Hoe kauwen dieren?
Mensen kauwen ong 10 sec op eten Carnivoren → Vleeseters
Hond kauwt minder dan 1 sec op eten Omnivoren → Alleseters
Koe kauwt wel 5 min op gras Herbivoren → Planteneters
Planteneter → Koeien.
Zij eten plantaardig voedsel, dat moeilijk fijn te
krijgen is.
→ Plooikiezen, harde richels op het
kauwvlak.
De richels lopen dwars op de kauw richting, zo
kan het voedsel goed worden fijn gemalen.
Vleeseters → Honden.
Zij eten dierlijk voedsel. Zij slikken de stukjes
vlees, zonder op te kauwen, door
→ Zij hebben Knipkiezen + Groter scherpe
hoektanden.
- Met de hoektanden doden en
scheuren vleeseters hun prooi.
- De knipkiezen werken als een schaar
en knippen het vlees in stukjes.
Alleseters → Varkens en mensen.
Zij eten plantaardig en dierlijk voedsel
→ Knobbelkiezen, deze kiezen kunnen het
voedsel goed pletten en malen.
De snijtanden en hoektanden bijten het eten
af.
Plantaardig voedsel is moeilijk fijn te krijgen
doordat rondom plantencellen taaie
celwanden zitten. Vlees bestaat uit dierlijke
cellen zonder celwanden, daardoor is het gemakkelijk fijn te maken.
Waardoor zijn honden slanker dan koeien?
Plantaardig voedsel is door de taaie celwanden moeilijk te verteren. Verteren lukt alleen als
het voedsel lang in het verteringstesel zit. → Veel Planteneters, zoals de koe hebben
daarom meerdere magen. Bij de koe komt het voedsel eerst in :
- De pens → In de pens leven bacteriën die helpen bij het verteren van
celwanden
De koe bestaat een groot deel van de dag aan herkauwen van hun voedsel
- Ballen voorgekauwd gras komen van de pens terug in de bek de koe kauwt het
gras dan nog een keer
, Na drie a vier keer herkauwen gaat het voedsel naar de volgende maag.
- Als het voedsel in alle vier de magen bewerkt is komt het in de darmen
Hier leven bacteriën die meehelpen met de vertering van het voedsel
Het verteringsstelsel van een koe is wel 20 keer zo lang als het lichaam. De buik is zo dik
doordat de magen en de lange darmen in de buik gepropt zitten .
- Vlees is gemakkelijker verteerbaar dan plantaardig voedsel. Vleeseters hebben maar
één maag en korte darmen. De buik is dunner
- Het verteringsstelsel van een hond is 5 keer zo lang als zijn lichaam
- Van een kat is het verteringsstelsel maar 4 keer zo lang als zijn lichaam
- Van een alles eter zit de lengte van het verteringstelsel er tussen in
Groote verteringstelsel →
Planteneters - alles eters - vleeseters
Wanneer heeft een dier genoeg?
Vleeseters → Moeten meer moeite doen voor
voedsel dan planteneters. Een vos moet zijn
voedsel te pakken krijgen.
Planteneters → Weinig moeite, hun voedsel
loopt namelijk niet weg. Een konijn leeft tussen
zijn eten.
De stand van de konijnen verschilt, hierdoor
verschilt de stand van de vossen ook : ze
sterven, krijgen minder jongen of trekken weg.
Dieren kunnen ergens leven als ze voldoende energie (E) binnen krijgen, dat hebben zo
nodig om : Te bewegen , warm te blijven en nieuwe cellen aan te maken.
Energiebalans → Hieraan kun je zien hoeveel energie een dier binnenkrijgt en waaraan het
dier de energie besteedt.
Energie = B + T + P + U
E→ energie uit voedsel/eten
B → om te bewegen
T → om het lichaam op temperatuur te houden
P → voor het maken van nieuwe cellen
U → voor wat het lichaam uitgaat (poep, urine, zweet)
→ Planteneters verliezen meer energie via hun poep (U),
dan vleeseters, doordat er meer onverteerbare stoffen in
hun voedsel zitten.
Mensen kauwen ong 10 sec op eten Carnivoren → Vleeseters
Hond kauwt minder dan 1 sec op eten Omnivoren → Alleseters
Koe kauwt wel 5 min op gras Herbivoren → Planteneters
Planteneter → Koeien.
Zij eten plantaardig voedsel, dat moeilijk fijn te
krijgen is.
→ Plooikiezen, harde richels op het
kauwvlak.
De richels lopen dwars op de kauw richting, zo
kan het voedsel goed worden fijn gemalen.
Vleeseters → Honden.
Zij eten dierlijk voedsel. Zij slikken de stukjes
vlees, zonder op te kauwen, door
→ Zij hebben Knipkiezen + Groter scherpe
hoektanden.
- Met de hoektanden doden en
scheuren vleeseters hun prooi.
- De knipkiezen werken als een schaar
en knippen het vlees in stukjes.
Alleseters → Varkens en mensen.
Zij eten plantaardig en dierlijk voedsel
→ Knobbelkiezen, deze kiezen kunnen het
voedsel goed pletten en malen.
De snijtanden en hoektanden bijten het eten
af.
Plantaardig voedsel is moeilijk fijn te krijgen
doordat rondom plantencellen taaie
celwanden zitten. Vlees bestaat uit dierlijke
cellen zonder celwanden, daardoor is het gemakkelijk fijn te maken.
Waardoor zijn honden slanker dan koeien?
Plantaardig voedsel is door de taaie celwanden moeilijk te verteren. Verteren lukt alleen als
het voedsel lang in het verteringstesel zit. → Veel Planteneters, zoals de koe hebben
daarom meerdere magen. Bij de koe komt het voedsel eerst in :
- De pens → In de pens leven bacteriën die helpen bij het verteren van
celwanden
De koe bestaat een groot deel van de dag aan herkauwen van hun voedsel
- Ballen voorgekauwd gras komen van de pens terug in de bek de koe kauwt het
gras dan nog een keer
, Na drie a vier keer herkauwen gaat het voedsel naar de volgende maag.
- Als het voedsel in alle vier de magen bewerkt is komt het in de darmen
Hier leven bacteriën die meehelpen met de vertering van het voedsel
Het verteringsstelsel van een koe is wel 20 keer zo lang als het lichaam. De buik is zo dik
doordat de magen en de lange darmen in de buik gepropt zitten .
- Vlees is gemakkelijker verteerbaar dan plantaardig voedsel. Vleeseters hebben maar
één maag en korte darmen. De buik is dunner
- Het verteringsstelsel van een hond is 5 keer zo lang als zijn lichaam
- Van een kat is het verteringsstelsel maar 4 keer zo lang als zijn lichaam
- Van een alles eter zit de lengte van het verteringstelsel er tussen in
Groote verteringstelsel →
Planteneters - alles eters - vleeseters
Wanneer heeft een dier genoeg?
Vleeseters → Moeten meer moeite doen voor
voedsel dan planteneters. Een vos moet zijn
voedsel te pakken krijgen.
Planteneters → Weinig moeite, hun voedsel
loopt namelijk niet weg. Een konijn leeft tussen
zijn eten.
De stand van de konijnen verschilt, hierdoor
verschilt de stand van de vossen ook : ze
sterven, krijgen minder jongen of trekken weg.
Dieren kunnen ergens leven als ze voldoende energie (E) binnen krijgen, dat hebben zo
nodig om : Te bewegen , warm te blijven en nieuwe cellen aan te maken.
Energiebalans → Hieraan kun je zien hoeveel energie een dier binnenkrijgt en waaraan het
dier de energie besteedt.
Energie = B + T + P + U
E→ energie uit voedsel/eten
B → om te bewegen
T → om het lichaam op temperatuur te houden
P → voor het maken van nieuwe cellen
U → voor wat het lichaam uitgaat (poep, urine, zweet)
→ Planteneters verliezen meer energie via hun poep (U),
dan vleeseters, doordat er meer onverteerbare stoffen in
hun voedsel zitten.