WEEFSELS – Steunweefsels – Hoorcollege 15-17 – 2017/2018
Hoorcollege 15 – Kraakbeen – Weefsels (28-05-2018)
Mesenchymale stamcellen
Mesenchymale stamcellen zijn multipotent. Hieruit kunnen
verschillende mesenchymale cellijnen ontstaan.
Fibroblasten kunnen niet differentiëren tot osteoblasten en
chondroblasten.
Functies van kraakbeen
• Casco voor botvorming tijdens embryogenese.
• Vormgeving.
VB: Oor.
• Bescherming van organen.
• Schokabsorptie.
VB: Knie, tussenwervelschijf.
• Wrijvingsloze omgeving in gewrichten.
• Groeischijf in lange beenderen.
Soorten kraakbeen
• Hyalien kraakbeen.
• Bestaat uit: collageen type 2, proteoglycanen (aggrecan), water en chondronectine.
• Locatie: articulair kraakbeen/gewrichtskraakbeen, luchtpijp-trachea, verbinding borstbeen
met ribben, groeischijven, embryonaal skelet.
• Elastisch kraakbeen.
• Bestaat uit: hyalien kraakbeen met elastine
vezels.
• Locatie: het oor en het strottenhoofdklepje.
• Fibreus kraakbeen.
• Compact, stug kraakbeen.
• Bestaat uit: hyalien kraakbeen met fibroblasten
en bundels van vezels van collageen type 1.
• Locatie: tussenwervelschijven, meniscus,
schaambeenderen.
Overeenkomsten
De drie bovenstaande kraakbeensoorten bevatten allemaal:
• Collageen type 2.
• Proteoglycanen (aggrecan).
• Water.
• Chondronectine.
Samenstelling van hyalien kraakbeen
• Water (grootste deel). → Schokabsorptie.
• Cellen: chondroblasten en chondrocyten.
• Collagenen: collageen type 2.
• Proteoglycanen: aggrecan.
• Glycoproteïnen.
1
, Kraakbeen bevat een netwerk van collageen type II en proteoglycanen.
Deze zitten met elektrostatische verbindingen aan elkaar gebonden.
Chondrocyten hebben integrines op het oppervlak. Deze binden aan
chondronectine. Chondronectine koppelt de chondrocyt aan moleculen in
de extracellulaire matrix (proteoglycanen, collageen vezels). Hierdoor
ontstaat een stevig netwerk met daartussen veel water.
Aggrecan
• Belangrijkste proteoglycaan in kraakbeen.
• Alle aggrecanmoleculen zitten vast aan hyaluronzuur. De
negatieve lading zorgt ervoor dat water goed wordt
vastgehouden.
Histologie hyalien kraakbeen
• Perichondrium = Kapsel rondom het hyalien kraakbeen.
• Hierin liggen de voorloper stamcellen (platte
cellen) en fibroblasten.
• De voorloper stamcellen liggen dicht tegen
het kraakbeen aan.
• Fibroblasten produceren collageen type 1.
• Bevat bloedvaten.
• Kraakbeenzone.
• Hierin liggen chondroblasten (ovaalvormig) en
chondrocyten (ronde vorm).
• Chondroblasten scheiden extracellulaire
factoren uit, waaruit de extracellulaire matrix
wordt gevormd.
• Chondrocyt = Een chondroblast die wordt
omgeven door de extracellulaire matrix. →
Liggen in chondrocyt lacunes. Chondrocyten
sluiten nauw aan op de matrix en heeft dus
veel contact met de omgeving.
• Chondroblasten en chondrocyten produceren collageen type 2.
• Territoriale matrix = Gebied direct rondom de chondrocyt dat rijk is aan proteoglycanen.
• Interterritoriale matrix = Gebied tussen de chondrocyten dat rijk is aan collageen.
• Capsulaire matrix = Gebied direct rondom de chondrocyt dat rijk is aan collageen type 6
(bindt aan integrines).
Chondron = Een groepje chondrocyten met territoriale matrix. → Ontstaat als een chondrocyt deelt.
Chondrocyten hebben een uitgebreid RER en golgi voor de productie van collageen en proteoglycanen.
Histologie elastisch kraakbeen
Elastisch kraakbeen is bijna hetzelfde opgebouwd als hyalien kraakbeen. Echter bevat het elastine vezels.
Histologie fibreus/vezelig kraakbeen
• Mix van hyalien kraakbeen en bindweefsel.
• Chondrocyten liggen in groepjes bij elkaar (= isogene celnesten). Hieromheen ligt kraakbeenmatrix.
