Twee onafhankelijke groepen (steekproeven)
Onafhankelijke variabele: nominaal (2 categorieën)
Afhankelijke variabele: interval of ratio
2 assumpties:
1. De steekproeven zijn onafhankelijk getrokken
2. De varianties van de twee groepen zijn gelijk
Hypothesen:
H0: 1 = 2
H1: 1 2
Levene’s test:
H0 = varianties in de populatie zijn gelijk.
H1 = varianties in de populatie zijn niet gelijk.
Interpretatie:
De Levene’s test is wel/niet significant want de p-waarde is … en dus groter/kleiner dan de
gestelde alpha van .05. We verwerpen dus wel/niet de nulhypothese van gelijke varianties.
Voor de t-toets kijken we naar de bovenste/onderste regel van de output.
De p-waarde bij de t-toets is … en dit is dus groter/kleiner dan de gestelde alpha van .05. Er
is dus (geen) sprake van een significant verschil tussen nominale variabele en ratio
variabele (Mean difference = …) De nulhypothese kan wel/niet worden verworpen.
Groep 1 (gem. = …) is significant meer/minder dan groep 2 (gem. = …) (t(df)= … , p ..)
, Chi-kwadraattoets
AnalyzeDescriptivesCrosstabsStatisticsChi- Square.
(CellsRow/Column)
Onafhankelijke en afhankelijke variabelen zijn categorisch/nominaal
Hypothesen:
H0: er is geen verband tussen variabele 1 en variabele 2
H1: er is wel een verband tussen variabele 1 en variabele 2
Voorwaarden:
1. Je mag de toets niet gebruiken wanneer meer dan 20% van de verwachte
frequenties kleiner dan 5 is
2. Geen enkele verwachte frequentie mag nul zijn
Interpretatie:
Uit de Chi-kwadraattoets blijkt dat er een (geen) significant verband is tussen variabele 1 en
variabele 2, want de p-waarde is … en dit is groter/kleiner dan de gestelde alpha van .05. De
nulhypothese kan wel/niet worden verworpen.
Uit de analyse blijkt dat er een significant verband is tussen variabele 1 en variabele 2
(2(df)= …, p …). Van groep 1 heeft … procent … en van groep 2 … procent
Significante Chi-kwadraattoets
Phi-coefficient: verband tussen 2 dichotome variabelen te interpreteren
Om te weten hoe sterk het verband is.
AnalyzeDescriptivesCrosstabsStatisticsPhi and Cramer’s V
Interpretatie:
Uit de analyse blijkt dat er een significant verband is tussen variabele 1 en variabele 2
(2(df)= …, p …). Dit verband is zeer zwak/zwak/matig/sterk/uitzonderlijk sterk
positief/negatief (Φ = …). Dit betekent dat groep 1 minder vaak/vaker … dan groep 2. Van
groep 1 heeft … procent … en van groep 2 … procent
Spearman’s-Rho-correlatietoets