Pedagogiek 2.3
Inhoudsopgave
College 1........................................................................................................................................................ 2
Coöperatief leren; Simon Veerman................................................................................................................ 3
College 2........................................................................................................................................................ 8
Meer dan onderwijs H3.7.2............................................................................................................................ 9
Meer dan onderwijs H5.5.5............................................................................................................................ 9
College 3 groepsdynamiek........................................................................................................................... 11
Grip op de groep H1..................................................................................................................................... 13
Grip op de groep H2..................................................................................................................................... 13
Grip op de groep H3..................................................................................................................................... 14
Grip op de groep H4..................................................................................................................................... 15
Grip op de groep H5..................................................................................................................................... 17
Grip op de groep H6..................................................................................................................................... 18
Grip op de groep H8..................................................................................................................................... 19
College 4...................................................................................................................................................... 20
College 5 en 6.............................................................................................................................................. 21
Pesten op school H1.2.................................................................................................................................. 22
Pesten op school 4.1 t/m 4.3........................................................................................................................ 23
,College 1
Samen werken is goed omdat kinderen van elkaar kunnen leren in oplossingen bedenken,
manier van aanpakken en met elkaar om gaan. Leerlingen van verschillende niveaus leren
van elkaar denkwijze en leren met elkaar meedenken. Ook leren ze naar elkaar luisteren en
feedback geven.
Samen werken en samen leren =
5 basiskenmerken van coöperatief leren Johnson en Johnson. (Waar Maria van uit gaat)
1. Positieve wederzijdse afhankelijkheid
2. Individuele verantwoordelijkheid
3. Directe interactie
4. Sociale vaardigheden
5. Evaluatie van het groepsproces
Coöperatief leren kagan
Didactische omgeving
Je schept als lk de condities voor samenwerkend leren. Te denken aan de volgende vier
aspecten:
1. De groepssamenstelling
2. De taakkenmerken
3. De hulpmiddelen
4. De voorbereiding op samenwerkend leren
7 sleutels van Kagen.
1. Didactische structuren
2. Werken in teams: heterogeen
3. Klassenmanagement
4. Klassenbouwers: de klas wordt een klas die om elkaar geeft
5. Teambouwers: het gaat niet over de leerstof, maar om elkaar beter leren kennen
6. Sociale vaardigheden
7. Gips: gelijke deelname, individuele aansprakelijkheid, positief wederzijds afhankelijk,
simultane interactie
, Coöperatief leren; Simon Veerman
Kenmerkend voor CL is de noodzaak voor de ll om bij het uitvoeren van een leertaak met
elkaar samen te werken.
Heterogene groepen – geacht met elkaar te discussiëren en te argumenteren over de
leerstof, elkaar uitleg en informatie geven, elkaar overhoren en elkaars zwakke kanten
aanvullen.
Voordelen CL:
- Positieve invloed op cognitieve en sociale ontwikkeling van de leerlingen
(leerprestaties, inter-etnische vriendschappen, acceptatie gehandicapte klasgenoten
en zelfvertrouwen)
- Actief leren
- De ontwikkeling van denkvermogens van de leerlingen
- Leren oplossen van problemen
- Integratie en toepassing van kennis
- Actief mondeling taalgebruik
- Via CL kan beter worden omgegaan met de individuele verschillen tussen de ll in de
klas.
- Kinderen met een leerachterstand doen het goed met CL
Meest effectief als er naast een groepsgeoriënteerde beloning ook de leden van de groep
worden beloond voor hun individuele leerprestaties waarover ze verantwoording dienen af
te leggen.
Een belangrijke voorwaarde voor de effectiviteit van CL: de heterogene samenstelling.
Effectieve CLgroepen bestaan uit goede, middelmatige en zwakke ll.
Middelmatig en zwak: hebben baat bij de samenwerking met de goede ll.
Goed: leren nieuwe leerstrategieën door de leerstof te onderwijzen aan de andere
leerlingen.
Kinderen in Nl leren in een groep maar niet met een groep. Dat komt omdat leren nog wordt
gezien als iets individueels en omdat leerkrachten nog weinig vertrouwd zijn met CL.
Bij recente opvattingen over leren worden meestal twee perspectieven gehanteerd: het
socio-constructivistische perspectief en het socio-culturele perspectief.
Socio-constructivistische perspectief: er wordt van uit gegaan dat de cognitieve processen en
structuren van individuen beïnvloed worden door deelname aan sociale activiteiten. Leren is
een verandering van mentale representaties of structuren onder invloed van sociale
processen.
