,Inhoudsopgave
Blok 1 3
Pro-active nursing 3
College 1B 5
COPD 5
Astma 7
Aandoeningen van de onderste luchtwegen 9
Werkgroep 1 10
Ziekte van Crohn 10
Colitis Ulcerosa 11
Blok 2 12
College 3B 12
Anatomie buik 12
Acute buik 12
Appendicitis 12
Appendectomie: laparoscopische operatie 13
Hernia van de buikwand 13
Peritonitis 14
Ileus 14
Bloedingen en circulatiestoornissen 15
Aandoeningen spijsverteringskanaal 16
Cholelithiasis 18
Cholecystitis 19
Werkgroep 2 20
Perioperatieve zorg 20
Anesthesie vormen 21
Pro-active nursing; klinisch redeneren 22
Blok 3 24
College 5B 24
Overgewicht en obesitas 24
Werkgroep 3 27
Diabetes Mellitus type 1 29
Diabetes Mellitus type 2 30
Reumatoïde artritis 31
Artrose 32
Fibromyalgie 33
Osteoporose 34
Jicht 35
Septische artritis 35
Bursitis 36
Gewrichtsletsel 36
Distorsie 37
RICE-methode 38
Carpaletunnelsyndroom (CTS) 38
Spondylartropathie 39
, Blok 1
Pro-active nursing SBAR
Pro-active nursing is gericht op het medische domein Situation (situatie, probleem)
De stappen van patiëntbespreking: -Jouw gegevens en patiëntgegevens
-Het probleem
Stap 1: Oriëntatie op de situatie
Background (achtergrond, voorgeschiedenis)
Hoe gaat het met de patiënt? Beoordeel de -Diagnose, onderzoek en datum opname/OK
situatie op grond van klinisch beeld/voorgeschiedenis -Voorgeschiedenis, allergieën en evt. zwangerschap
en geef je aanbeveling -Afgesproken reanimatiebeleid
-Huidige medicatiebeleid
• SBAR-methode
Assessment (beoordeling van actuele/verwachte
• Anamnese problemen)
• Basisklinimetrie -Recente uitslagen, oordeel over probleem
• EWS-score -Meting vitale functies, lab uitslagen, inschatting
• qSOFA-score (sepsis score) urgentie
Recommendation (aanbeveling)
EWS
-Welke actie is nodig en wanneer
Score 3 2 1 0 1 2 3
HF <40 40- 51- 101- 111- >130 Read back (herhaal afspraken hardop en noteer)
50 100 110 130
RR Sys <70 70- 81- 101- >200
80 100 200
AH <9 9-14 15- 21- 30>
20 30
Tp <35,1 35,1- 36,5 36,6- 37,5 >37,5
36,4 37,4
BZ A V P U
A=Alert V=Reactie op aanspreken P=Reactie op pijn U=Geen reactie
Ongerust over patiënt?= 1 punt extra
Urineproductie <75ml gedurende afgelopen 4 uur = 1 punt extra
Saturatie <90% ondanks therapie= 3 punten extra
Stap 2: Klinische probleemstellingen SCEGS
Beredeneer de problematiek Somatisch (bo-fysiologische dimensie)
en de prioriteiten -Hoe patiënt zich voelt
Cognitief (psychologische dimensie)
• Inzichtelijk zorgthema’s bepalen (ICF) -Wat patiënt denkt, weet en/of fantaseert
• ABCDE-methode over zijn situatie
• SCEGS Emotioneel (psychologische dimensie)
-Welke emoties er optreden bij de patiënt
Gedragsmatig (psychologische dimensie)
ABCDE -Wat de patiënt doet of juist vermijdt met
ABCDE Doel Interventie (vb.) Let op
betrekking tot klachten en emoties
Airway Vrije luchtwegen Mondinspectie Los gebit
Heimlich Aspiratie Sociaal systeem (sociale dimensie)
Breathing AH 12-20 Rechtop zitten Pijn bij -Op welke manier de ziekte het sociale
SO% >95% 0₂ toedienen ademhaling systeem beïnvloedt en omgekeerd
Circulation HF 60-99 Vocht toedienen Pijn op de borst
Normale kleur Bloeding stelpen
Disability Bewustzijn Stabiele zijligging Bloedsuiker
Bloedsuiker 4-7 Pijn bij bewegen
mmol/l Sensibiliteit
Exposure Veiligheid Toedekken of Medicatiegebruik
Temp 37◦C koelen Intoxicaties
, Stap 3: Aanvullend klinisch onderzoek
Beredeneer welke informatie (nog) nodig is
Stap 4: Klinisch beleid
Beredeneer hoe de problematiek effectief aangepakt kan worden
• Zorgthema’s ICF
• ABCDE-methode
Stap 5: klinisch verloop
Beschrijf het verloop voor de korte en lange termijn
• Zorgthema’s ICF, vooral zorgthema Activiteiten & participatie
Stap 6: Nabeschouwing
Beschouw de zorg en jouw aandeel daarin en wat je geleerd hebt
• VMS-thema’s patiëntveiligheid
• Kwaliteit van beroepsuitoefening
• Principlistisch model ethiek