SR SV H3 Materieel strafrecht: opzet en schuld
Het strafrecht kent twee schuldvormen, te weten: dolus en culpa. Dolus noemen we ook wel
opzet en culpa noemen we ook wel schuld in de zin van onvoorzichtigheid.
Opzet (dolus)
De dader is zich bewust geweest van zijn handeling en dit ook heeft gewild. Ingeblikte opzet is
wanneer in het werkwoord dat de gedraging omschrijft, het opzet is verwerkt.
Het Nederlands strafrecht kent drie gradaties van opzet:
1. Oogmerk
2. Opzet bij zekerheidsbewustzijn
3. Voorwaardelijk opzet
Oogmerk
Het uitvoeren van een bepaalde handeling omdat men ervan overtuigd is dat een beoogd
gevolg vervolgens ook daadwerkelijk zal gaan intreden. De dader handelt willens en wetens
om een naastgelegen doel te bereiken.
Oogmerk ziet op het naastgelegen doel
Voorbeeld tafelkleed arrest: Een vrouw had een klacht over een tafelkleed, er zat een gat in.
Deze klacht werd niet serieus genomen, daarom heeft zij het tafelkleed maar zelf
omgewisselt.
Haar doel was niet het stelen van het tafelkleed maar het pakken van een nieuw tafelkleed,
terwijl ze wist dat ze dat niet mocht doen.
Opzet bij zekerbewustzijn
Wanneer iemand weet dat een zekere handeling naast zijn oorspronkelijke weten dat dit
gevolg toch intreedt, genoeg om opzet aan te nemen. Voorbeeld Laxeermiddel koffiemachine.
Voorwaardelijk opzet
Voorwaardelijk opzet kan worden omschreven als de situatie waarin iemand kon inzien dat
het gevolg dat hij niet boogde, wel zou kunnen intreden, en hij ondanks toch zijn handeling
voortzette.
- Het willend en wetens
- Aanvaarden van de aanmerkelijke kans dat een bepaald gevolg intreedt
- Een onverschillig of cynische houding ten opzichte van het gevolg.
Schuld (culpa)
Bij schuld staat nalatigheid/onvoorzichtigheid centraal.
Aanmerkelijke schuld Culpa lata: Hoe zou een wetsgetrouwe nederlander handelen.
Het strafrecht kent twee schuldvormen, te weten: dolus en culpa. Dolus noemen we ook wel
opzet en culpa noemen we ook wel schuld in de zin van onvoorzichtigheid.
Opzet (dolus)
De dader is zich bewust geweest van zijn handeling en dit ook heeft gewild. Ingeblikte opzet is
wanneer in het werkwoord dat de gedraging omschrijft, het opzet is verwerkt.
Het Nederlands strafrecht kent drie gradaties van opzet:
1. Oogmerk
2. Opzet bij zekerheidsbewustzijn
3. Voorwaardelijk opzet
Oogmerk
Het uitvoeren van een bepaalde handeling omdat men ervan overtuigd is dat een beoogd
gevolg vervolgens ook daadwerkelijk zal gaan intreden. De dader handelt willens en wetens
om een naastgelegen doel te bereiken.
Oogmerk ziet op het naastgelegen doel
Voorbeeld tafelkleed arrest: Een vrouw had een klacht over een tafelkleed, er zat een gat in.
Deze klacht werd niet serieus genomen, daarom heeft zij het tafelkleed maar zelf
omgewisselt.
Haar doel was niet het stelen van het tafelkleed maar het pakken van een nieuw tafelkleed,
terwijl ze wist dat ze dat niet mocht doen.
Opzet bij zekerbewustzijn
Wanneer iemand weet dat een zekere handeling naast zijn oorspronkelijke weten dat dit
gevolg toch intreedt, genoeg om opzet aan te nemen. Voorbeeld Laxeermiddel koffiemachine.
Voorwaardelijk opzet
Voorwaardelijk opzet kan worden omschreven als de situatie waarin iemand kon inzien dat
het gevolg dat hij niet boogde, wel zou kunnen intreden, en hij ondanks toch zijn handeling
voortzette.
- Het willend en wetens
- Aanvaarden van de aanmerkelijke kans dat een bepaald gevolg intreedt
- Een onverschillig of cynische houding ten opzichte van het gevolg.
Schuld (culpa)
Bij schuld staat nalatigheid/onvoorzichtigheid centraal.
Aanmerkelijke schuld Culpa lata: Hoe zou een wetsgetrouwe nederlander handelen.