machtsverhoudingen
15.1 Context: Westfaalse statensysteem
- Als gevolg van Staatsvorming is tussen de 11e en de 17e eeuw het statensysteem
- Het einde van Romeinse rijk eigenlijk pas in 1648 in Westfalen
- Revolutie in het denken (maatschappelijke rationaliteit)
- geweldsmonopolie en belastingsmonopolie
Statensysteem
- non-interventiebeginsel/soevereiniteitsbeginsel
- Allemaal losse staten werden eindelijk geaccepteerd
Conflict
- conflicten komen voor op micro-, meso- en macroniveau
- zowel latent of manifest aanwezig
Paradigma’s over conflict
Functionalisme-paradigma:
- organisme -> elk deel heeft een eigen taak in de maatschappij
- Conflict is uitzondering en verstoord deze harmonie
- Conflicten ontstaan uit het niet goed samenwerken van relaties
- Conflicten zijn symptoom van niet goed werkende samenleving
Conflict-paradigma:
- Maatschappij is een arena waarin groepen strijden om macht, geld ect
- Conflict is niet negatief -> motor van verandering in de maatschappij
- Machtsverschillen zijn belangrijk
2 stromingen binnen het conflict-paradigma
- Marx: ongelijke inkomsten dus klassenmaatschappij
- Huntington: verschillen in culturen daarom sprake van conflicten
Sociaalconstructivisme:
- kijken naar de handelingen van mensen in conflict situaties
- Welke betekenis word aan welk gedrag gegeven?
Rationele-actor-paradigma:
- aandacht voor hoe groepen die tegenstelde groepen proberen samen te werken
- of hoe ze bij conflicten samen tot een oplossing komen