Neurologie | Samenvatting
Neurology for the speech-language; Wanda G. Webb
Hoofdstuk 1: Introduction tot speech language neurology
Blz. 7-10
• Neurologie: de wetenschap die zich bezighoudt met de diagnostiek en
behandeling van ziekten van de hersenen, het ruggenmerg en de zenuwen.
Anatomie >> de bouw van het lichaam (structuur en organisatie)
Fysiologie >> de functie/werking van het lichaam
Pathologie >> de ziekteleer
1.4 Directions and planes
In de standaard anatomische positie (in plaatjes, foto’s, schetsen), staat het lichaam
rechtop en het hoofd, de
ogen en de tenen zijn
naar voren gericht. De
ledenmaten bevinden
zich aan de zijkant van
het lichaam en de
binnenkant van de
handpalmen is naar
voren gericht.
Planes/anatomische
vlakken, zijn vlakken die
gebruikt worden om het
menselijk lichaam door
te snijden, om de locatie
van structeren of de
richting van bewegingen
te beschrijven. In de
anatomy zijn er drie
belangrijke vlakken:
- Medial/Sagittal
vlak: Verdeelt het
lichaam in links
en rechts
- Coronale/frontale
vlak: Verdeelt het
lichaam in de
voor- en
achterkant
- Transverse/horizontale vlak: Verdeeld het lichaam in kop en staart
1
,Vanuit deze fundamentele positie worden andere
posities, vlakken en richtingen gedefinieerd. Het is
belangrijk om deze verschillende posities en
richtingen te begrijpen, zodat je de tekeningen en
plaatjes kunt begrijpen.
1.4.1 Richtingen
Anatomische positie
Richting Synoniem Betekenis
Anterior Ventraal Naar voren (voorzijde)
Posterior Dorsaal Naar achteren (achterzijde)
Inferior Caudaal In de richting van de staart (naar
beneden)
Superior Craniaal / cephalic In de richting van de schedel/cranium
(naar boven)
Lateraal Naar de zijkant
Mediaal In het midden
Intermediair Tussen het midden en de zijkant
Internus Binnenkant
Externus Buitenkant
Hersenen
Richting Synoniem Betekenis
Anterior Rostral In de richting van de neus of het
gezicht
Posterior Dorsal Naar achteren
Inferior Ventral Naar voren + beneden
Beneden / naar beneden
Superior Boven of naar boven
Lateraal Naar de zijkant
Mediaal In het midden
2
,Hoofdstuk 2: Organization of the nervous system I
Blz. 13-42
Human communication nervous system
Het zenuwstelsel is de bron van communicatie bij de mensen. Alleen menselijke
wezens hebben een gespecialiseerd vocaal kanaal, waardoor we in staat zijn om
complexe akoestische signalen te produceren dat bekend staat als speeche of
mondelinge taal.
Foundations of the nervous system
Anatomische indeling:
- Centrale zenuwstelsel (CZS)
- De hersenen
- De wervelkolom
- Hersenzenuwen
- Ruggenmergzenuw
- Ganglia >> zenuwknopen
- Perifeer zenuwstelsel (PZS)
- Verbindingen hersenen en het ruggenmerg met organen/weefsels en
het centrale zenuwstelsel. Voornamelijk (hersen)zenuwen die spieren,
organen en ledematen innerveren/aansturen.
- Spieren
- Klieren
- Organen
Het zenuwstelsel bestaat uit twee soorten cellen:
- Neuronen
- Vangen informatie op
- Verwerken de informatie
- Sturen dit door naar de rest van het lichaam
- Gliacellen >> ondersteunende functie
- Voorzien de neuronen van voedingsstoffen
Cellen van het menselijk lichaam hebben een kern, waarin zich
desoxyribonucleïnezuur (DNA) en ribonucleïnezuur (RNA) in bevind. De celkern
wordt omgeven door een celmembraan, die de binnenkant van de cel scheidt van de
buitenkant. Het celmembraan heeft verschillende openingen/poriën.
DNA (zie figuur 2-1; blz 15)
Het DNA bevat de genetische code van een levend organisme en bestaat uit vier
verschillende chemische stoffen (bases):
- A >> adenine
- G >> guanine
- C >> cytosine
- T >> Thymine
3
, Deze stoffen worden verbonden met twee-suiker moleculen en één-fosfaat molecuul.
Deze combinatie van moleculen noemen we nucleotiden. Deze nucleotiden en de
toegevoegde chemische stof, vormen samen twee baseparen:
- A+T
- C+G
Deze baseparen vormen samen twee lange strengen van nucleotiden. De genetische
informatie van het DNA wordt gecodeerd in eiwitten/proteïnes. Deze eiwitten zijn de
werkers van de cel die de meeste van de verschillende cellulaire reacties (die het
leven vormen) uitvoeren.
RNA
Het RNA dient zowel als opslag als transcoderfunctie als een
intermediair/bemiddelaar tussen het DNA en een gericht eiwit.
Er zijn drie verschillende soorten RNA:
- Messenger (mRNA) >> boodschapper
- Laat de cel bewegen naar het cytoplasma, waar de proteïne
samengevoegd wordt met de ribosomen
- In de eiwitsynthese wordt de base (zie DNA), die de genetische code
op het RNA draagt, gelezen door de ribosomen en vertaald naar
reagerende amniozuren
- Ribosomaal (rRNA) >> grootste en maakt met proteïnen de ribosomen
- Transfer (tRNA) >> Overdracht van aminozuren naar polypeptideketen tijdens
de eiwitsynthese
4
Neurology for the speech-language; Wanda G. Webb
Hoofdstuk 1: Introduction tot speech language neurology
Blz. 7-10
• Neurologie: de wetenschap die zich bezighoudt met de diagnostiek en
behandeling van ziekten van de hersenen, het ruggenmerg en de zenuwen.
Anatomie >> de bouw van het lichaam (structuur en organisatie)
Fysiologie >> de functie/werking van het lichaam
Pathologie >> de ziekteleer
1.4 Directions and planes
In de standaard anatomische positie (in plaatjes, foto’s, schetsen), staat het lichaam
rechtop en het hoofd, de
ogen en de tenen zijn
naar voren gericht. De
ledenmaten bevinden
zich aan de zijkant van
het lichaam en de
binnenkant van de
handpalmen is naar
voren gericht.
Planes/anatomische
vlakken, zijn vlakken die
gebruikt worden om het
menselijk lichaam door
te snijden, om de locatie
van structeren of de
richting van bewegingen
te beschrijven. In de
anatomy zijn er drie
belangrijke vlakken:
- Medial/Sagittal
vlak: Verdeelt het
lichaam in links
en rechts
- Coronale/frontale
vlak: Verdeelt het
lichaam in de
voor- en
achterkant
- Transverse/horizontale vlak: Verdeeld het lichaam in kop en staart
1
,Vanuit deze fundamentele positie worden andere
posities, vlakken en richtingen gedefinieerd. Het is
belangrijk om deze verschillende posities en
richtingen te begrijpen, zodat je de tekeningen en
plaatjes kunt begrijpen.
1.4.1 Richtingen
Anatomische positie
Richting Synoniem Betekenis
Anterior Ventraal Naar voren (voorzijde)
Posterior Dorsaal Naar achteren (achterzijde)
Inferior Caudaal In de richting van de staart (naar
beneden)
Superior Craniaal / cephalic In de richting van de schedel/cranium
(naar boven)
Lateraal Naar de zijkant
Mediaal In het midden
Intermediair Tussen het midden en de zijkant
Internus Binnenkant
Externus Buitenkant
Hersenen
Richting Synoniem Betekenis
Anterior Rostral In de richting van de neus of het
gezicht
Posterior Dorsal Naar achteren
Inferior Ventral Naar voren + beneden
Beneden / naar beneden
Superior Boven of naar boven
Lateraal Naar de zijkant
Mediaal In het midden
2
,Hoofdstuk 2: Organization of the nervous system I
Blz. 13-42
Human communication nervous system
Het zenuwstelsel is de bron van communicatie bij de mensen. Alleen menselijke
wezens hebben een gespecialiseerd vocaal kanaal, waardoor we in staat zijn om
complexe akoestische signalen te produceren dat bekend staat als speeche of
mondelinge taal.
Foundations of the nervous system
Anatomische indeling:
- Centrale zenuwstelsel (CZS)
- De hersenen
- De wervelkolom
- Hersenzenuwen
- Ruggenmergzenuw
- Ganglia >> zenuwknopen
- Perifeer zenuwstelsel (PZS)
- Verbindingen hersenen en het ruggenmerg met organen/weefsels en
het centrale zenuwstelsel. Voornamelijk (hersen)zenuwen die spieren,
organen en ledematen innerveren/aansturen.
- Spieren
- Klieren
- Organen
Het zenuwstelsel bestaat uit twee soorten cellen:
- Neuronen
- Vangen informatie op
- Verwerken de informatie
- Sturen dit door naar de rest van het lichaam
- Gliacellen >> ondersteunende functie
- Voorzien de neuronen van voedingsstoffen
Cellen van het menselijk lichaam hebben een kern, waarin zich
desoxyribonucleïnezuur (DNA) en ribonucleïnezuur (RNA) in bevind. De celkern
wordt omgeven door een celmembraan, die de binnenkant van de cel scheidt van de
buitenkant. Het celmembraan heeft verschillende openingen/poriën.
DNA (zie figuur 2-1; blz 15)
Het DNA bevat de genetische code van een levend organisme en bestaat uit vier
verschillende chemische stoffen (bases):
- A >> adenine
- G >> guanine
- C >> cytosine
- T >> Thymine
3
, Deze stoffen worden verbonden met twee-suiker moleculen en één-fosfaat molecuul.
Deze combinatie van moleculen noemen we nucleotiden. Deze nucleotiden en de
toegevoegde chemische stof, vormen samen twee baseparen:
- A+T
- C+G
Deze baseparen vormen samen twee lange strengen van nucleotiden. De genetische
informatie van het DNA wordt gecodeerd in eiwitten/proteïnes. Deze eiwitten zijn de
werkers van de cel die de meeste van de verschillende cellulaire reacties (die het
leven vormen) uitvoeren.
RNA
Het RNA dient zowel als opslag als transcoderfunctie als een
intermediair/bemiddelaar tussen het DNA en een gericht eiwit.
Er zijn drie verschillende soorten RNA:
- Messenger (mRNA) >> boodschapper
- Laat de cel bewegen naar het cytoplasma, waar de proteïne
samengevoegd wordt met de ribosomen
- In de eiwitsynthese wordt de base (zie DNA), die de genetische code
op het RNA draagt, gelezen door de ribosomen en vertaald naar
reagerende amniozuren
- Ribosomaal (rRNA) >> grootste en maakt met proteïnen de ribosomen
- Transfer (tRNA) >> Overdracht van aminozuren naar polypeptideketen tijdens
de eiwitsynthese
4
