier, dat verschilt
per persoon maar ook per levensfase.
Er bestaan verschillende soorten autisme. Bij sommige soorten autisme zoeken mensen
weinig contact met anderen.
Mensen met autisme spectrum stoornissen (ASS) kunnen ook te maken hebben met
(psycho)motorische problemen, oftewel: het bewegen gaat anders dan bij mensen zonder
autisme (Emck, 2011, 2012, 2014). Een voorbeeld hiervan is dat mensen met ASS wat
houterig of vertraagd bewegen. Ze bewegen minder soepel dan andere jongvolwassenen
zonder ASS.
Verband tussen levensfase en problematiek:
Autisme uit zich op veel verschillende manieren. Volgens de NVA heeft geen enkele
jongvolwassene alle kenmerken van autisme. Daarom is het normaal dat je bepaalde zaken