Samenvatting Sociale Hygiëne
2017-2018
1
,INHOUD
Hoofdstuk 1 Sociale Hygiëne 4
Paragraaf 1.1 Wat is sociale Hygiëne? 4
Paragraaf 1.2 De wet 4
Paragraaf 1.3 Verantwoordelijkheden van leidinggevenden 9
Paragraaf 1.4 Het horecabedrijf en de bedrijfsformule 9
Paragraaf 1.5 Alcoholverstrekkende winkels 10
Paragraaf 1.6 Sociaal-hygiënisch beleid 11
Hoofdstuk 2 Omgaan met gasten 11
Paragraaf 2.1 Communicatie 11
Paragraaf 2.2 Gastgerichtheid 12
Paragraaf 2.3 Gastgerichtheid in de praktijk 13
Paragraaf 2.4 Professioneel handelen 13
Hoofdstuk 3 Regelhandhaving 15
Paragraaf 3.1 Regels 15
Paragraaf 3.2 Regels handhaven 16
Paragraaf 3.3 Samen handhaven 17
Paragraaf 3.4 Deurbeleid 17
Paragraaf 3.5 Discriminatie 18
Hoofdstuk 4 Risicogedrag bij regelhandhaving 18
Paragraaf 4.1 Risicogedrag in de horeca 18
Paragraaf 4.2 Tegenwerkend gedrag (A/B-gedrag) 19
Paragraaf 4.3 Agressief gedrag (C-gedrag) 19
Paragraaf 4.4 Gewelddadig gedrag (D-gedrag) 20
Paragraaf 4.5 Crimineel gedrag 20
Paragraaf 4.6 Problematisch groepsgedrag 21
Hoofdstuk 5 Gespreksmodellen 21
Paragraaf 5.1 Gespreksmodellen gebruiken 21
Paragraaf 5.2 Klachten 22
Paragraaf 5.3 Nee verkopen 22
Paragraaf 5.4 Openlijke regelovertreding 23
Paragraaf 5.5 Verborgen regelovertreding 24
Paragraaf 5.6 Agressie en geweld 25
Hoofdstuk 6 Alcohol 26
Paragraaf 6.1 De stof 26
Paragraaf 6.2 Het effect 26
Paragraaf 6.3 Het gebruik 27
2
, Paragraaf 6.4 De wet 28
Paragraaf 6.5 Alcoholbeleid 30
Hoofdstuk 7 Drugs 30
Paragraaf 7.1 De stof 30
Paragraaf 7.2 Het effect 31
Paragraaf 7.3 Het gebruik 32
Paragraaf 7.4 De wet 32
Paragraaf 7.5 Drugsbeleid 33
Hoofdstuk 8 Tabak 34
Paragraaf 8.1 De stof 34
Paragraaf 8.2 Het effect 34
Paragraaf 8.3 Het gebruik 35
Paragraaf 8.4 De wet 35
Paragraaf 8.5 Rookbeleid 35
Hoofdstuk 9 Gokken 36
Paragraaf 9.1 Het spel 36
Paragraaf 9.2 De spelers 36
Paragraaf 9.3 De wet 37
Paragraaf 9.4 Gokbeleid 38
Hoofdstuk 10 Veiligheidsvoorzieningen 38
Paragraaf 10.1 Bouwkundige voorzieningen 38
Paragraaf 10.2 Ruimtelijke voorzieningen 39
Paragraaf 10.3 Technische voorzieningen 39
Paragraaf 10.4 Personele voorzieningen 39
Paragraaf 10.5 Brandveiligheid 40
Paragraaf 10.6 Brandbeleid 41
Oefenvragen 41
3
, Hoofdstuk 1 Sociale Hygiëne
Paragraaf 1.1 Wat is sociale Hygiëne?
Met sociale hygiëne wordt bedoeld dat mensen rekening met elkaar houden en respect
hebben voor elkaars lichamelijke en geestelijke gezondheid. Het doel van sociale hygiëne is
de veiligheid, gezondheid en het welzijn van gasten en werknemers beschermen.
TIP: Sociale hygiëne heeft niks met hygiëne in de keuken te maken of met schone handen. Er
bestaat ook een hygiënecode voor de horeca, opgesteld volgens de HACCP. De HACCP is een
systeem voor de voeding veiligheid te analyseren en te controleren.
De Drank- en horecawet is bedoeld om overmatig alcoholgebruik te voorkomen. De eisen,
gesteld aan kennis en inzicht op het gebied van sociale hygiëne, staan in het Besluit kennis
en inzicht sociale hygiëne. Zo moeten leidinggevenden in drankverstrekkende bedrijven
beschikken over voldoende kennis en inzicht van:
- de invloed van alcohol op lichaam en geest, ook in combinatie met drugs en alcohol;
- alcoholmisbruik en -verslaving, inclusief de sociale gevolgen daarvan;
- wet- en regelgeving omtrent alcohol;
- kansspelautomaten en gokverslaving
Sociaal gedrag bestaat uit twee pijlers: normen en waarden
Normen zijn richtlijnen voor je gedrag in sociale situaties. Het zijn ongeschreven regels die in
de maatschappij of in een bepaalde cultuur gelden. Een waarde is iets dat je waardevol vindt
om na te leven. Waarden zijn heel persoonlijk. Gezamenlijke waarden en fatsoensnormen
geven aan wat iemand wel en beslist niet hoort te doen. Dit wordt moreel of ethisch
genoemd. Iemand die zich aan de normen houdt, vertoont moreel gedrag. Iemand die dit
niet doet, vertoont immoreel gedrag. De vraag wat moreel gedrag en wat immoreel gedrag
is, noem je ethiek.
Elkaar respecteren op basis van normen en waarden noem je sociaal gedrag.
Paragraaf 1.2 De wet
De leidinggevende is de (gevolmachtigde) eigenaar van het bedrijf en/of degene die de
dagelijkse leiding geeft op de werkvloer.
Een werkgever is nagenoeg altijd een leidinggevende, maar een leidinggevende is lang niet
altijd een werkgever.
WETGEVING DRANK- EN HORECAWET
1 Onder leidinggevende wordt verstaan:
- de (gevolmachtigde) eigenaar van het bedrijf
- de persoon die algemene leiding geeft aan de onderneming
- de persoon die de dagelijkse leiding geeft op de werkvloer
3.1 Je moet een drank- en horecavergunning hebben om een horeca- of
slijtersbedrijf te mogen runnen
4
2017-2018
1
,INHOUD
Hoofdstuk 1 Sociale Hygiëne 4
Paragraaf 1.1 Wat is sociale Hygiëne? 4
Paragraaf 1.2 De wet 4
Paragraaf 1.3 Verantwoordelijkheden van leidinggevenden 9
Paragraaf 1.4 Het horecabedrijf en de bedrijfsformule 9
Paragraaf 1.5 Alcoholverstrekkende winkels 10
Paragraaf 1.6 Sociaal-hygiënisch beleid 11
Hoofdstuk 2 Omgaan met gasten 11
Paragraaf 2.1 Communicatie 11
Paragraaf 2.2 Gastgerichtheid 12
Paragraaf 2.3 Gastgerichtheid in de praktijk 13
Paragraaf 2.4 Professioneel handelen 13
Hoofdstuk 3 Regelhandhaving 15
Paragraaf 3.1 Regels 15
Paragraaf 3.2 Regels handhaven 16
Paragraaf 3.3 Samen handhaven 17
Paragraaf 3.4 Deurbeleid 17
Paragraaf 3.5 Discriminatie 18
Hoofdstuk 4 Risicogedrag bij regelhandhaving 18
Paragraaf 4.1 Risicogedrag in de horeca 18
Paragraaf 4.2 Tegenwerkend gedrag (A/B-gedrag) 19
Paragraaf 4.3 Agressief gedrag (C-gedrag) 19
Paragraaf 4.4 Gewelddadig gedrag (D-gedrag) 20
Paragraaf 4.5 Crimineel gedrag 20
Paragraaf 4.6 Problematisch groepsgedrag 21
Hoofdstuk 5 Gespreksmodellen 21
Paragraaf 5.1 Gespreksmodellen gebruiken 21
Paragraaf 5.2 Klachten 22
Paragraaf 5.3 Nee verkopen 22
Paragraaf 5.4 Openlijke regelovertreding 23
Paragraaf 5.5 Verborgen regelovertreding 24
Paragraaf 5.6 Agressie en geweld 25
Hoofdstuk 6 Alcohol 26
Paragraaf 6.1 De stof 26
Paragraaf 6.2 Het effect 26
Paragraaf 6.3 Het gebruik 27
2
, Paragraaf 6.4 De wet 28
Paragraaf 6.5 Alcoholbeleid 30
Hoofdstuk 7 Drugs 30
Paragraaf 7.1 De stof 30
Paragraaf 7.2 Het effect 31
Paragraaf 7.3 Het gebruik 32
Paragraaf 7.4 De wet 32
Paragraaf 7.5 Drugsbeleid 33
Hoofdstuk 8 Tabak 34
Paragraaf 8.1 De stof 34
Paragraaf 8.2 Het effect 34
Paragraaf 8.3 Het gebruik 35
Paragraaf 8.4 De wet 35
Paragraaf 8.5 Rookbeleid 35
Hoofdstuk 9 Gokken 36
Paragraaf 9.1 Het spel 36
Paragraaf 9.2 De spelers 36
Paragraaf 9.3 De wet 37
Paragraaf 9.4 Gokbeleid 38
Hoofdstuk 10 Veiligheidsvoorzieningen 38
Paragraaf 10.1 Bouwkundige voorzieningen 38
Paragraaf 10.2 Ruimtelijke voorzieningen 39
Paragraaf 10.3 Technische voorzieningen 39
Paragraaf 10.4 Personele voorzieningen 39
Paragraaf 10.5 Brandveiligheid 40
Paragraaf 10.6 Brandbeleid 41
Oefenvragen 41
3
, Hoofdstuk 1 Sociale Hygiëne
Paragraaf 1.1 Wat is sociale Hygiëne?
Met sociale hygiëne wordt bedoeld dat mensen rekening met elkaar houden en respect
hebben voor elkaars lichamelijke en geestelijke gezondheid. Het doel van sociale hygiëne is
de veiligheid, gezondheid en het welzijn van gasten en werknemers beschermen.
TIP: Sociale hygiëne heeft niks met hygiëne in de keuken te maken of met schone handen. Er
bestaat ook een hygiënecode voor de horeca, opgesteld volgens de HACCP. De HACCP is een
systeem voor de voeding veiligheid te analyseren en te controleren.
De Drank- en horecawet is bedoeld om overmatig alcoholgebruik te voorkomen. De eisen,
gesteld aan kennis en inzicht op het gebied van sociale hygiëne, staan in het Besluit kennis
en inzicht sociale hygiëne. Zo moeten leidinggevenden in drankverstrekkende bedrijven
beschikken over voldoende kennis en inzicht van:
- de invloed van alcohol op lichaam en geest, ook in combinatie met drugs en alcohol;
- alcoholmisbruik en -verslaving, inclusief de sociale gevolgen daarvan;
- wet- en regelgeving omtrent alcohol;
- kansspelautomaten en gokverslaving
Sociaal gedrag bestaat uit twee pijlers: normen en waarden
Normen zijn richtlijnen voor je gedrag in sociale situaties. Het zijn ongeschreven regels die in
de maatschappij of in een bepaalde cultuur gelden. Een waarde is iets dat je waardevol vindt
om na te leven. Waarden zijn heel persoonlijk. Gezamenlijke waarden en fatsoensnormen
geven aan wat iemand wel en beslist niet hoort te doen. Dit wordt moreel of ethisch
genoemd. Iemand die zich aan de normen houdt, vertoont moreel gedrag. Iemand die dit
niet doet, vertoont immoreel gedrag. De vraag wat moreel gedrag en wat immoreel gedrag
is, noem je ethiek.
Elkaar respecteren op basis van normen en waarden noem je sociaal gedrag.
Paragraaf 1.2 De wet
De leidinggevende is de (gevolmachtigde) eigenaar van het bedrijf en/of degene die de
dagelijkse leiding geeft op de werkvloer.
Een werkgever is nagenoeg altijd een leidinggevende, maar een leidinggevende is lang niet
altijd een werkgever.
WETGEVING DRANK- EN HORECAWET
1 Onder leidinggevende wordt verstaan:
- de (gevolmachtigde) eigenaar van het bedrijf
- de persoon die algemene leiding geeft aan de onderneming
- de persoon die de dagelijkse leiding geeft op de werkvloer
3.1 Je moet een drank- en horecavergunning hebben om een horeca- of
slijtersbedrijf te mogen runnen
4