Socio-culturele perspectief: leren wordt gezien als een sociaal en gesitueerd proces van
kennisconstructie gemedieerd door taal en culturele gereedschappen (computers,
Inhoudsopgave
College 1........................................................................................................................................................ 2
Coöperatief leren; Simon Veerman................................................................................................................ 3
College 2........................................................................................................................................................ 8
Meer dan onderwijs H3.7.2............................................................................................................................ 9
Meer dan onderwijs H5.5.5............................................................................................................................ 9
College 3 groepsdynamiek........................................................................................................................... 11
Grip op de groep H1..................................................................................................................................... 13
Grip op de groep H2..................................................................................................................................... 13
Grip op de groep H3..................................................................................................................................... 14
Grip op de groep H4..................................................................................................................................... 15
Grip op de groep H5..................................................................................................................................... 17
Grip op de groep H6..................................................................................................................................... 18
Grip op de groep H8..................................................................................................................................... 19
College 4...................................................................................................................................................... 20
College 5 en 6.............................................................................................................................................. 21
Pesten op school H1.2.................................................................................................................................. 22
Pesten op school 4.1 t/m 4.3........................................................................................................................ 23
,College 1
Samen werken is goed omdat kinderen van elkaar kunnen leren in oplossingen bedenken,
manier van aanpakken en met elkaar om gaan. Leerlingen van verschillende niveaus leren
van elkaar denkwijze en leren met elkaar meedenken. Ook leren ze naar elkaar luisteren en
feedback geven.
Samen werken en samen leren =
5 basiskenmerken van coöperatief leren Johnson en Johnson. (Waar Maria van uit gaat)
1. Positieve wederzijdse afhankelijkheid
2. Individuele verantwoordelijkheid
3. Directe interactie
4. Sociale vaardigheden
5. Evaluatie van het groepsproces
Coöperatief leren kagan
Didactische omgeving
Je schept als lk de condities voor samenwerkend leren. Te denken aan de volgende vier
aspecten:
1. De groepssamenstelling
2. De taakkenmerken
3. De hulpmiddelen
4. De voorbereiding op samenwerkend leren
7 sleutels van Kagen.
1. Didactische structuren
2. Werken in teams: heterogeen
3. Klassenmanagement
4. Klassenbouwers: de klas wordt een klas die om elkaar geeft
5. Teambouwers: het gaat niet over de leerstof, maar om elkaar beter leren kennen
6. Sociale vaardigheden
7. Gips: gelijke deelname, individuele aansprakelijkheid, positief wederzijds afhankelijk,
simultane interactie
, Coöperatief leren; Simon Veerman
Kenmerkend voor CL is de noodzaak voor de ll om bij het uitvoeren van een leertaak met
elkaar samen te werken.
Heterogene groepen – geacht met elkaar te discussiëren en te argumenteren over de
leerstof, elkaar uitleg en informatie geven, elkaar overhoren en elkaars zwakke kanten
aanvullen.
Voordelen CL:
- Positieve invloed op cognitieve en sociale ontwikkeling van de leerlingen
(leerprestaties, inter-etnische vriendschappen, acceptatie gehandicapte klasgenoten
en zelfvertrouwen)
- Actief leren
- De ontwikkeling van denkvermogens van de leerlingen
- Leren oplossen van problemen
- Integratie en toepassing van kennis
- Actief mondeling taalgebruik
- Via CL kan beter worden omgegaan met de individuele verschillen tussen de ll in de
klas.
- Kinderen met een leerachterstand doen het goed met CL
Meest effectief als er naast een groepsgeoriënteerde beloning ook de leden van de groep
worden beloond voor hun individuele leerprestaties waarover ze verantwoording dienen af
te leggen.
Een belangrijke voorwaarde voor de effectiviteit van CL: de heterogene samenstelling.
Effectieve CLgroepen bestaan uit goede, middelmatige en zwakke ll.
Middelmatig en zwak: hebben baat bij de samenwerking met de goede ll.
Goed: leren nieuwe leerstrategieën door de leerstof te onderwijzen aan de andere
leerlingen.
Kinderen in Nl leren in een groep maar niet met een groep. Dat komt omdat leren nog wordt
gezien als iets individueels en omdat leerkrachten nog weinig vertrouwd zijn met CL.
Bij recente opvattingen over leren worden meestal twee perspectieven gehanteerd: het
socio-constructivistische perspectief en het socio-culturele perspectief.
Socio-constructivistische perspectief: er wordt van uit gegaan dat de cognitieve processen en
structuren van individuen beïnvloed worden door deelname aan sociale activiteiten. Leren is
een verandering van mentale representaties of structuren onder invloed van sociale
processen.
Socio-culturele perspectief: leren wordt gezien als een sociaal en gesitueerd proces van
kennisconstructie gemedieerd door taal en culturele gereedschappen (computers,
