Samenvatting Memo H2 Tweede Wereldoorlog Vwo 3

Proefwerk geschiedenis HV3b
vwo toets
Proefwerkweek 2
Januari 2021
Hoofdstuk 2 (par 1 t/m 5)
De Tijd van Oorlogen




Wat je vooraf moet weten: lees dit goed
 Deze toets bestaat uit 11 vragen.
 Voor deze toets zijn maximaal 34 punten te behalen. Achter elk vraag staat
hoeveel punten behaald kunnen worden. Nadat de toetsen zijn nagekeken wordt
de cijferberekening vastgesteld.
 Als bij een vraag een verklaring of uitleg gevraagd wordt, dan moet die verklaring
of uitleg worden gegeven. Alleen dan kan je al de punten verdienen.
 Heb je tijd over, lees dan de vragen en je antwoorden nog eens door. Sluiten
vraag en antwoord goed op elkaar aan?
 Heel veel succes!!!!

,1. Zet de volgende gebeurtenissen uit de periode 1933 - 1945 in de juiste
chronologische volgorde. Noteer alleen de hoofdletters. (R, 2p)
A. D-Day
B. Brand in de Rijksdag
C. Duitse en Sovjettroepen bezetten samen Polen
D. De slag om Arnhem
E. Invoering van de Neurenberger rassenwetten
F. Operatie Barbarossa begint, Duitse troepen trekken de Sovjetunie binnen
B-E-C-F-A-D


2. Noem vier kenmerken van Hitlers nationaalsocialisme. Licht ieder kenmerk
kort toe (R, 3p)
Rassenleer. Hitler geloofde in de untermenschen. Een soort ranglijst met
rassen, waarin stond dat blonde mensen met blauwe ogen bovenaan
stonden en Joden en Zigeuners erg laag. Joden kregen de schuld van
alles zelfs van de eerste wereldoorlog. Na de rijkskristalnacht werden
joodse winkels vernield.

Alle landen waarin Duitse mensen woonden moest bij het grote machtige
Duitse rijk horen. Dit is ook een van de redenen, waarom hij begon met
het veroveren van het Sudetenland en Oostenrijk. Dit wordt ook wel der
anschluss genoemd.

Éen partij en dus éen leider. Het democratische Duitsland had niks
opgeleverd dus moest het volk achter éen machtige leider staan.
Duitsland zei Ein reich ein fuhrer. Adolf hitler werd ook wel de fuhrer
genoemd.

De Nsdap moest zich kunnen bewijzen. Ze hadden ook een knokploeg de
SA de leiders daarvan lied Hitler in 1933 vermoorden, omdat ze te
machtig werden.

3. Een uitspraak: Hitler is in 1933 democratisch aan de macht gekomen (T, 3p)
 Geef een argument voor deze uitspraak, én
 Geef een argument tegen deze uitspraak, gebruik in je antwoord de term
SA.

In de chaos van de rijksdagbrand stelde het parlement een
machtigingswet op, waarin stond dat Hitler beslissingen mocht nemen
zonder met het parlement te overleggen, dit mocht overigens alleen in
crisissituaties. Later werden andere politieke partijen verboden, ook
werden politieke tegenstanders en andersdenkenden in
concentratiekampen gestopt. Toen werd Duitsland een totalitaire staat
eerst mocht vrijepers niet meer, maar later werd vrijheid van

, meningsuiting ook verboden. De sa leiders werden vermoord, omdat ze
te machtig werden.




Bron 1: een foto van een boekverbranding in Duitsland, 1933


Gebruik bron 1
4. Stel, je schrijft een werkstuk met als onderwerp ‘Duitsland als totalitaire staat’.
Je hebt nog een afbeelding nodig en iemand raadt je deze foto aan. Leg uit
dat deze foto geschikt is als afbeelding bij je werkstuk door twee argumenten
te geven. (T, 3p)

Duitsland werd onder leiding van Hitler opgevoed als een totalitaire
staat. Kinderen werden opgevoed met de gedachten dat Hitler de vader
van hun land was. Iedereen moest het eens zijn met de NSDAP. Was je
dat niet en liet je het horen werd je vervolgd. Alles kwam onder controle
van hitler zelfs verenigingen. Er kwam een soort padvinderij genaamd de
Hitler Jugend, waarbij jongens werden aangeleerd om NSDAP’er te
worden. Ook waren er scholen voor meisjes. Kinderen werden door
middel van indoctrinatie opgevoed als voorstander van Hitler. In bron 1
zie je dat Duitsland zich volledig overgaf aan de Nazi’s. Ze doen de Hitler
groet, met gestrekte rechter arm omhoog, terwijl ze ‘Sieg Heil’
schreeuwen.