Onderste ledenmaten (bezenuwing)
Een skiër komt pijnlijk ten val en raakt met de dorsale zijde van de rechterknie een grote steen. De impact is groot. Na zijn val
merkt de skiër dat hij onder andere geen pronatie, eversie en dorsale extensie van het spronggewricht meer kan uitvoeren.
Welke zenuw is bij het raken van de steen beschadigd geraakt?
A Nervus gluteus superior
B Nervus femoralis
C Nervus peroneus
D Nervus obturatorius
E Plexus sacralis
Bovenste ledenmaten (arteriën)
Een patiënt breekt zijn been en moet lange tijd met krukken lopen zodat zijn been volledig kan genezen. Nadat de patiënt de
krukken voor een langere tijd achter elkaar gebruikt, heeft hij steeds last van tintelingen in de onderarm en de hand. Welke
arteria wordt er beïnvloed?
A arteria axillaris
B arteria interossei posterior
C arteria arteria carotis communis
D arteria suprascapularis
E arteria thoracoacromialis
Thorax
Een patiënt heeft problemen met ademhalen. Welke spieren van de thorax zijn ook verantwoordelijk voor de ademhaling? Duid
het meest juiste antwoord aan.
A inademen: musculus scalenus
Uitademen: diafragma
B Inademen: musculi intercostales interni, diaframa en musculi scaleni
Uitademen: musculi intercostales extreni
C Inademen: musculi intercostales externi, diafragma en musculi scaleni
Uitademen: musculi intercostales interni
D Inademen: musculi intercostales interni
Uitademen: musculi intercostales externi, diafragma en musculi scaleni
E Inademen: musculi intercostales externi
Uitademen: diafragma
Abdomen
Een bodybuilder wil aan bepaalde spieren werken. Zijn trainer stelt hem enkele oefeningen voor waarbij hij een ventrale flexie
uitvoert. Aan welke spier wil de bodybuilder werken?
A musculus pyramidalis
B musculus transversus abdominis
C musculus quadratus lumborum
D musculus psoas major
E musculus rectus abdominis
Hoofd-Hals
Een ruiter maakt een rit door het bos, zijn paard schrikt en steigert hevig. De ruiter krijgt de nek van het paard fel tegen zijn
neus, waarna zijn neus hevig begint te bloeden. De dagen na het ongeval merkt de ruiter dat zijn reukvermogen fel
achteruitgegaan is. Wat kan de oorzaak zijn van dit ongemak?
A beschadiging van de sulcus sinus transversi
B beschadiging van de sulcus sinus sigmoidei
C beschadiging van het Os sphenoidale
D beschadiging van het Os ethmoidale en verschillende lamina
E beschadiging van het Os zygomaticum
Verbetering: