Groepsvorming en
groepsontwikkeling
1.1 groepsvorming
volgens de ‘belongingness hypothesis’ van Baumeister en Leary hebben alle mensen een natuurlijke
behoefte om zich aan te sluiten bij anderen. Groepslidmaatschap heeft daarom een positief effect op
het psychische welbevinden.
Basisfuncties van groepen
Naast bevrediging van de basale behoefte om ergens bij te horen, zijn groepen om veel verschillende
redenen functioneel:
affiliatie
basale behoefte om ergens bij te horen en geaccepteerd te worden door anderen.
Zekerheid
Door lidmaatschap voelen individuen zich vaak sterker.
Intimiteit
De mogelijkheid plezierige, intensieve contacten met andere onderhouden
sociale steun
groepsleden moedigen elkaar aan of beuren elkaar op.
sociale vergelijkingsinformatie
gevoel van eigenwaarde opvijzelen door andere te kiezen die slechter presteren in een
situatie.
Invloed
De macht van groepen is groter dan die van eenlingen.
Status
Biedt erkenning en status.
Productiviteit
Persoonlijke en gezamenlijke doelen realiseren.
Exploratie
Groepen voorzien leden van informatie, nieuwe ideeën en nieuwe ervaringen.
Verschillen in behoefte tot groepsvorming
De motivatie tot groepsvorming verschilt van persoon tot persoon.
Vooral extraverte personen zouden contact zoeken bij een groep.
Drie basale behoeftes
Groepslidmaatschap vervult drie basale behoeftes:
1. Inclusion (affiliatie)
2. Affection (intimiteit)
3. Control (invloed)
Deze behoeftes bepalen vervolgens zowel hoe we andere mensen zullen behandelen alsook hoe we
graag willen dat anderen zich naar ons opstellen.
1.2 De keuze voor een groep
Basisfuncties van groepen
Er zijn verschillende factoren die ervoor zorgen dat we ons tot een bepaalde groep aangetrokken
voelen:
groepsontwikkeling
1.1 groepsvorming
volgens de ‘belongingness hypothesis’ van Baumeister en Leary hebben alle mensen een natuurlijke
behoefte om zich aan te sluiten bij anderen. Groepslidmaatschap heeft daarom een positief effect op
het psychische welbevinden.
Basisfuncties van groepen
Naast bevrediging van de basale behoefte om ergens bij te horen, zijn groepen om veel verschillende
redenen functioneel:
affiliatie
basale behoefte om ergens bij te horen en geaccepteerd te worden door anderen.
Zekerheid
Door lidmaatschap voelen individuen zich vaak sterker.
Intimiteit
De mogelijkheid plezierige, intensieve contacten met andere onderhouden
sociale steun
groepsleden moedigen elkaar aan of beuren elkaar op.
sociale vergelijkingsinformatie
gevoel van eigenwaarde opvijzelen door andere te kiezen die slechter presteren in een
situatie.
Invloed
De macht van groepen is groter dan die van eenlingen.
Status
Biedt erkenning en status.
Productiviteit
Persoonlijke en gezamenlijke doelen realiseren.
Exploratie
Groepen voorzien leden van informatie, nieuwe ideeën en nieuwe ervaringen.
Verschillen in behoefte tot groepsvorming
De motivatie tot groepsvorming verschilt van persoon tot persoon.
Vooral extraverte personen zouden contact zoeken bij een groep.
Drie basale behoeftes
Groepslidmaatschap vervult drie basale behoeftes:
1. Inclusion (affiliatie)
2. Affection (intimiteit)
3. Control (invloed)
Deze behoeftes bepalen vervolgens zowel hoe we andere mensen zullen behandelen alsook hoe we
graag willen dat anderen zich naar ons opstellen.
1.2 De keuze voor een groep
Basisfuncties van groepen
Er zijn verschillende factoren die ervoor zorgen dat we ons tot een bepaalde groep aangetrokken
voelen: