Hoofdstuk 1 → Engels in het basisonderwijs
1.1 → Inleiding
1981 → de wet waarin engels verplicht werd op de basisonderwijs werd geïntroduceerd. In
de wet stonden vier voorwaarden waaraan voldaan moest worden:
● Engels diende een geïntegreerde plek te krijgen in het lesprogramma van de
Nederlandse basisschool
● Leerkrachten dienden behoorlijk opgeleid te zijn
● Er moest een goede aansluiting met het voortgezet onderwijs totstandkomen
● Er moest verantwoord lesmateriaal beschikbaar zijn
Sinds 1986-1987 → Wettelijk verplicht vak in groep 7 en groep 8
SInds 2006 → EIBO is een van de zeven vakgebieden waarop nieuwe kerndoelen
basisonderwijs betrekking hebben
1.2 → De redenen om een vreemde taal in te voeren
Redenen invoering Engels in basisschool:
1. Politieke reden → Ministerraad van Raad van Europa: alle leerlingen in de
lidstaten vanaf 10 jaar les in tenminste één vreemde taal.
2. Pedagogische en leerpsychologische reden → VLGS taaldeskundigen leren
jonge kinderen schijnbaar meer moeiteloos, sneller en beter een vreemde taal dan
oudere kinderen. Jonge kinderen zijn beter in het horen van klanken, terwijl oudere
kinderen de woorden makkelijker uit hun hoofd kunnen leren.
3. 4 jaar aangesloten Engels → alle kinderen hebben sowieso 4 jaar Engels
4. Internationale taal → internationale communicatie, zowel digitaal als fysiek
5. Engels maakt deel uit van de Nederlandse cultuur → groot aantal Engelse
woorden geïntegreerd in Nederlands
1.3 → Vroeg vreemdetalenonderwijs (vvto) in Nederland
Bij vroeg vreemdetalenonderwijs maken we onderscheid tussen twee categorieën:
● Eibo → Engels in het basisonderwijs = groep 7 en 8
● Vvto → vroeg vreemdetalenonderwijs, waarbij leerlingen vanaf groep 1-2
minimaal 60 minuten per week Engels krijgen
● Vto → vroeg vreemdetalenonderwijs voor groep 5-6 met 2x 30 minuten per
week
→ In Nederland wordt steeds meer gebruik gemaakt van vvto, wat positief werkt
voor de kinderen. Echter werkt het nadelig voor kinderen met een allochtone
achtergrond. Hieronder zie je de positieve signalen van het werken met vvto:
● Leerlingen krijgen meer inzicht in taal in het algemeen
● Ze krijgen meer zelfvertrouwen
● Het draagt bij aan meer verdraagzaamheid voor anderstaligen
● De attitude met betrekking tot het lezen van talent wordt positief beïnvloed
● Het stimuleert internationalisering
● De kinderen krijgen een betere uitspraak en grotere woordenschat
,1.4 → Waarom Engels?
→ Sociaal- culturele redenen:
● Engels is een internationale taal (lingua franca)
● De meeste andere Europese landen kiezen voor Engels
● Angelsaksische cultuur in Nederland, dit houdt in dat kinderen buiten school heel
veel met Engels in aanraking komen
→ Onderwijskundige redenen:
● Het is Europees beleid
● Pedagogische en leerpsychische redenen
● Minimaal 4 jaar aaneengesloten Engels voor alle leerlingen
● Engels is een internationale taal
● Engels maakt deel uit van de Nederlandse cultuur
1.5 → De positie van meertalige leerlingen
Engels voor allochtone kinderen heeft zowel positieve als negatieve punten.
