Paragraaf 1: de Wetenschappelijke revolutie
17de eeuw is de wetenschappelijke revolutie (=periode met een groot aantal uitvindingen door niet-
geestelijke onderzoekers, afgekort WR). Kenmerken van de WR:
- Nieuwe manier onderzoek → observeren | experimenteren | redeneren
- Verbeteringen in de medische zorg
- Verzet tegen de Kerk, overheid en andere bevolkingskenmerken
Oorzaken WR:
- Ontdekkingsreizen buiten Europa zorgen voor nieuwe ingevingen
- Technieken die nodige informatie hadden
- Humanistische tekstanalyse van de Grieken en Romeinen
- Descartes zijn rationalisme (= de samenleving moet net zoals de natuur met het verstand
worden geanalyseerd, zodat er meer kennis is en problemen in de samenleving opgelost
kunnen worden).
- Lockes zijn empirisme (= elk onderzoek over de natuur moet gebaseerd worden op ervaring,
experimenten en waarnemingen).
Gevolgen WR:
- Christelijke Kerk valt uiteen na de tekstanalyse van de Grieken en Romeinen
- Newton komt met natuurwetten en de leer van zwaartekracht
- Leeuwenhoek komt met de uitvinding van de microscoop
- Andere continenten en hun bijbehorende geloven worden ontdekt
Paragraaf 2: Wetenschappelijke Revolutie leidt tot Verlichting
18de eeuw is de Verlichting (=het eigen verstand wordt gebruikt en toegepast op de samenleving voor
nieuwe inzichten over de mens, maatschappij, staatsvorming en godsdienst).
Verlichters onderzochten de volgende zaken:
- Traditie → komt scheiding van Kerk en Staat, verlichters zijn tegen bijgeloof en marteling
- Religieuze praktijken → godsdiensten moeten elkaar accepteren
- Bestaande gezagsverhoudingen → er moet volkssoevereiniteit komen waarbij de leider
verantwoordelijk is voor het volk.
- Scheiding van machten binnen staat → geen burgeroorlogen
- Opvoeding → kinderen zijn kind en hoeven zich niet te gedragen als volwassenen
- Onderwijs → kinderen moeten zelf onderzoeken i.p.v. alles klakkeloos overnemen
- Kennis → kennis moet uitgewisseld worden
Deze maatschappijkritiek leidt tot optimisme en geloof in maatschappelijke vooruitgang.