Hoorcollege voeding
10-11-2020
Hoorcollege soorten vet
Leerdoel:
Je benoemt de verschillende soorten vetten in onze voeding.
Drie soorten vet:
- Fosfolipiden
- Sterolen
- Triglyceriden (95% van de vetten uit onze voeding)
Opname korte keten vetzuren (2 tot 4 c-atomen): Direct in het bloed.
Opname lange keten vetzuren (meer dan 12 c-atomen): Via chylomicronen en lymfevaten.
Verschillende lipoproteïnen (transportbolletjes voor de verschillende vetten):
Chylomicronen: Bevat vetten uit de voeding, worden afgegeven aan de lymfevaten. Komen via de
onderste holle ader in de bloedbaan terecht.
VLDL: Vet dat wordt aangemaakt in de lever, verpakt in lipoproteïnen. Geeft triglyceriden af aan
cellen die dit nodig hebben.
LDL: Kan ontstaan uit VLDL. Dit heeft als functie om cholesterol af te geven aan cellen die dit nodig
hebben. De lever kan LDL weer opnieuw opnemen.
HDL: Gemaakt in de lever, zit relatief weinig vet in en veel eiwitten. Pakt cholesterol op van de cellen
waar het niet meer nodig is.
De vetten worden in de darmen opgenomen, die worden daar verpakt in de transporters. De
triglyceriden worden afgegeven aan de cellen die dat nodig hebben. Zo worden de chylomicronen
steeds leger en leger. De lever haalt de chylomocron restjes uit de bloed baan.
Soorten vetzuren in de voeding
Verzadigde vetzuren (hebben geen dubbele bindingen):
Laurinezuur C12:0
Myristinezuur C14:0
Palmitinezuur C16:0
Stearinezuur C18:0
Onverzadigde vetzuren (hebben dubbele bindingen):
Oliezuur C18:1 n-9
Linolzuur C18:2 n-6 Essentieel vetzuur
Alfa-linoleenzuur C18:3 n-3 Essentieel vetzuur
Arachidonzuur C20:4 n-6
Visvetzuren (onverzadigd):
EPA C20:5 n-3 essentieel vetzuur
DHA C22:6 n-3 essentieel vetzuur
, Transvetzuren (onverzadigd):
Claïdinezuur trans- C18:1 n-9
Vacceenzuur trans- C18:1 n-7
Verzadigde vetten zijn hard bij kamer temperatuur.
Onverzadigde vetten zijn vloeibaar bij kamer temperatuur.
Korte vetzuren zijn ook vloeibaar bij kamer temperatuur.
Bij transvetzuren staan de H- atomen recht tegenover elkaar ten opzichte van de dubbele binding.
Bij cis-vetzuren staan de H-atomen aan dezelfde kant van de dubbele binding.
12-11-2020
Hoorcollege over gezondheidseffecten van vetten.
Lesdoelen:
Je licht toe waar de discussie over ‘wel of geen negatieve gezondheidseffecten van
verzadigd vet’ op gebaseerd is.
Je legt uit wat de achtergrond is van de aanbeveling voor verschillende vetten en vetzuren.
Bij een onderzoek wordt 1 energie% koolhydraten vervangen en daarvoor in de plaats wordt 1
energie% van een bepaald type vet toegevoegd.
Vervanging van koolhydraten door verzadigd vet doet niet veel met de totaal cholesterol/HDL
ratio, maar vervanging van verzadigd vet door onverzadigde vetten verlaagt deze ratio en dat is dus
gunstig.
Richtlijn RGV: Vervang boter, harde margarine en bak- en braadvetten door zachte margarines,
vloeibaar bak- en braadvet en plantaardige oliën.
De discussie over of verzadigd vet wel of geen negatieve gezondheidseffecten is gebaseerd op:
1. Systematische review: samenvatting van alle clinical trials die op een bepaald gebied zijn. Als
hier een analyse nog over wordt gedaan dan heet dat een meta-analyse.
2. Clinical trials, je geeft een groep mensen bepaalde voeding en een andere groep mensen
geef je precies hetzelfde, alleen één component is anders. Je meet van te voren en daarna de
waarde die je wilt weten. Uit deze studies blijkt vrijwel altijd dat een hoger verzadigde vet
inname samenhangt met een hoog LDL-cholesterol.
3. Cohort studies: Je meet de voeding van een grote groep mensen en kijkt of die mensen in de
loop van de tijd een bepaalde ziekte ontwikkelen. Heel lastig want voeding meten is moeilijk
om goed te kunnen uitvoeren. Er zijn veel verstorende factoren (mensen die niet sporten, of
andere producten ook nog eten die misschien niet gezond zijn) die in deze onderzoeken niet
altijd worden meegenomen. Daardoor kun je misschien verbanden zien die er niet zijn, en
verbanden die er eigenlijk wel zijn over het hoofd zien.