● Negatief
○ Ze raken in de war tussen de talen
○ Ze raken in een achterstand als ze Engels niet volgen
● Positief
○ Ze hebben een voorsprong, aangezien ze het proces van een nieuwe taal
leren al door hebben
○ Ze hebben dezelfde beginsituatie ten opzichte van Engels, aangezien
niemand Engels kan
○ Ze hebben geen verwantschap met de moedertaal
1.6 → De aansluiting met het vervolgonderwijs
Er wordt in het voortgezet onderwijs nauwelijks rekening gehouden met de voorkennis van
de kinderen. De voornaamste redenen hiervoor zijn:
● De beginsituatie loopt sterk uiteen
● De aanleverende basisscholen werken heel verschillend
● De bestede lestijd varieert sterk
● Het effect van Engels in het basisonderwijs verdwijnt snel
● De spreekvaardigheid van de basisschoolleerkracht is gebrekkig
● De basisschoolleerkracht is onvoldoende opgeleid voor het vak Engels
→ Verschillen in leerstofaanbod en werkwijze
● Geen doorlopende leerlijn → een oplossing hiervoor zou zijn, differentiatie
bieden in de brugklas.
● Wederzijdse onbekendheid met didactiek en leerstofinhoud → de aanpak van de
brugklas en de basisschool loopt uiteen.
● Vicieuze cirkel → Basisschoolleerkrachten raken gedemotiveerd voor het vak
vanwege vrijblijvende houding van het voortgezet onderwijs ten opzichte
van Engels in het basisschoolonderwijs
, ● De implementatie van de kerndoelen → De invoering van de kerndoelen voor
Engels in het basisonderwijs kan de heterogeniteit van de instroom in het
voortgezet onderwijs verminderen.
● Het ontwikkelen van longitudinale leerplannen → Dit wil zeggen lespakketten die
een doorgaande leerlijn aanbieden van begin groep 7 tot het derde jaar
van de basisvorming.
→ Peiling en rapportage aan het eind van de basisschool
● Het Europees taalportfolio → dit is een overzicht van het niveau van
taalvaardigheid van de leerling. (overzicht van niveaus zie blz. 32/33) Een
taalportfolio bestaat uit 3 dingen:
○ Een talenpaspoort
○ Een taalbiografie, geschreven door leerlingen
○ Een persoonlijk dossier
● Een cito- toets voor Engels in het basisonderwijs → De toets omvat
luistervaardigheid, leesvaardigheid, woordenschat en schriftelijke
woordenschat.
● Toetsen van Anglia network Europe → Met deze toets kun je het niveau van de
leerling vaststellen.
● Differentiatie in de brugklas → Door al deze mogelijkheden, zou de leerkracht
van Engels in de brugklas differentiatie moeten bieden
● Samenwerken tussen basisscholen en het voortgezet onderwijs
→ De opleiding van leerkracht Engels
● Verschillen in bekwaamheid → Elke leerkracht heeft een andere scholing
gehad in Engels
● Verschillend in lestijd besteed aan Engels → de gemiddelde lestijd per week
bedraagt 45 minuten. De norm is is 80 a 100 uur per jaar, dat is 60
minuten per week.
1.7 → Engels op de pabo
Sinds 1995 mogen scholen ook een vakleerkracht voor Engels aanstellen. Er zijn echter
zwaarwegende argumenten om het vak te laten geven door groepsleerkrachten.
● Ze kent de kinderen niet
● Ze wilt vaak te veel van de kinderen
● Ze willen vaak alles correct
→ Het kerncurriculum
In 2010 werd kennisbasis Engelse taal op de Pabo gepubliceerd, waarin beschreven staat
wat een pabo student minimaal zou moeten weten over de didactiek van het vak Engels,
terwijl B2 van ERK het gewenste niveau dient te zijn voor taalvaardigheid.
→ Taalvaardigheid voor Engels in het basisonderwijs
● Diagnostische toets taalvaardigheid → Een toets om het niveau van pabo
studenten vast te stellen
● Het vereiste niveau → B2 is het vereiste niveau van een leerkracht
, → Het Europees Taalportfolio
● Nascholing → hierin proberen ze de kennis en vaardigheden met betrekking
tot Engels in het basisonderwijs te vergroten
Hoofdstuk 2 → Doelstellingen
2.1 → Inleiding
Het ontwikkelde doelstelling model vormt tegenwoordig de grondslag voor het moderne
vreemdetalenonderwijs voor alle doelgroepen, niet alleen volwassenen of leerlingen in het
voortgezet onderwijs, maar ook in het basisonderwijs.
