Naam student: Dylan Vervoort
Studentnummer: 1018701
Klas: IVG-23-OVK-434
Stage: Afstudeerstage en eindassessment
Stagecode: OVK4AASS01
Datum: 24-06-2024 (14:00 - 15:00)
Stage-instelling: Erasmus Medisch Centrum
Stage-afdeling: Gastro enterologische chirurgie en oncologie
Naam en contactgegevens praktijkopleider: Sevanne Kok:
Naam en contactgegevens instellingsdocent: Busra Sattari0Kaysi:
Naam en contactgegevens praktijkassessor: Maureen Smit:
Naam en contactgegevens docentassessor: Sarah Rensen-Frans:
,Inhoudsopgave
Competentie 1 – Terminale fase...........................................................................................................................................2
Competentie 2 – Stimuleren zelfmanagement.....................................................................................................................9
Competentie 3 – Terminale fase.........................................................................................................................................13
Competentie 4 – Stimuleren zelfmanagement...................................................................................................................21
Competentie 5 – Prioriteren...............................................................................................................................................25
Competentie 6 – Casus........................................................................................................................................................28
Competentie 9 – Delegeren................................................................................................................................................31
Competentie 10 – Prioriteren.............................................................................................................................................33
Competentie 11 – Casus......................................................................................................................................................36
Competentie 12 – Prioriteren.............................................................................................................................................40
Competentie 13 – Veiligheid...............................................................................................................................................43
Competentie 14 – Afstudeeronderzoek..............................................................................................................................46
Competentie 15 – Kwaliteitsverbeterplan..........................................................................................................................47
Competentie 16 – Visie verpleegkundig beroep.................................................................................................................49
Competentie 1 – Terminale fase
Samenvatting
,Ik heb een STARRT-reflectie aangeleverd over een casus in de terminale fase voor competentie 1 en 3. Ik heb de
(risico)diagnose vastgesteld en preventieve interventies verwerkt in het dossier op basis van een anamnese en klinische
blik. Ik heb meerdere disciplines ingeschakeld om de behoeften van de mevrouw te begrijpen en voldoende zorg te
bieden. Ik heb ook de SBAR-methode gebruikt om de casus over te dragen aan de avonddienst wat volgens de
afdelingsafspraken moet.
Aanvullend bewijsstuk competentie 1 en 3
Situatie
De betrokken patiënt is mw. S., 57 jaar oud. Mevrouw is opgenomen in verband met een dunne darmileus, waar ze bij
“toeval” op de CT-scan toenames zagen van longmetastasen en ascites. In 2022 werd mevrouw gediagnosticeerd met
een rectumcarcinoom. Hier heeft mevrouw laparoscopisch een achterste exenteratie ondergaan waarbij de chirurg(en)
verschillende weefsels, lymfeklieren en delen van organen hebben verwijderd bij het rectumcarcinoom. Hier kreeg ze
een complicatie van waarbij er een abces is ontwikkeld wat adequaat behandeld is. Eind 2022 kreeg mevrouw opnieuw
slecht nieuws waarbij er zes longmetastasen is gediagnosticeerd waarbij er drie zijn verwijderd en de resterende drie
behandeld zijn doormiddel van SBRT (Stereotactic Body Radiation Therapie). Dit is een vorm van bestraling
(radiotherapie).
Taak
Ik ben verantwoordelijk voor deze drie diensten voor vier patiënten, waaronder die van mevrouw. Hierbij functioneer ik
op niveau 3 van het ZelCom-model, waarbij ik zelf beslissingen moet nemen over mijn patiënten en alle taken op de
juiste manier kan prioriteren. Ik bespreek dit vervolgens met de verpleegkundige. Gedurende mijn dienst stel ik
prioriteit aan de hand van mijn bevindingen die ik bij mijn patiënten waarneem en observeer. Ik probeer de juiste
verpleegkundige interventies toe te passen en overleg ik met de disciplines die betrokken zijn bij de patiënt en/of
schakel ik andere disciplines in in overleg met de arts.
Gedurende mijn drie diensten heb ik mijn doel bijgesteld om de behoeften en wensen van de patiënt en haar zus
(mantelzorger) in de terminale fase te begrijpen. Ik wilde dit bereiken door te luisteren, te analyseren en te vragen.
Door deze stappen te volgen, kon ik het 5A-model doorlopen en de juiste verpleegkundige interventies toepassen.
Actie
Bij het inlezen van de patiënten maak ik altijd een overzicht van de aandachtspunten en afspraken voor elke patiënt. Dit
vormt voor mij een basis voor zowel het lopen van de visite met de arts als het coördineren van de zorg. Voordat ik
begin met het delen van de medicatie van mijn patiënten bespreek ik eerst alles met mijn werkbegeleider of ik niks over
het hoofd heb gezien. Mevrouw was een welbekende dame bij ons op de afdeling. Zei had begin van de opname slecht
nieuws te horen gekregen waarbij de artsen de behandeling zouden gaan stoppen. De artsen vonden de kans groot dat
mevrouw na een eventuele operatie er slechter aan toe zou zijn dan dat ze nu al is. Er was hierom gekozen om op
medische gronden niet te gaan opereren en mevrouw kwam hierdoor in de terminale fase (laatste levensfase) terecht.
