Samenva'ng Inleiding onderwijsrecht voor onderwijsprofessionals
Studietaak 1 – Algemene juridische voorkennis
Primaire func,e van het recht: ordenen van de samenleving. Welke en wiens belangen gaan
boven andere belangen.
Het recht kan worden gezien als; de implementa:e van de poli:eke keuzes.
Rechtswetenschap: bestudeert het recht zelf; de wijze waarop het recht is geordend en/of
gestructureerd alsmede de uitleg en soms ook de effecten daarvan.
Wetgever: het samenspel tussen de regering en de beide kamers van de Staten-Generaal.
Wet indienen:
1. Minister neemt ini:a:ef
2. wetvoorstel opstellen
3. Stuurt dat voor (verplicht) advies naar de Raad van State (hoogste adviesorgaan van de
regering)
4. Stuurt eventueel na advies van Raad van State in aangepast vorm door naar de Tweede
Kamer der Staten-Generaal.
5. Tweede Kamer behandelt het voorstel en heeN recht van amendement (recht om alsnog
wijzigingen aan te brengen) à verwerpen of aanvaarden.
6. Aanvaard? Wetvoorstel naar de Eerste Kamer. Geen recht van amendement, wel door
Novelle (Eerste Kamer geeN aan het wetsvoorstel niet te willen goedkeuren, tenzij het
opnieuw wordt ingediend op de manier zoals de Eerste Kamer dat in de Novelle heeN
aangegeven) terugsturen naar de Tweede Kamer.
7. Goed gekeurd door de Eerste Kamer? Wet gaat naar de Koning, die kondigt de wet af en
laat het publiceren in het Staatsblad. De wet is nu een feit.
Wet van ini,a,ef: houdt in dat de Tweede Kamer zelf ook een wetsvoorstel kan ini:ëren en
in behandeling kan nemen.
Mogelijke indelingen van de rechtsmassa:
1. Hoofdlijnen we@amilies:
- Privaat/burgerlijk/civiel recht: deel van de basis van het onderwijsrecht. Vastgelegd
in het Burgerlijk Wetboek (BW). Rechtsregels die de rechtsrela:es tussen de burgers
onderling regelen zoals bv het personen- en familierecht, het rechtspersonenrecht,
het vermogensrecht, het erfrecht, het goederenrecht en het verbintenissenrecht.
- Bestuursrecht: deel van de basis van het onderwijsrecht. Vastgelegd in Algemene wet
bestuursrecht (Awb). Rechtsregels die de rela:e tussen het bestuur (de overheid) en
de burger regelen zoals: wie en/of welke instan:e zijn aan te merken als
bestuursorgaan, wie en/of welke instan:e zijn aan te merken als belanghebbende, op
welke wijze met het bestuur kan worden gecommuniceerd enz.
- Staatsrecht: Vastgelegd in de Grondwet (Gw), de provinciewet en de gemeentewet.
Regelt de wijze waarop het bestuur in Nederland is ingericht, zoals de taken en
bevoegdheden van de regering, het kabinet, de ministers en staatssecretarissen en de
wijze waarop zij zich verhouden tot de beiden kamers van de Staten-Generaal.
Studietaak 1 – Algemene juridische voorkennis
Primaire func,e van het recht: ordenen van de samenleving. Welke en wiens belangen gaan
boven andere belangen.
Het recht kan worden gezien als; de implementa:e van de poli:eke keuzes.
Rechtswetenschap: bestudeert het recht zelf; de wijze waarop het recht is geordend en/of
gestructureerd alsmede de uitleg en soms ook de effecten daarvan.
Wetgever: het samenspel tussen de regering en de beide kamers van de Staten-Generaal.
Wet indienen:
1. Minister neemt ini:a:ef
2. wetvoorstel opstellen
3. Stuurt dat voor (verplicht) advies naar de Raad van State (hoogste adviesorgaan van de
regering)
4. Stuurt eventueel na advies van Raad van State in aangepast vorm door naar de Tweede
Kamer der Staten-Generaal.
5. Tweede Kamer behandelt het voorstel en heeN recht van amendement (recht om alsnog
wijzigingen aan te brengen) à verwerpen of aanvaarden.
6. Aanvaard? Wetvoorstel naar de Eerste Kamer. Geen recht van amendement, wel door
Novelle (Eerste Kamer geeN aan het wetsvoorstel niet te willen goedkeuren, tenzij het
opnieuw wordt ingediend op de manier zoals de Eerste Kamer dat in de Novelle heeN
aangegeven) terugsturen naar de Tweede Kamer.
7. Goed gekeurd door de Eerste Kamer? Wet gaat naar de Koning, die kondigt de wet af en
laat het publiceren in het Staatsblad. De wet is nu een feit.
Wet van ini,a,ef: houdt in dat de Tweede Kamer zelf ook een wetsvoorstel kan ini:ëren en
in behandeling kan nemen.
Mogelijke indelingen van de rechtsmassa:
1. Hoofdlijnen we@amilies:
- Privaat/burgerlijk/civiel recht: deel van de basis van het onderwijsrecht. Vastgelegd
in het Burgerlijk Wetboek (BW). Rechtsregels die de rechtsrela:es tussen de burgers
onderling regelen zoals bv het personen- en familierecht, het rechtspersonenrecht,
het vermogensrecht, het erfrecht, het goederenrecht en het verbintenissenrecht.
- Bestuursrecht: deel van de basis van het onderwijsrecht. Vastgelegd in Algemene wet
bestuursrecht (Awb). Rechtsregels die de rela:e tussen het bestuur (de overheid) en
de burger regelen zoals: wie en/of welke instan:e zijn aan te merken als
bestuursorgaan, wie en/of welke instan:e zijn aan te merken als belanghebbende, op
welke wijze met het bestuur kan worden gecommuniceerd enz.
- Staatsrecht: Vastgelegd in de Grondwet (Gw), de provinciewet en de gemeentewet.
Regelt de wijze waarop het bestuur in Nederland is ingericht, zoals de taken en
bevoegdheden van de regering, het kabinet, de ministers en staatssecretarissen en de
wijze waarop zij zich verhouden tot de beiden kamers van de Staten-Generaal.