● Taalmiddelen
○ Taalfuncties → communicatieve productdoelen, door middel van taal
kunnen we bijvoorbeeld iets meedelen of vragen. Mening geven,
gevoel uitdrukken.
○ Taalnoties → we delen niet alleen mee of vragen, maar delen iets
mee, vragen iets. Dit ‘iets’ is een taalnotie. De weg vragen
→ Bekijk blz. 48/49 voor extra informatie
2.2 → De kerndoelen voor Engels in het basisonderwijs
Kerndoelen Engels Basisonderwijs:
● 13 → De leerlingen leren informatie te verwerven uit eenvoudige gesproken en
geschreven Engelse teksten
● 14 → De leerlingen leren in het Engels informatie te vragen of geven over
eenvoudige onderwerpen (zij moeten een attitude ontwikkelen waarbij ze zich durven
uit te drukken in die taal, het moet dus leuk en betekenisvol voor ze zijn)
● 15 → De leerlingen leren de schrijfwijze van enkele eenvoudige woorden over
alledaagse onderwerpen
● 16 → De leerlingen leren om woordbetekenissen en schrijfwijzen van Engelse
woorden op te zoeken met behulp van het woordenboek
2.3 → De kerndoelen in de lespakketten voor Engels
In deze paragraaf volgt een overzicht van de lespakketten die in het Nederlandse
basisonderwijs worden gebruikt. We onderscheiden hierbij drie soorten:
● Lespakketten, uitgegeven door Nederlandse educatieve uitgevers, die bestemd zijn
voor de Nederlandse markt
● Engelstalige lespakketten, uitgegeven door Britse educatieve uitgevers, die bestemd
zijn voor internationale markt
● Engelstalige lespakketten die bewerkt zijn voor de Nederlandse markt.
→ Lespakketten voor groep 1-8 en groep 5-8
● Take it easy
● Real English, let’s do it
● The team
● Hello world
● Backpack gold
→ Bij al deze lespakketten wordt gebruik gemaakt van digitaal materiaal.
1.1 → Inleiding
1981 → de wet waarin engels verplicht werd op de basisonderwijs werd geïntroduceerd. In
de wet stonden vier voorwaarden waaraan voldaan moest worden:
● Engels diende een geïntegreerde plek te krijgen in het lesprogramma van de
Nederlandse basisschool
● Leerkrachten dienden behoorlijk opgeleid te zijn
● Er moest een goede aansluiting met het voortgezet onderwijs totstandkomen
● Er moest verantwoord lesmateriaal beschikbaar zijn
Sinds 1986-1987 → Wettelijk verplicht vak in groep 7 en groep 8
SInds 2006 → EIBO is een van de zeven vakgebieden waarop nieuwe kerndoelen
basisonderwijs betrekking hebben
1.2 → De redenen om een vreemde taal in te voeren
Redenen invoering Engels in basisschool:
1. Politieke reden → Ministerraad van Raad van Europa: alle leerlingen in de
lidstaten vanaf 10 jaar les in tenminste één vreemde taal.
2. Pedagogische en leerpsychologische reden → VLGS taaldeskundigen leren
jonge kinderen schijnbaar meer moeiteloos, sneller en beter een vreemde taal dan
oudere kinderen. Jonge kinderen zijn beter in het horen van klanken, terwijl oudere
kinderen de woorden makkelijker uit hun hoofd kunnen leren.
