100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting SV Natuurkrachten in Nederland havo3

Rating
-
Sold
-
Pages
10
Uploaded on
16-06-2021
Written in
2020/2021

Het document bestaat uit het hoofdstuk over natuurkrachten in Nederland. Dit is gebasseerd op teksten uit dit hoofdstuk voornamelijk voor klas 3 niveau HAVO/VWO. Het gaat over de ontwikkeling van Nederland na de glacialen (ijstijden) dus tijdens de interglaciaal (tussentijdse ijstijd).

Show more Read less
Level
Course









Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Secondary school
Level
Course
School year
3

Document information

Uploaded on
June 16, 2021
Number of pages
10
Written in
2020/2021
Type
Summary

Subjects

Content preview

3 Havo: aardrijkskunde, samenvatting periode 4




Naam: Sem Malestein

Klas: Farel College, H3a

Docent: T. Snelting

, 6.1 Dynamiek op de wadden

Texel, Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog strekt zich uit over Den Helder, langs de
Duitse kust naar het Deens Esbjerg. Het Nederlandse deel bestaat uit de Waddeneilanden, de
Waddenzee en een smalle kuststrook van de aangrenzende provincies Noord-Holland, Friesland en
Groningen. De periode van opkomend water noem je vloed. De periode van afgaand water noem je
eb. Het tijdsverschil tussen de ene vloed en de volgende vloed is gemiddeld 12 uur en 25 minuten.
De dagelijkse beweging van opkomend afgaand water heet het getij.

De Waddenzee is een ondiepe binnenzee die vrijwel geheel is omsloten door land. De vloedstroom
in het waddengebied komt vanuit het westen en verplaatst zich oostwaarts langs de
Waddeneilanden. Na ongeveer 6 uur gaat er een minder sterke ebstroom vanuit het oosten naar het
westen. 1x in de twee weken is er extra hoogwater (springtij).

De Waddenzee bestaat uit verschillende onderdelen. Het Noordzeewater stroomt via zeegaten
tussen de eilanden de Waddenzee binnen. Door de uitschurende werking van de getijstromen zijn de
zeegaten soms wel 30 tot 40 meter diep. Ook de geulen (zijtakken van de zeegaten) zijn altijd gevuld
met water. Ze liggen beneden het niveau van gemiddeld laagwater en zijn 5 tot 10 meter diep. In het
water zweven veel deeltjes (bv. licht kleideeltjes of zwaar grof zand). Deze zwevende deeltjes is slib.
In de geulen stroomt het water zo snel, dat alleen zwaardere slibdeeltjes naar de bodem zakken
(bezinken). De wadplaten in de Waddenzee vallen bij eb droog. Ze worden langzaam opgehoogd met
fijnere slibdeeltjes die bezinken als het water stilstaat bij de van en naar vloed. Zo’n 90% van het
sediment in de Waddenzee is fijn zand. De rest bestaat uit klei (of slik) en slecht 1% uit grof zand. Op
de platen stromen kleine geultjes, de prielen, die bij eb water afvoeren naar de grotere geulen en
dan ook droogvallen. Het wantij is de plek ten zuiden van een eiland, waar de vloedstromen vanuit 2
zeegaten samenkomen. In het rustige stromende of stilstaande water bezinkt het meeste slib. Het is
erg ondiep, dus daarom een ideale plek om te wadlopen.

De meeste Waddeneilanden liggen evenwijdig aan de kust. Ze zijn door de Waddenzee gescheiden
van het vaste land. Op de kop en aan de staart van een eiland liggen enorme zandbanken, grenzend
aan diepe zeegaten. De zandbanken veranderen steeds van plek. Tijdens een storm worden ze
weggeslagen en in rustige tijden worden ze weer opgebouwd. Die veranderingen (dynamiek) zijn het
gevolg van steeds wisselende golven, getijstromen en zandaanvoer.

Langs de Noordzeekust van een eiland liggen brede zandstranden, met duinen erachter. Er is nat
strand dat dagelijks bij vloed overstroomt en droog strand dat alleen bij extra hoog water
onderloopt. Op de hogere en drogere delen van het strand ontstaan lage duinen. De wind waait zand
op, dat ergens verderop achter een polletje gras, een aangespoeld stuk hout of een ander obstakel
blijft steken. Na verloop van tijd groeit het samen tot een duinenrij. Als er genoeg aanvoer van zand
is, ontwikkelen zich aan de zeekant weer nieuwe duinen, zodat er een breed duingebied ontstaat.

Aan de waddenkant ligt een kelder (begroeid stuk land dat direct aan zee grenst en alleen bij hoge
vloed overstroomt. De zee laat elke keer een laagje fijn slib achter, waardoor het grond laagje voor
laagje iets hoger komt te liggen.
$4.83
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
semmalestein
4.5
(2)

Get to know the seller

Seller avatar
semmalestein
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
2
Member since
4 year
Number of followers
2
Documents
4
Last sold
3 year ago

4.5

2 reviews

5
1
4
1
3
0
2
0
1
0

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions