100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Biogenie 5.2 - leerboek, ISBN: 9789045548647 Biologie

Rating
-
Sold
-
Pages
7
Uploaded on
10-06-2021
Written in
2020/2021

dit is enkel Thema 7: homeostase uit biogenie 5.2

Institution
Course









Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Secondary school
Study
KSO
Course
School year
5

Document information

Summarized whole book?
No
Which chapters are summarized?
Hoofdstuk 7
Uploaded on
June 10, 2021
Number of pages
7
Written in
2020/2021
Type
Summary

Subjects

Content preview

Thema 7: homeostase

1. Uitwendig en inwendig milieu van organismen
• Elk organisme is een opensysteem d.w.z. het wisselt materie en E. uit met z omgeving.

• Bij een eencellig organisme staat de cel rechtstreeks in contact met de omgeving. Eencelligen z dan ook weinig
beschermd tegen veranderingen die in die omgeving optreden.

Wat de omgeving betekent voor een meercellig dier is niet zo eenvoudig te de niëren. Daarom gebruiken
we de begrippen uitwendig en inwendig milieu:
• Het uitwendig milieu is datgene wat zich buiten het organisme bevindt. Dit beperkt zich niet alleen tot alles
wat zich buiten het lichaam bevindt. Verschillende organen in ons lichaam bevatten ook uitwendig milieu, bv.
de longen. De holtes v deze organen staan nl. via lichaamsopeningen in contact met de buitenomgeving. Via
die openingen is er een rechtstreekse uitwisseling v sto en met de buitenwereld mogelijk.

• Het inwendig milieu w gevormd dr de lichaamsvloeisto en, nl. bloed, weefselvocht en lymfe. Het bevindt
zich tss de lichaamscellen en w drm ook het extracellulair milieu genoemd.

Naast het uitwendig en het inwendig milieu onderscheiden we nog het intracellulair milieu, de celinhoud id
lichaamscellen.

Het uitwendig milieu is meestal gekenmerkt dr schommelingen id fysische en chemische omstandigheden:
• Landdieren en waterdieren kunnen leven in een omgeving die te warm of te koud is.
• Waterdieren overleven in water dat minder geconcentreerd (zoet water) of meer geconcentreerd (zeewater) is
dan de eigen lichaamsvloeisto en.

Dieren z in staat om de omgevingsveranderingen op te vangen, zodat de cellen, weefsels en organen er geen
nadelige invloed van ondervinden. De stabiele toestand die hierbij w nagestreefd is de homeostase.

2. Het begrip homeostase
= de min of meer stabiele toestand vh inwendig milieu (de lichaamsvloeisto en) bij dieren en mens.
Vb. Inwendige lichaamstemperatuur: 37°C
Vb. Zuurgraad bloedplasma: 7,35 - 7,45
Vb. Glucoseconcentratie in bloed: 0,1% (variabel)

• Je reageert op veranderingen in je lichaam:
Vb. Te warm (rode blos) —> zweet + uitzetten bloedvaten in huid (afkoeling lichaam + rode blos verdwijnt)
Vb. Buiten adem —> hijgen
Vb. Te koud —> rillingen
Vb. Te weinig voedsel/vocht —> gevoel v honger/dorst

• Homeostatische processen —> vanzelfsprekend
• Het streven nr homeostase vormt de basis v onze gezondheid.
• Verstoord? Vaak aan ziekte lijden


3. Homeostatische regelsystemen
—> bestaat uit 3 v elkaar afhankelijke niveaus die sterk me elkaar verbonden z.
• Sensor = registreert een verandering in het inwendige milieu en stuurt
informatie door naar het controlecentrum. (Bv. Thermoreceptoren lederhuid)
• Controlecentrum = ontvangt en verwerkt informatie en geeft die
informatie door aan de e ector. Controlecentra werken obs setpoints
(instelpunten). (Bv. Hypothalamus)
• E ector = reageert op de informatie van het controlecentrum en zorgt voor e ectieve aanpassing vd
verandering. (Bv. Gladde en dwangstreepje spieren en klieren)

• Setpoints = Instelpunten, grenswaarden waarbinnen het inwendig milieu stabiel wordt gehouden.




ff ff ff ffff ff ff fi

, • Thermoreceptoren in lederhuid nemen *t vh water weer (sensor). Die info w doorgegeven aan en verwekt id
hersenen (Controlecentrum). Vind je het water te warm of te koud, dan regel je het bij: je draait de
doucheknap naar de gewenste kant (e ector).

• Terugkoppeling systeem/ feedbacksysteem = resultaat van de reactie wordt opnieuw door de sensor
geregistreerd en door het controlecentrum beoordeeld
• Negatieve terugkoppeling = als de homeostase bereikt is, w het regelsysteem onderdrukt. De e ectoren w
uitgezet, op die manier w voorkomen dat er een overreactie plaatsvindt.




4. Thermoregulatie
• De mens is een warmbloedig of homeotherm dier.
= in staat zijn een vrij constante lichaamstemperatuur te behouden, ondanks variaties id omgevings*t.
—> warmte gebruiken die vrijkomt bij celademhaling

• Kerntemperatuur = temperatuur centraal ih lichaam (37 °C)


4.1 Stabiel houden van de kerntemperatuur




4.2 Ontwikkelen van koorts





ff ff
$5.39
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
juliehuisman Katholieke Universiteit Leuven
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
14
Member since
4 year
Number of followers
7
Documents
7
Last sold
5 months ago

4.2

6 reviews

5
1
4
5
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions