4.1
———————————————————————————————————————————
Geschiedenis van het leven op aarde
miljoen jaar geleden:
3800 —> eerste eencelligen 350 —> amfibieën
670 —> eerste meercellige 300 —> reptielen
542 —> gepantserde dieren 250 —> zaadplanten
400 —> landplanten 5 —> mensachtigen
———————————————————————————————————————————
Ontstaan van organische stoffen
Organische stoffen Anorganische
- afkomstig an organismen of van producten van - komen zowel in organismen voor als in de
organismen levenloze natuur
- relatief grote, ingewikkeld gebouwde moleculen - kleine, eenvoudig gebouwde moleculen
- de moleculen bevatten 1 of meer atomen C, H en - bijv. koolstofdioxide, water, keukenzout, zuustofgas
(meestal) O
- bijv. koolhydraten, eiwitten, vetten
Vroeger was er een oeratmosfeer —> chemische evolutie waarbij vulkanen met organische stoffen
vrijkomen —> eerst anorganisch, daarna organisch
Miller-Urey-experiment testte uit hoe anorganische naar organische veranderen.
———————————————————————————————————————————
Ontstaan van levende cellen
biogenese = het ontstaan van leven uit levenloze materie
1. de oeratmosfeer bevatte geen zuurstof
2. in de oeratmosfeer ontstonden door o.a. bliksemontladingen en uv-straling kleine organische
moleculen (bijv. aminozuren, nucleotiden, koolhydraten en vetzuren)
3. in de overzeeën werd door indikking een organische oersoep gevormd waarin grotere
moleculen en vervolgens de eerste cellen zijn ontstaan
OF
3. Protobionten (‘druppels’ organische moleculen waaruit cellen ontstonden) ontstonden bij de
Black Smokers
Heterotrofe organismen Autotrofe organismen
- hebben andere organismen nodig als voedsel - hebben geen andere organismen nodig als
voedsel
- kunnen geen organische stoffen maken uit alleen - kunnen organische stoffen maken uit alleen
anorganische stoffen anorganische stoffen
- nemen organische en anorganische stoffen op uit - nemen anorganische stoffen op uit hun milieu
hun milieu
, Zelforganisatie = vorming van cellen uit organische stoffen
anaeroob organismen = kunnen alleen zonder zuurstof leven
aerobe organismen = kunnen alleen met zuurstof leven
Volgorde van prokaryote organismen:
1. anaeroob & heterotroof
2. anaeroob & autotroof —> cyanobacteriën (fotosynthese)
*toename in zuurstof door fotosynthese* —> anaerobe organismen worden langzaam vergiftigd
3. aeroob & heterotroof
———————————————————————————————————————————
Endosymbiosetheorie
= eukaryoten ontstonden door prokaryoten
Door instulping van het celmembraan rondom het DNA ontstonden een celkern met een
kernmembraan en het endoplasmatisch reticulum
ontstaan.
Mitochondriën en chloroplasten waren eerst
prokaryoten:
- dat kun je zien omdat ze eigen DNA hebben
- chloroplasten waren eerst cyanobacteriën
- mitochondriën waren eerst aerobe bacteriën
———————————————————————————————————————————
Indeling in domeinen
biodiversiteit = verscheidenheid aan organismen
Drie domeinen:
1. bacteriën > prokaryoten
2. archaea
3. eukaryoten —> planten, dieren en schimmels
———————————————————————————————————————————
Taxonomie
Een rijk wordt verder ingedeeld in steeds kleinere taxa (groepen)
—> eerst stam, klassen, orden, families, geslachten en soorten
een geslacht (genus) bestaat uit soorten (species) die zich uit eenzelfde voorouder hebben
ontwikkeld
Binaire naamgeving
1. geslachtsnaam (voorop met hoofdletter)
2. soortaanduiding (met kleine letter)
3. vaak nog de naam (afgekort) van de naamgever —> bijv. Bellis perennis L.
4. schuingedrukt
———————————————————————————————————————————
Geschiedenis van het leven op aarde
miljoen jaar geleden:
3800 —> eerste eencelligen 350 —> amfibieën
670 —> eerste meercellige 300 —> reptielen
542 —> gepantserde dieren 250 —> zaadplanten
400 —> landplanten 5 —> mensachtigen
———————————————————————————————————————————
Ontstaan van organische stoffen
Organische stoffen Anorganische
- afkomstig an organismen of van producten van - komen zowel in organismen voor als in de
organismen levenloze natuur
- relatief grote, ingewikkeld gebouwde moleculen - kleine, eenvoudig gebouwde moleculen
- de moleculen bevatten 1 of meer atomen C, H en - bijv. koolstofdioxide, water, keukenzout, zuustofgas
(meestal) O
- bijv. koolhydraten, eiwitten, vetten
Vroeger was er een oeratmosfeer —> chemische evolutie waarbij vulkanen met organische stoffen
vrijkomen —> eerst anorganisch, daarna organisch
Miller-Urey-experiment testte uit hoe anorganische naar organische veranderen.
———————————————————————————————————————————
Ontstaan van levende cellen
biogenese = het ontstaan van leven uit levenloze materie
1. de oeratmosfeer bevatte geen zuurstof
2. in de oeratmosfeer ontstonden door o.a. bliksemontladingen en uv-straling kleine organische
moleculen (bijv. aminozuren, nucleotiden, koolhydraten en vetzuren)
3. in de overzeeën werd door indikking een organische oersoep gevormd waarin grotere
moleculen en vervolgens de eerste cellen zijn ontstaan
OF
3. Protobionten (‘druppels’ organische moleculen waaruit cellen ontstonden) ontstonden bij de
Black Smokers
Heterotrofe organismen Autotrofe organismen
- hebben andere organismen nodig als voedsel - hebben geen andere organismen nodig als
voedsel
- kunnen geen organische stoffen maken uit alleen - kunnen organische stoffen maken uit alleen
anorganische stoffen anorganische stoffen
- nemen organische en anorganische stoffen op uit - nemen anorganische stoffen op uit hun milieu
hun milieu
, Zelforganisatie = vorming van cellen uit organische stoffen
anaeroob organismen = kunnen alleen zonder zuurstof leven
aerobe organismen = kunnen alleen met zuurstof leven
Volgorde van prokaryote organismen:
1. anaeroob & heterotroof
2. anaeroob & autotroof —> cyanobacteriën (fotosynthese)
*toename in zuurstof door fotosynthese* —> anaerobe organismen worden langzaam vergiftigd
3. aeroob & heterotroof
———————————————————————————————————————————
Endosymbiosetheorie
= eukaryoten ontstonden door prokaryoten
Door instulping van het celmembraan rondom het DNA ontstonden een celkern met een
kernmembraan en het endoplasmatisch reticulum
ontstaan.
Mitochondriën en chloroplasten waren eerst
prokaryoten:
- dat kun je zien omdat ze eigen DNA hebben
- chloroplasten waren eerst cyanobacteriën
- mitochondriën waren eerst aerobe bacteriën
———————————————————————————————————————————
Indeling in domeinen
biodiversiteit = verscheidenheid aan organismen
Drie domeinen:
1. bacteriën > prokaryoten
2. archaea
3. eukaryoten —> planten, dieren en schimmels
———————————————————————————————————————————
Taxonomie
Een rijk wordt verder ingedeeld in steeds kleinere taxa (groepen)
—> eerst stam, klassen, orden, families, geslachten en soorten
een geslacht (genus) bestaat uit soorten (species) die zich uit eenzelfde voorouder hebben
ontwikkeld
Binaire naamgeving
1. geslachtsnaam (voorop met hoofdletter)
2. soortaanduiding (met kleine letter)
3. vaak nog de naam (afgekort) van de naamgever —> bijv. Bellis perennis L.
4. schuingedrukt