Proeftoets Leren en Veranderen
Jaar: 2016-2017
Leerdoelen
1 Uitleggen wat de rol, de ontwikkeling en het belang is van een referentiekader
2 Vanuit verschillende leertheorieën voorstellen doen over de ontwikkeling van mensen.
3 Kenmerken van verschillende leeractiviteiten toepassen in het maken van keuzes in het sturen van leren bij mensen.
4 De kenmerken van verschillende leerprocessen benoemen.
5 Leren in educatief verband vergelijken met andere vormen van leren
6 De rol van emotie en motivatie bij het leren toelichten.
7 Uitleggen waarom veranderen moeilijk is.
8 De aspecten van het leervermogen en verschillende leercompetenties benoemen
9 De rol van aanleg en ontwikkeling bij het leren benoemen.
Stellingen
, Stelli Leerd Stelling Sleut
ng oel el
Nr. Nr. J/N
In een botsing van culturen zijn er drie leerreacties mogelijk.
1 1 Bij de leerreactie ‘integratieve verandering’ verandert het referentiekader het meeste J
2 1 Mijn referentiekader wordt sterk beïnvloed door eerdere leerervaringen J
3 2 Het constructivisme gaat uit van een objectieve werkelijkheid N
Albert en Thom spelen met de schommel. Albert duwt Thom steeds harder. Uiteindelijk gaat het zo hard dat
Thom van de schommel vliegt en hard valt. Huilend gaat Thom naar zijn moeder. Die roept Albert ter
verantwoording omdat hij ouder is. Albert weet eigenlijk wel dat hij veel te hard duwde, maar het lag ook aan
Thom. Daarom concludeert en antwoord hij: ‘ja, maar… zo hard ging het helemaal niet, Bert hielt gewoon
niet goed vast. Ik kon er niets aan doen’
4 2 Dit is een voorbeeld van een dissociatief mechanisme J
Als ruziemaken thuis ‘not done’ is, leert iemand niet hoe hij met conflicten moet omgaan
5 3 Deze stelling is juist N
Nadat bleek dat Thomas een wietplantage op zolder had, werd de hele buurt geïnterviewd. Niemand wist wat,
maar één buurman meldde: ‘Ik had altijd al het gevoel dat hij iets te verbergen had’
6 3 Dit is een voorbeeld van Hindsight Bias J
7 4 Alledaags leren is een bewust proces N
8 4 Kenmerkend voor een botsing van culturen is een fase van grote verwarring N
9 5 Onderwijskenmerken van de school maken deel uit van het verborgen leerplan J
De leraar die verwacht dat iemand weinig zal presteren, doet ook geen beroep op zijn capaciteiten.
10 5 Dit noemen wij het Pygmalion effect N
11 6 Motivatie is een persoonskenmerk: de één heeft het en de ander niet N
Veranderen is moeilijk omdat het referentiekader meestal voldoet om in de dagelijkse realiteit naar behoren
12 7 te functioneren J
13 8 Mensen met een hoge prestatiemotivatie zijn bang voor mislukkingen N
14 8 De uitspraak ‘ik kan nou eenmaal niet dansen…’ gaat over de waardering van het leergebied ‘dansen’ N
15 9 ‘Verantwoordelijkheid nemen voor eigen keuzes’ is volgens Perry de derde fase bij het omgaan met kennis J
16 9 Een leerstrategie is volgens Berings afhankelijk van de plek waar wordt geleerd J
Jaar: 2016-2017
Leerdoelen
1 Uitleggen wat de rol, de ontwikkeling en het belang is van een referentiekader
2 Vanuit verschillende leertheorieën voorstellen doen over de ontwikkeling van mensen.
3 Kenmerken van verschillende leeractiviteiten toepassen in het maken van keuzes in het sturen van leren bij mensen.
4 De kenmerken van verschillende leerprocessen benoemen.
5 Leren in educatief verband vergelijken met andere vormen van leren
6 De rol van emotie en motivatie bij het leren toelichten.
7 Uitleggen waarom veranderen moeilijk is.
8 De aspecten van het leervermogen en verschillende leercompetenties benoemen
9 De rol van aanleg en ontwikkeling bij het leren benoemen.
Stellingen
, Stelli Leerd Stelling Sleut
ng oel el
Nr. Nr. J/N
In een botsing van culturen zijn er drie leerreacties mogelijk.
1 1 Bij de leerreactie ‘integratieve verandering’ verandert het referentiekader het meeste J
2 1 Mijn referentiekader wordt sterk beïnvloed door eerdere leerervaringen J
3 2 Het constructivisme gaat uit van een objectieve werkelijkheid N
Albert en Thom spelen met de schommel. Albert duwt Thom steeds harder. Uiteindelijk gaat het zo hard dat
Thom van de schommel vliegt en hard valt. Huilend gaat Thom naar zijn moeder. Die roept Albert ter
verantwoording omdat hij ouder is. Albert weet eigenlijk wel dat hij veel te hard duwde, maar het lag ook aan
Thom. Daarom concludeert en antwoord hij: ‘ja, maar… zo hard ging het helemaal niet, Bert hielt gewoon
niet goed vast. Ik kon er niets aan doen’
4 2 Dit is een voorbeeld van een dissociatief mechanisme J
Als ruziemaken thuis ‘not done’ is, leert iemand niet hoe hij met conflicten moet omgaan
5 3 Deze stelling is juist N
Nadat bleek dat Thomas een wietplantage op zolder had, werd de hele buurt geïnterviewd. Niemand wist wat,
maar één buurman meldde: ‘Ik had altijd al het gevoel dat hij iets te verbergen had’
6 3 Dit is een voorbeeld van Hindsight Bias J
7 4 Alledaags leren is een bewust proces N
8 4 Kenmerkend voor een botsing van culturen is een fase van grote verwarring N
9 5 Onderwijskenmerken van de school maken deel uit van het verborgen leerplan J
De leraar die verwacht dat iemand weinig zal presteren, doet ook geen beroep op zijn capaciteiten.
10 5 Dit noemen wij het Pygmalion effect N
11 6 Motivatie is een persoonskenmerk: de één heeft het en de ander niet N
Veranderen is moeilijk omdat het referentiekader meestal voldoet om in de dagelijkse realiteit naar behoren
12 7 te functioneren J
13 8 Mensen met een hoge prestatiemotivatie zijn bang voor mislukkingen N
14 8 De uitspraak ‘ik kan nou eenmaal niet dansen…’ gaat over de waardering van het leergebied ‘dansen’ N
15 9 ‘Verantwoordelijkheid nemen voor eigen keuzes’ is volgens Perry de derde fase bij het omgaan met kennis J
16 9 Een leerstrategie is volgens Berings afhankelijk van de plek waar wordt geleerd J