3. 4 jaar aangesloten Engels → alle kinderen hebben sowieso 4 jaar Engels
4. Internationale taal → internationale communicatie, zowel digitaal als fysiek
5. Engels maakt deel uit van de Nederlandse cultuur → groot aantal Engelse
woorden geïntegreerd in Nederlands
1.3 → Vroeg vreemdetalenonderwijs (vvto) in Nederland
Bij vroeg vreemdetalenonderwijs maken we onderscheid tussen twee categorieën:
● Eibo → Engels in het basisonderwijs = groep 7 en 8
● Vvto → vroeg vreemdetalenonderwijs, waarbij leerlingen vanaf groep 1-2
minimaal 60 minuten per week Engels krijgen
● Vto → vroeg vreemdetalenonderwijs voor groep 5-6 met 2x 30 minuten per
week
→ In Nederland wordt steeds meer gebruik gemaakt van vvto, wat positief werkt
voor de kinderen. Echter werkt het nadelig voor kinderen met een allochtone
achtergrond. Hieronder zie je de positieve signalen van het werken met vvto:
● Leerlingen krijgen meer inzicht in taal in het algemeen
● Ze krijgen meer zelfvertrouwen
● Het draagt bij aan meer verdraagzaamheid voor anderstaligen
● De attitude met betrekking tot het lezen van talent wordt positief beïnvloed
● Het stimuleert internationalisering
● De kinderen krijgen een betere uitspraak en grotere woordenschat
,1.4 → Waarom Engels?
→ Sociaal- culturele redenen:
● Engels is een internationale taal (lingua franca)
● De meeste andere Europese landen kiezen voor Engels
● Angelsaksische cultuur in Nederland, dit houdt in dat kinderen buiten school heel
veel met Engels in aanraking komen
→ Onderwijskundige redenen:
● Het is Europees beleid
● Pedagogische en leerpsychische redenen
● Minimaal 4 jaar aaneengesloten Engels voor alle leerlingen
● Engels is een internationale taal
● Engels maakt deel uit van de Nederlandse cultuur
1.5 → De positie van meertalige leerlingen
Engels voor allochtone kinderen heeft zowel positieve als negatieve punten.
● Negatief
○ Ze raken in de war tussen de talen
○ Ze raken in een achterstand als ze Engels niet volgen
● Positief
○ Ze hebben een voorsprong, aangezien ze het proces van een nieuwe taal
leren al door hebben
○ Ze hebben dezelfde beginsituatie ten opzichte van Engels, aangezien
niemand Engels kan
○ Ze hebben geen verwantschap met de moedertaal
1.6 → De aansluiting met het vervolgonderwijs
Er wordt in het voortgezet onderwijs nauwelijks rekening gehouden met de voorkennis van
de kinderen. De voornaamste redenen hiervoor zijn:
● De beginsituatie loopt sterk uiteen
● De aanleverende basisscholen werken heel verschillend
● De bestede lestijd varieert sterk
● Het effect van Engels in het basisonderwijs verdwijnt snel
● De spreekvaardigheid van de basisschoolleerkracht is gebrekkig
● De basisschoolleerkracht is onvoldoende opgeleid voor het vak Engels
→ Verschillen in leerstofaanbod en werkwijze
● Geen doorlopende leerlijn → een oplossing hiervoor zou zijn, differentiatie
bieden in de brugklas.
● Wederzijdse onbekendheid met didactiek en leerstofinhoud → de aanpak van de
brugklas en de basisschool loopt uiteen.
● Vicieuze cirkel → Basisschoolleerkrachten raken gedemotiveerd voor het vak
vanwege vrijblijvende houding van het voortgezet onderwijs ten opzichte
van Engels in het basisschoolonderwijs
, ● De implementatie van de kerndoelen → De invoering van de kerndoelen voor
Engels in het basisonderwijs kan de heterogeniteit van de instroom in het
voortgezet onderwijs verminderen.
● Het ontwikkelen van longitudinale leerplannen → Dit wil zeggen lespakketten die
een doorgaande leerlijn aanbieden van begin groep 7 tot het derde jaar
van de basisvorming.
→ Peiling en rapportage aan het eind van de basisschool
● Het Europees taalportfolio → dit is een overzicht van het niveau van
taalvaardigheid van de leerling. (overzicht van niveaus zie blz. 32/33) Een
taalportfolio bestaat uit 3 dingen:
○ Een talenpaspoort
○ Een taalbiografie, geschreven door leerlingen
○ Een persoonlijk dossier
● Een cito- toets voor Engels in het basisonderwijs → De toets omvat
luistervaardigheid, leesvaardigheid, woordenschat en schriftelijke
woordenschat.
