College 1, Perspectieven op gedrag & Algemene systeemtheorie
Perspectieven op gedrag
Sinds begin van 20e eeuw is benadering van gedrag veranderd. Aanvankelijk werd gedrag vooral
individueel en contextueel bekeken, maar later kwam besef dat ieder individu een eigen werkelijkheid
ervaart. Tegenwoordig wordt gedrag holistisch benaderd, waarbij meerdere perspectieven worden
geïntegreerd.
Systeemgericht werken= gedrag is een logische reactie op wat er in systeem als geheel
gebeurt. Hierbij wordt vanuit verschillende perspectieven naar gedrag gekeken, waaronder:
Humanistisch perspectief= gericht op subjectieve ervaring, waarbij persoonlijke waarheid
van een individu centraal staat en vrije wil belangrijk is.
Oplossingsgericht perspectief= benadert gedrag vanuit mogelijkheden en gewenste
uitkomsten, met focus op wat iemand wil bereiken in plaats van problemen. Dit perspectief
maakt gebruik van motiverende gespreksvoering en NLP.
Inspiratiebron is Milton H. Erickson (hypnotherapeut) maakte gebruik van kracht van
verhalen en metaforen
Positieve psychologie= legt nadruk op wat mensen gezond en gelukkig maakt, Acceptance
and Commitment Therapy (ACT).
Systeemtheorie stelt dat niet individuen, maar relaties en interacties binnen een systeem centraal
staan. Verandering in een deel van systeem heeft weerslag op gehele systeem.
Belangrijkste uitgangspunten van systeemtheorie:
Het geheel is meer dan de som der delen;
In een systeem hangt alles met elkaar samen;
Het gedrag van het individu wordt mede bepaald door het systeem;
Het systeem zal zich voortdurend proberen aan te passen aan zijn omgeving omdat het wil
overleven;
Het systeem vertoont overlevingsdrang
Systeemtheorie speelt een steeds grotere rol in jeugdhulpverlening, om twee belangrijke redenen:
1. Nieuwe wetgeving in jeugdzorg: wet definieert niet alleen jongere als cliënt, maar ook diens
ouders, stiefouders/verzorgers als onderdeel van systeem. Hele gezin wordt nu gezien als cliënt,
wat het noodzakelijk maakt om bredere systeem rondom kind bij hulp te betrekken.
2. Onderzoek naar betere hulpverlening: studies tonen aan dat hulp effectiever is wanneer
alle leefgebieden en relaties van kind in behandeling worden meegenomen. Problemen van
kinderen ontstaan binnen een relationele context, en moeten daar ook worden geanalyseerd en
behandeld. Systeemtheorie biedt een diepgaander en vollediger inzicht in gezinsdynamiek en
problematiek van kind.
, ! Individuele problematiek is ook relationele problematiek !
Individuele problemen moeten worden bekeken in samenhang met omgeving, omdat relationele
problemen ontwikkeling van een individu beïnvloeden. Bijvoorbeeld, gedragsproblemen van een kind
van scheidende ouders zijn vaak een reactie op spanningen binnen gezin, niet enkel een individueel
probleem. Kind is een symptoomdrager van een verstoord gezinssysteem.
Zowel met als zonder diagnose moet kind binnen zijn systeem onderzocht en geholpen worden.
Systeemtheorie biedt handvatten voor jeugdhulp, waarbij alle aspecten van leven van het kind worden
meegenomen.
Realistische benadering= richt zich op objectief waarneembare feiten.
Constructivistische benadering= stelt dat werkelijkheid wordt gevormd door gedachten en
gevoelens.
Systeemtheorie volgt constructivistische benadering (=subjectieve ervaring staat centraal).
De systeembenadering
Theorie van dubbele binding – Bateson:
- De moeder zegt tegen haar dochter: “je moet van me houden.” Primaire bevel is hier het
bevel: “je moet;” secundaire bevel is onuitgesproken voorwaarde dat die liefde spontaan is,
dat kind uit zichzelf van moeder houdt.
- Vader tegen dochter: “Laat opa en oma eens zien hoe je speelt.” Kinderspel is een spontaan
gebeuren, dat kind uit zichzelf doet; gedwongen worden om te spelen is geen spelen. Dit komt
overeen met dubbele binding: “Je moet vrij zijn.”
Watzlawick e.a., de 5 axioma’s:
• Je kunt niet niet communiceren (geen keuze is ook een keuze)
• Inhoud en betrekking, elke boodschap bevat een relatievoorstel/communicatie is een gelaagd proces