Samenvatting van de voedingsnormen voor volwassene en kinderen:
Totaal vet 20 – 40 energieprocent, bij neiging tot Hogere vet-inneming leidt vaak tot een
, overgewicht 20 – 35 energieprocent. hogere inname van energie.
Verzadigd vet Minder dan 10 energieprocent Minimalisering van hart- en vaatziekten.
Transvet Minder dan 1 energieprocent Minimalisering van hart- en vaatziekten
Linolzuur 2 energieprocent Te weinig? Groeiachterstand +
huidaandoeningen. Aanbeveling om tekorten te
voorkomen.
Alfa- 1 energieprocent Bij tekorten mogelijk leerstoornissen,
linoleenzuur verminderd gezichtsvermogen. Daarnaast
beschermend effect op coronaire hartziekten.
Hierop is de aanbeveling gebaseerd.
Meervoudig Minder dan 12 energieprocent Mogelijk hoger risico op kanker bij te veel
onverzadigd vet inname, maar te weinig bewijs voor.
Aanbevelingen vis en visvetzuren?
Gebruik van 1 portie vis per week resulteert al in de maximale gezondheidswinst 15% minder kans
op coronaire hartziekten.
Visvetzuren:
- EPA en DHA (n-3):
o Daling samenklontering bloedplaatjes.
o Kan helpen tegen hartritmestoornissen.
o Verlaagde bloeddruk.
o Onderdrukken van ontstekingen.
Wat zijn de aanbevelingen over cholesterol?
Er is geen specifieke richtlijn voor cholesterol. Er wordt gezegd dat je in plaats van volle zuivel
producten bijvoorbeeld beter halfvolle melkproducten kunt gebruiken.
15-11-2020
Kennisclip over de voedselconsumptiepeiling (VCP)
Het doel van de VCP is inzicht krijgen hoe de Nederlandse bevolking heet, zo kun je ook zien waar de
knelpunten liggen en vervolgens kan op basis hiervan een beleid opgesteld worden.
Hoe wordt de voedingsinname gemeten?
- 2 x een 24-uurs recall, om te vragen wat de desbetreffende persoon de dag daarvoor heeft
gegeten.
- Ca 4 weken tussen de recalls.
- Zoveel mogelijk alle dagen van de week vertegenwoordigd.
- Tot 15 jaar en boven de 70: interview thuis, anders telefonisch.
- Ze vragen ook tijdstip van de consumptie, plaats van consumptie, bereidingswijze, vetgehalte
toevoeging van zout en supplementgebruik.
24-11-2020
Hoorcollege koolhydraten
10-11-2020
Hoorcollege soorten vet
Leerdoel:
Je benoemt de verschillende soorten vetten in onze voeding.
Drie soorten vet:
- Fosfolipiden
- Sterolen
- Triglyceriden (95% van de vetten uit onze voeding)
Opname korte keten vetzuren (2 tot 4 c-atomen): Direct in het bloed.
Opname lange keten vetzuren (meer dan 12 c-atomen): Via chylomicronen en lymfevaten.
Verschillende lipoproteïnen (transportbolletjes voor de verschillende vetten):
Chylomicronen: Bevat vetten uit de voeding, worden afgegeven aan de lymfevaten. Komen via de
onderste holle ader in de bloedbaan terecht.
VLDL: Vet dat wordt aangemaakt in de lever, verpakt in lipoproteïnen. Geeft triglyceriden af aan
cellen die dit nodig hebben.
LDL: Kan ontstaan uit VLDL. Dit heeft als functie om cholesterol af te geven aan cellen die dit nodig
hebben. De lever kan LDL weer opnieuw opnemen.
HDL: Gemaakt in de lever, zit relatief weinig vet in en veel eiwitten. Pakt cholesterol op van de cellen
waar het niet meer nodig is.
De vetten worden in de darmen opgenomen, die worden daar verpakt in de transporters. De
triglyceriden worden afgegeven aan de cellen die dat nodig hebben. Zo worden de chylomicronen
steeds leger en leger. De lever haalt de chylomocron restjes uit de bloed baan.
Soorten vetzuren in de voeding
Verzadigde vetzuren (hebben geen dubbele bindingen):
Laurinezuur C12:0
Myristinezuur C14:0
Palmitinezuur C16:0
Stearinezuur C18:0
Onverzadigde vetzuren (hebben dubbele bindingen):
Oliezuur C18:1 n-9
Linolzuur C18:2 n-6 Essentieel vetzuur
Alfa-linoleenzuur C18:3 n-3 Essentieel vetzuur
Arachidonzuur C20:4 n-6
Visvetzuren (onverzadigd):
EPA C20:5 n-3 essentieel vetzuur
DHA C22:6 n-3 essentieel vetzuur
, Transvetzuren (onverzadigd):
Claïdinezuur trans- C18:1 n-9
Vacceenzuur trans- C18:1 n-7
Verzadigde vetten zijn hard bij kamer temperatuur.
Onverzadigde vetten zijn vloeibaar bij kamer temperatuur.
Korte vetzuren zijn ook vloeibaar bij kamer temperatuur.
Bij transvetzuren staan de H- atomen recht tegenover elkaar ten opzichte van de dubbele binding.
Bij cis-vetzuren staan de H-atomen aan dezelfde kant van de dubbele binding.
12-11-2020
Hoorcollege over gezondheidseffecten van vetten.
Lesdoelen:
Je licht toe waar de discussie over ‘wel of geen negatieve gezondheidseffecten van
verzadigd vet’ op gebaseerd is.
Je legt uit wat de achtergrond is van de aanbeveling voor verschillende vetten en vetzuren.
Bij een onderzoek wordt 1 energie% koolhydraten vervangen en daarvoor in de plaats wordt 1
energie% van een bepaald type vet toegevoegd.
Vervanging van koolhydraten door verzadigd vet doet niet veel met de totaal cholesterol/HDL
ratio, maar vervanging van verzadigd vet door onverzadigde vetten verlaagt deze ratio en dat is dus
gunstig.
Richtlijn RGV: Vervang boter, harde margarine en bak- en braadvetten door zachte margarines,
vloeibaar bak- en braadvet en plantaardige oliën.
De discussie over of verzadigd vet wel of geen negatieve gezondheidseffecten is gebaseerd op:
1. Systematische review: samenvatting van alle clinical trials die op een bepaald gebied zijn. Als
hier een analyse nog over wordt gedaan dan heet dat een meta-analyse.
2. Clinical trials, je geeft een groep mensen bepaalde voeding en een andere groep mensen
geef je precies hetzelfde, alleen één component is anders. Je meet van te voren en daarna de
waarde die je wilt weten. Uit deze studies blijkt vrijwel altijd dat een hoger verzadigde vet
inname samenhangt met een hoog LDL-cholesterol.
3. Cohort studies: Je meet de voeding van een grote groep mensen en kijkt of die mensen in de
loop van de tijd een bepaalde ziekte ontwikkelen. Heel lastig want voeding meten is moeilijk
om goed te kunnen uitvoeren. Er zijn veel verstorende factoren (mensen die niet sporten, of
andere producten ook nog eten die misschien niet gezond zijn) die in deze onderzoeken niet
altijd worden meegenomen. Daardoor kun je misschien verbanden zien die er niet zijn, en
verbanden die er eigenlijk wel zijn over het hoofd zien.
Samenvatting van de voedingsnormen voor volwassene en kinderen:
Totaal vet 20 – 40 energieprocent, bij neiging tot Hogere vet-inneming leidt vaak tot een
, overgewicht 20 – 35 energieprocent. hogere inname van energie.
Verzadigd vet Minder dan 10 energieprocent Minimalisering van hart- en vaatziekten.
Transvet Minder dan 1 energieprocent Minimalisering van hart- en vaatziekten
Linolzuur 2 energieprocent Te weinig? Groeiachterstand +
huidaandoeningen. Aanbeveling om tekorten te
voorkomen.
Alfa- 1 energieprocent Bij tekorten mogelijk leerstoornissen,
linoleenzuur verminderd gezichtsvermogen. Daarnaast
beschermend effect op coronaire hartziekten.
Hierop is de aanbeveling gebaseerd.
Meervoudig Minder dan 12 energieprocent Mogelijk hoger risico op kanker bij te veel
onverzadigd vet inname, maar te weinig bewijs voor.
Aanbevelingen vis en visvetzuren?
Gebruik van 1 portie vis per week resulteert al in de maximale gezondheidswinst 15% minder kans
op coronaire hartziekten.
Visvetzuren:
- EPA en DHA (n-3):
o Daling samenklontering bloedplaatjes.
o Kan helpen tegen hartritmestoornissen.
o Verlaagde bloeddruk.
o Onderdrukken van ontstekingen.
Wat zijn de aanbevelingen over cholesterol?
Er is geen specifieke richtlijn voor cholesterol. Er wordt gezegd dat je in plaats van volle zuivel
producten bijvoorbeeld beter halfvolle melkproducten kunt gebruiken.
15-11-2020
Kennisclip over de voedselconsumptiepeiling (VCP)
Het doel van de VCP is inzicht krijgen hoe de Nederlandse bevolking heet, zo kun je ook zien waar de
knelpunten liggen en vervolgens kan op basis hiervan een beleid opgesteld worden.
Hoe wordt de voedingsinname gemeten?
- 2 x een 24-uurs recall, om te vragen wat de desbetreffende persoon de dag daarvoor heeft
gegeten.
- Ca 4 weken tussen de recalls.
- Zoveel mogelijk alle dagen van de week vertegenwoordigd.
- Tot 15 jaar en boven de 70: interview thuis, anders telefonisch.
- Ze vragen ook tijdstip van de consumptie, plaats van consumptie, bereidingswijze, vetgehalte
toevoeging van zout en supplementgebruik.
24-11-2020
Hoorcollege koolhydraten