Er ontstond hier toen een rare situatie waarbij mevrouw deels door werd behandeld met antibiotica en totale
parenterale voeding (TPV) via het infuus. Doordat mevrouw TPV kreeg, werd als het ware haar lijdensweg verlengt. Dit
komt doordat er voedingstoffen en mineralen inzitten die een persoon nodig heeft om te overleven. In de laatste
levensfase ga je zorg leveren naar comfort. Je doet dan alles in overleg met familie en patiënt om de patiënt zo
comfortabel mogelijk te houden.
Mevrouw en haar zus wilde wat tijd om te bedenken wat ze in deze fase willen. Uit eerdere rapportages kon ik halen dat
mevrouw thuis zo willen komen te overlijden als het zo ver was. Met deze informatie ging ik als eerste het gesprek aan
met haar zus. Haar zus ken ik van de afdeling cardiologie waar ze gewerkt heeft en ik als stagiair. Ik begon met een
“social talk” en kwam toen al snel achter dat ze veel hebben meegemaakt in haar familie. Vorig jaar hadden ze hun
beide ouders verloren aan COVID. Daarnaast hebben ze slecht contact met hun derde zus en loop het afhandelen van
het huis waar hun ouders woonde ook niet goed, omdat alles nog verdeeld moet gaan worden.
Ik probeerde te achterhalen wat mevrouw nodig zou hebben als het eenmaal zo ver is dat ze met ontslag mag. Ze gaf
hierop aan dat ze een kennis heeft die werkt in een hospice en wilde van haar advies krijgen. Ik gaf toen aan dat wij die
zorg ook op ons kunnen nemen. Aangezien er veel op haar pad nu ligt m.b.t. haar zus, familie en pas verloren ouders.
, Mevrouw gaf toe dat er veel op haar pad ligt nu, maar dat ze dit echt zelf wil regelen. De volgende dag was ik er weer en
maakte we even snel een praatje van hoe de nacht was geweest. Later in de middag kwam er familie langs waaronder
mevrouw haar derde zus er ontstond hier een emotionele situatie bij beide zussen, waarbij er geen woorden zijn
gewisseld maar wel wat tranen. Ik heb toen aangeboden of ik hier iets voor beide wat kan betekenen (C1, C2 en C3).
Nadat haar familie weer naar huis was, begon ik opnieuw het gesprek. We hadden wat gepraat over haar zus die langs
was geweest waar ze geen contact meer mee had. Ze vertelde nu dat het contact wat beter is geworden maar nog niet
zoals voorheen. Naderhand vroeg ik weer of ze haar kennis te pakken had gekregen. Hierop reageerde ze dat ze haar te
pakken had gekregen maar er absoluut nog niet over wil praten. Mevrouw haar zus draaide toen het verhaal snel om
naar dat het stukken beter gaat met mevrouw en zocht toen snel bevestiging. We liepen naar mevrouw toe om te kijken
hoe het ging. Er lag hier nog steeds een zwak ogende vrouw die nauwelijks iets kon zeggen of bewegen omdat dit zoveel
energie kosten. De zus van mevrouw brak toen in tranen uit. Op dit moment gingen we samen even zitten en had ik
zakdoekjes en wat water gepakt voor mevrouw. Ik heb toen begrip getoond door te zeggen dat het niet erg is om te
huilen en dat het niet niks is wat er allemaal op haar pad ligt en wat voor verantwoordelijkheden dit met zich meeneemt
voor haar. Na een half uurtje was mevrouw gekalmeerd en vertelde ik dat er nu nog niet een besluit hoeft worden
genomen. Met deze informatie had ik een PES gemaakt (C1, C2 en C3).
Tijdens mijn controle rondje van de vitale functies kwam een MEWS (Modified Early Warning Signs) van 5 naar voren.
Op de afdeling is er een algemene afspraak dat bij een MEWS van 3 of hoger de arts op de hoogte moet worden
gebracht. Nu was dit een “rare” situatie, omdat mevrouw terminaal is en er wel nog steeds controles moesten worden
gedaan. Ondanks dat mevrouw een MEWS van 5 had heb ik geen arts geraadpleegd gezien de huidige situatie van
mevrouw. Desondanks wel gekeken of mevrouw nog comfortabel was aangezien dit nu het beleid is geworden. Dit was
nog het geval.
Belangrijke aandachtspunten uit de patronen van Gordon
Naam: Mevrouw S.