2
Hoorcollege 15 – Kraakbeen – Weefsels (28-05-2018)
Mesenchymale stamcellen
Mesenchymale stamcellen zijn multipotent. Hieruit kunnen
verschillende mesenchymale cellijnen ontstaan.
Fibroblasten kunnen niet differentiëren tot osteoblasten en
chondroblasten.
Functies van kraakbeen
• Casco voor botvorming tijdens embryogenese.
• Vormgeving.
VB: Oor.
• Bescherming van organen.
• Schokabsorptie.
VB: Knie, tussenwervelschijf.
• Wrijvingsloze omgeving in gewrichten.
• Groeischijf in lange beenderen.
Soorten kraakbeen
• Hyalien kraakbeen.
• Bestaat uit: collageen type 2, proteoglycanen (aggrecan), water en chondronectine.
• Locatie: articulair kraakbeen/gewrichtskraakbeen, luchtpijp-trachea, verbinding borstbeen
met ribben, groeischijven, embryonaal skelet.
• Elastisch kraakbeen.
• Bestaat uit: hyalien kraakbeen met elastine
vezels.
• Locatie: het oor en het strottenhoofdklepje.
• Fibreus kraakbeen.
• Compact, stug kraakbeen.
• Bestaat uit: hyalien kraakbeen met fibroblasten
en bundels van vezels van collageen type 1.
• Locatie: tussenwervelschijven, meniscus,
schaambeenderen.
Overeenkomsten
De drie bovenstaande kraakbeensoorten bevatten allemaal:
• Collageen type 2.
• Proteoglycanen (aggrecan).
• Water.
• Chondronectine.
Samenstelling van hyalien kraakbeen
• Water (grootste deel). → Schokabsorptie.
• Cellen: chondroblasten en chondrocyten.
• Collagenen: collageen type 2.
• Proteoglycanen: aggrecan.
• Glycoproteïnen.
1
, Kraakbeen bevat een netwerk van collageen type II en proteoglycanen.
Deze zitten met elektrostatische verbindingen aan elkaar gebonden.
Chondrocyten hebben integrines op het oppervlak. Deze binden aan
chondronectine. Chondronectine koppelt de chondrocyt aan moleculen in
de extracellulaire matrix (proteoglycanen, collageen vezels). Hierdoor
ontstaat een stevig netwerk met daartussen veel water.
Aggrecan
• Belangrijkste proteoglycaan in kraakbeen.
• Alle aggrecanmoleculen zitten vast aan hyaluronzuur. De
negatieve lading zorgt ervoor dat water goed wordt
vastgehouden.
Histologie hyalien kraakbeen
• Perichondrium = Kapsel rondom het hyalien kraakbeen.
• Hierin liggen de voorloper stamcellen (platte
cellen) en fibroblasten.
• De voorloper stamcellen liggen dicht tegen
het kraakbeen aan.
• Fibroblasten produceren collageen type 1.
• Bevat bloedvaten.
• Kraakbeenzone.
• Hierin liggen chondroblasten (ovaalvormig) en
chondrocyten (ronde vorm).
• Chondroblasten scheiden extracellulaire
factoren uit, waaruit de extracellulaire matrix
wordt gevormd.
• Chondrocyt = Een chondroblast die wordt
omgeven door de extracellulaire matrix. →
Liggen in chondrocyt lacunes. Chondrocyten
sluiten nauw aan op de matrix en heeft dus
veel contact met de omgeving.
• Chondroblasten en chondrocyten produceren collageen type 2.
• Territoriale matrix = Gebied direct rondom de chondrocyt dat rijk is aan proteoglycanen.
• Interterritoriale matrix = Gebied tussen de chondrocyten dat rijk is aan collageen.
• Capsulaire matrix = Gebied direct rondom de chondrocyt dat rijk is aan collageen type 6
(bindt aan integrines).
Chondron = Een groepje chondrocyten met territoriale matrix. → Ontstaat als een chondrocyt deelt.
Chondrocyten hebben een uitgebreid RER en golgi voor de productie van collageen en proteoglycanen.
Histologie elastisch kraakbeen
Elastisch kraakbeen is bijna hetzelfde opgebouwd als hyalien kraakbeen. Echter bevat het elastine vezels.
Histologie fibreus/vezelig kraakbeen
• Mix van hyalien kraakbeen en bindweefsel.
• Chondrocyten liggen in groepjes bij elkaar (= isogene celnesten). Hieromheen ligt kraakbeenmatrix.
2