Minor bewegingsonderwijs
Blok 2
Onderwijs in bewegen op de basisschool
ISBN: 9789082584189
Hoofdstuk: 6 t/m 10
Hoofdstuk 6: leerlijnen bewegingsonderwijs
- Bij tule vind je de tussendoelen van de leerlijnen. Kerndoel 57 en 58 zijn
van belang voor bewegingsonderwijs.
Kerndoel 57 is er vooral opgericht op de bewegingsdoelen binnen de les en
kerndoel 58 is gericht op de reguleringsdoelen binnen de les. Deze kerndoelen
hebben weer als doel: enthousiast en meervoudig bekwaam maken in de
deelname aan de bewegingscultuur.
Er zijn 12 leerlijnen met verschillende beweegthema’s.
Wat is een bewegingsuitdaging: dat is de essentie van het beweegthema. Dus
het doel van je les is voor elke groep hetzelfde, de manier waarop je de les
aanbiedt is anders.
Wat is een beweegprobleem: kinderen vinden iets spannend, maar zien dit wel
als een uitdaging.
Je hebt verschillende grondvormen van bewegen, dit zijn vormen om te
overleven, denk aan werpen, tillen, rennen. Er kunnen ook variaties voorkomen,
hierbij lokt een situatie een ander beweeggedrag uit bij eenzelfde
beweeegprobleem.
Meer uitleg hierover vind je in hoofdstuk 6 van het boek.
Hoofdstuk 7: motorisch leren
Motorisch leren gaat om alle vaardigheden die nog niet zijn aangeleerd. Hierbij
gaat het van centraal naar distaal. Dit houd in dat je vanuit grotere spiergroepen
naar kleinere spiergroepen gaat werken. Wanneer je merkt dat een oefening te
lastig gaat , ga je weer afbouwen tot centraal. Distaal is wanneer je de leerlingen
uitdagingen geeft om de oefeningen complexer te maken.
Er zijn 3 aspecten van motorisch leren:
1. Relatief duurzaam
2. Gedragspotentieel
3. Specifieke ervaring
Relatief duurzaam gaat niet om het directe resultaat, maar het resultaat op de
langere termijn,
Gedragspotentieel houdt in het vermogen om bepaald gedrag te vertonen.
Blok 2
Onderwijs in bewegen op de basisschool
ISBN: 9789082584189
Hoofdstuk: 6 t/m 10
Hoofdstuk 6: leerlijnen bewegingsonderwijs
- Bij tule vind je de tussendoelen van de leerlijnen. Kerndoel 57 en 58 zijn
van belang voor bewegingsonderwijs.
Kerndoel 57 is er vooral opgericht op de bewegingsdoelen binnen de les en
kerndoel 58 is gericht op de reguleringsdoelen binnen de les. Deze kerndoelen
hebben weer als doel: enthousiast en meervoudig bekwaam maken in de
deelname aan de bewegingscultuur.
Er zijn 12 leerlijnen met verschillende beweegthema’s.
Wat is een bewegingsuitdaging: dat is de essentie van het beweegthema. Dus
het doel van je les is voor elke groep hetzelfde, de manier waarop je de les
aanbiedt is anders.
Wat is een beweegprobleem: kinderen vinden iets spannend, maar zien dit wel
als een uitdaging.
Je hebt verschillende grondvormen van bewegen, dit zijn vormen om te
overleven, denk aan werpen, tillen, rennen. Er kunnen ook variaties voorkomen,
hierbij lokt een situatie een ander beweeggedrag uit bij eenzelfde
beweeegprobleem.
Meer uitleg hierover vind je in hoofdstuk 6 van het boek.
Hoofdstuk 7: motorisch leren
Motorisch leren gaat om alle vaardigheden die nog niet zijn aangeleerd. Hierbij
gaat het van centraal naar distaal. Dit houd in dat je vanuit grotere spiergroepen
naar kleinere spiergroepen gaat werken. Wanneer je merkt dat een oefening te
lastig gaat , ga je weer afbouwen tot centraal. Distaal is wanneer je de leerlingen
uitdagingen geeft om de oefeningen complexer te maken.
Er zijn 3 aspecten van motorisch leren:
1. Relatief duurzaam
2. Gedragspotentieel
3. Specifieke ervaring
Relatief duurzaam gaat niet om het directe resultaat, maar het resultaat op de
langere termijn,
Gedragspotentieel houdt in het vermogen om bepaald gedrag te vertonen.