● Toetsen van Anglia network Europe → Met deze toets kun je het niveau van de
leerling vaststellen.
● Differentiatie in de brugklas → Door al deze mogelijkheden, zou de leerkracht
van Engels in de brugklas differentiatie moeten bieden
● Samenwerken tussen basisscholen en het voortgezet onderwijs
→ De opleiding van leerkracht Engels
● Verschillen in bekwaamheid → Elke leerkracht heeft een andere scholing
gehad in Engels
● Verschillend in lestijd besteed aan Engels → de gemiddelde lestijd per week
bedraagt 45 minuten. De norm is is 80 a 100 uur per jaar, dat is 60
minuten per week.
1.7 → Engels op de pabo
Sinds 1995 mogen scholen ook een vakleerkracht voor Engels aanstellen. Er zijn echter
zwaarwegende argumenten om het vak te laten geven door groepsleerkrachten.
● Ze kent de kinderen niet
● Ze wilt vaak te veel van de kinderen
● Ze willen vaak alles correct
→ Het kerncurriculum
In 2010 werd kennisbasis Engelse taal op de Pabo gepubliceerd, waarin beschreven staat
wat een pabo student minimaal zou moeten weten over de didactiek van het vak Engels,
terwijl B2 van ERK het gewenste niveau dient te zijn voor taalvaardigheid.
→ Taalvaardigheid voor Engels in het basisonderwijs
● Diagnostische toets taalvaardigheid → Een toets om het niveau van pabo
studenten vast te stellen
● Het vereiste niveau → B2 is het vereiste niveau van een leerkracht
, → Het Europees Taalportfolio
● Nascholing → hierin proberen ze de kennis en vaardigheden met betrekking
tot Engels in het basisonderwijs te vergroten
Hoofdstuk 2 → Doelstellingen
2.1 → Inleiding
Het ontwikkelde doelstelling model vormt tegenwoordig de grondslag voor het moderne
vreemdetalenonderwijs voor alle doelgroepen, niet alleen volwassenen of leerlingen in het
voortgezet onderwijs, maar ook in het basisonderwijs.
● Taalmiddelen
○ Taalfuncties → communicatieve productdoelen, door middel van taal
kunnen we bijvoorbeeld iets meedelen of vragen. Mening geven,
gevoel uitdrukken.
○ Taalnoties → we delen niet alleen mee of vragen, maar delen iets
mee, vragen iets. Dit ‘iets’ is een taalnotie. De weg vragen
→ Bekijk blz. 48/49 voor extra informatie
2.2 → De kerndoelen voor Engels in het basisonderwijs
Kerndoelen Engels Basisonderwijs:
● 13 → De leerlingen leren informatie te verwerven uit eenvoudige gesproken en
geschreven Engelse teksten
● 14 → De leerlingen leren in het Engels informatie te vragen of geven over
eenvoudige onderwerpen (zij moeten een attitude ontwikkelen waarbij ze zich durven
uit te drukken in die taal, het moet dus leuk en betekenisvol voor ze zijn)
● 15 → De leerlingen leren de schrijfwijze van enkele eenvoudige woorden over
alledaagse onderwerpen
● 16 → De leerlingen leren om woordbetekenissen en schrijfwijzen van Engelse
woorden op te zoeken met behulp van het woordenboek
2.3 → De kerndoelen in de lespakketten voor Engels
In deze paragraaf volgt een overzicht van de lespakketten die in het Nederlandse
basisonderwijs worden gebruikt. We onderscheiden hierbij drie soorten:
● Lespakketten, uitgegeven door Nederlandse educatieve uitgevers, die bestemd zijn
voor de Nederlandse markt
● Engelstalige lespakketten, uitgegeven door Britse educatieve uitgevers, die bestemd
zijn voor internationale markt
● Engelstalige lespakketten die bewerkt zijn voor de Nederlandse markt.
→ Lespakketten voor groep 1-8 en groep 5-8
● Take it easy
● Real English, let’s do it
● The team
● Hello world
● Backpack gold
→ Bij al deze lespakketten wordt gebruik gemaakt van digitaal materiaal.
