Onderzoek 2.3 powerpoints
Les 1
Fasen in praktijkgericht onderzoek
Probleemanalyse Fase I Onderzoeksvoorstel
Onderzoeksontwerp
Dataverzameling Fase II Gegevens verzamelen
Data analyse
Rapportage Fase III Gegevens analyseren en rapporteren
Fase I Onderzoeksvoorstel
Een onderzoek is onafhankelijk van:
voorkeuren en meningen van betrokkenen / shareholders
je eigen mening, van jezelf! (dus objectief)
Een onderzoek is toetsbaar:
Resultaten moeten meetbaar zijn in de sociale werkelijkheid (via
observaties, interviews en/of enquêtes) en reproduceerbaar
Eenduidig = geen verwarring over definities b.v.
Waarneembaar = dus te toetsen
Een onderzoek is nauwkeurig:
Informatiegehalte is hoog
Een onderzoek is generaliseerbaar:
Uitspraken kunnen doen over groepen personen of verschijnselen die niet
specifiek zijn onderzocht
Een onderzoek is efficiënt en bruikbaar:
De opdrachtgever moet er wat aan hebben
Onderzoek is NIET het willekeurig verzamelen van allerlei gegevens zonder doel
of reden.
Onderzoek is WEL het systematisch verzamelen, analyseren en interpreteren van
data met als doel het vergroten van kennis en/of het oplossen van problemen.
Een onderzoeksvoorstel is bij elk onderzoek zeer belangrijk:
Het verkleint de kans dat je als onderzoeker vastloopt tijdens (het verdere
verloop van) je onderzoek.
Een onderzoeksvoorstel beschrijft de doelstelling van het onderzoek, en
bespreekt de relevante literatuur en omschrijft hoe het onderzoek
uitgevoerd gaat worden
De elementen van het onderzoeksproces, gebaseerd op Veal.
, De eerste zes elementen vormen het
onderzoeksvoorstel.
Een onderzoeksvoorstel:
beschrijft het doel en de middelen.
beantwoordt de zogeheten topische vragen
(de 5 of 7 W’s).
Topische vragen:
Waarover gaat het onderzoek?
- Het onderwerp / de probleemanalyse
Waartoe dient het onderzoek
- Probleemstelling in tweeën te delen
o Waarom vraag? ->
DOELSTELLING
o Wat vraag? -> CENTRALE
VRAAG
Bovenstaande vragen gaan over het DOEL.
Waarop is het onderzoek gebaseerd?
(deskresearch en/of field research)
Waar wordt er onderzocht?
Wanneer wordt er onderzocht?
Hoe wordt er onderzocht?
Hoeveel te onderzoeken? (afbakening)
Bovenstaande vragen gaan over de MIDDELEN.
Opbouw onderzoeksvoorstel:
1. Inleiding
Achtergrond (van de opdrachtgever en de opdracht)
Aanleiding (inclusief trends en ontwikkelingen)
Doelstelling
Relevantie (praktisch en maatschappelijk)
Leeswijzer
2. Inhoudelijke verkenning (kritisch literatuur overzicht)
3. Centrale vraag en deelvragen
4. Methode(n) van onderzoek (methodologie)
5. Planning
6. Voorlopige inhoudsopgave (van het onderzoeksrapport)
7. Bibliografie
Hoofdstuk 1: Inleiding
Vaak is er een leemte in kennis of gaat het om een probleem. We noemen dit
eerste hoofdstuk ook wel de probleemanalyse.
Handige vragen voor jezelf als onderzoeker zijn dan:
• Wat is het probleem (dan wel gebrek aan kennis)?
• Wie heeft het probleem?
• Wanneer is het probleem ontstaan?
• Waarom is het een probleem?
• Waar doet het probleem zich voor?
NIET letterlijk beantwoorden!
Les 1
Fasen in praktijkgericht onderzoek
Probleemanalyse Fase I Onderzoeksvoorstel
Onderzoeksontwerp
Dataverzameling Fase II Gegevens verzamelen
Data analyse
Rapportage Fase III Gegevens analyseren en rapporteren
Fase I Onderzoeksvoorstel
Een onderzoek is onafhankelijk van:
voorkeuren en meningen van betrokkenen / shareholders
je eigen mening, van jezelf! (dus objectief)
Een onderzoek is toetsbaar:
Resultaten moeten meetbaar zijn in de sociale werkelijkheid (via
observaties, interviews en/of enquêtes) en reproduceerbaar
Eenduidig = geen verwarring over definities b.v.
Waarneembaar = dus te toetsen
Een onderzoek is nauwkeurig:
Informatiegehalte is hoog
Een onderzoek is generaliseerbaar:
Uitspraken kunnen doen over groepen personen of verschijnselen die niet
specifiek zijn onderzocht
Een onderzoek is efficiënt en bruikbaar:
De opdrachtgever moet er wat aan hebben
Onderzoek is NIET het willekeurig verzamelen van allerlei gegevens zonder doel
of reden.
Onderzoek is WEL het systematisch verzamelen, analyseren en interpreteren van
data met als doel het vergroten van kennis en/of het oplossen van problemen.
Een onderzoeksvoorstel is bij elk onderzoek zeer belangrijk:
Het verkleint de kans dat je als onderzoeker vastloopt tijdens (het verdere
verloop van) je onderzoek.
Een onderzoeksvoorstel beschrijft de doelstelling van het onderzoek, en
bespreekt de relevante literatuur en omschrijft hoe het onderzoek
uitgevoerd gaat worden
De elementen van het onderzoeksproces, gebaseerd op Veal.
, De eerste zes elementen vormen het
onderzoeksvoorstel.
Een onderzoeksvoorstel:
beschrijft het doel en de middelen.
beantwoordt de zogeheten topische vragen
(de 5 of 7 W’s).
Topische vragen:
Waarover gaat het onderzoek?
- Het onderwerp / de probleemanalyse
Waartoe dient het onderzoek
- Probleemstelling in tweeën te delen
o Waarom vraag? ->
DOELSTELLING
o Wat vraag? -> CENTRALE
VRAAG
Bovenstaande vragen gaan over het DOEL.
Waarop is het onderzoek gebaseerd?
(deskresearch en/of field research)
Waar wordt er onderzocht?
Wanneer wordt er onderzocht?
Hoe wordt er onderzocht?
Hoeveel te onderzoeken? (afbakening)
Bovenstaande vragen gaan over de MIDDELEN.
Opbouw onderzoeksvoorstel:
1. Inleiding
Achtergrond (van de opdrachtgever en de opdracht)
Aanleiding (inclusief trends en ontwikkelingen)
Doelstelling
Relevantie (praktisch en maatschappelijk)
Leeswijzer
2. Inhoudelijke verkenning (kritisch literatuur overzicht)
3. Centrale vraag en deelvragen
4. Methode(n) van onderzoek (methodologie)
5. Planning
6. Voorlopige inhoudsopgave (van het onderzoeksrapport)
7. Bibliografie
Hoofdstuk 1: Inleiding
Vaak is er een leemte in kennis of gaat het om een probleem. We noemen dit
eerste hoofdstuk ook wel de probleemanalyse.
Handige vragen voor jezelf als onderzoeker zijn dan:
• Wat is het probleem (dan wel gebrek aan kennis)?
• Wie heeft het probleem?
• Wanneer is het probleem ontstaan?
• Waarom is het een probleem?
• Waar doet het probleem zich voor?
NIET letterlijk beantwoorden!