Grondslagen van de marketing
Oefentoets
Auteur: Prof. Dr. Bronis Verhage
Negende druk
,Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1: Wat is marketing? .............................................................................................................. 2
Antwoorden hoofdstuk 1 .................................................................................................................... 6
Hoofdstuk 3: Marketingomgeving........................................................................................................... 9
Antwoorden hoofdstuk 3 .................................................................................................................. 13
Hoofdstuk 4: Koopbeslissingen ............................................................................................................. 15
Antwoorden hoofdstuk 4 .................................................................................................................. 19
Hoofdstuk 5: Marktonderzoek en marketinginformatie ....................................................................... 21
Antwoorden hoofdstuk 5 .................................................................................................................. 25
Hoofdstuk 6: Marktsegmentatie en positionering ................................................................................ 27
1
,Hoofdstuk 1: Wat is marketing?
1. Welk marketingaspect behoort niet tot de marketingmix?
a. distributie
b. positionering
c. prijs
d. promotie
2. Het doel van marketing is om de doelgroep zo goed mogelijk te leren kennen en daardoor:
a. de verkoopafdeling van een bedrijf zo veel mogelijk werk uit handen te nemen
b. de verkoopactiviteiten zo goed mogelijk aan te laten sluiten op de wensen van de klant
c. de juiste klant te selecteren bij een product, dienst of idee
d. een product te leveren dat zo goed mogelijk aansluit op de wensen van de klant
3. Waarom spreekt men liever van marketing dan van commerciële economie?
a. Marketing heeft vooral te maken met sociologie, niet met economie.
b. Marketing heeft niet als enige doel om verkoop te stimuleren.
c. Marketing is een ruimer geaccepteerd begrip.
d. Marketing heeft een meer multidisciplinair karakter.
4. Welke situatie beschrijft een situatie op het niveau van micromarketing?
a. Maatschappelijk verantwoord ondernemen wordt steeds belangrijker in onze samenleving.
b. De Nederlandse economie groeit in 2016 met 2%.
c. IKEA wil zich in een nieuwe campagne profileren als 'Het woonwarenhuis van Nederland'.
d. De 'traditionele' retail heeft het moeilijk, omdat consumenten steeds vaker online winkelen.
5. Wat is bartering?
a. het betalen van goederen met geld
b. het kopen van producten via internetveilingen
c. het beschrijven van de economie op macroniveau
d. het ruilen van goederen tegen andere goederen
6. Cacao wordt geoogst op cacaoplantages in bijvoorbeeld Ivoorkust. Vandaar gaat het naar
chocoladefabrikanten: zij verwerken de cacao tot ruwe chocolade. Dit gaat naar chocolatiers zoals
Lindt of Verkade, die er chocoladerepen of bonbons van maken. Via de detailhandel
(supermarkten zoals Albert Heijn en Jumbo, maar ook banketbakkers en gespecialiseerde
chocoladewinkels) komt het uiteindelijk bij de consument terecht. Wat is hier beschreven?
a. een bedrijfstak
b. micromarketing
c. een branche
d. een bedrijfskolom
2
, 7. Welke activiteit valt niet onder marketingmanagement?
a. het financieren van marketingactiviteiten
b. het plannen van marketingactiviteiten
c. het evalueren van marketingactiviteiten
d. het implementeren van marketingactiviteiten
8. Hoe noemt men de marketingactiviteiten die partijen in dezelfde bedrijfskolom gezamenlijk
ontplooien?
a. micromarketing
b. dienstenmarketing
c. direct marketing
d. mesomarketing
9. Stelling: Bij het verkoopconcept wordt er geluisterd naar de wensen en behoeften van de klant.
a. Juist
b. Onjuist
10. Bij welk marketingconcept wordt er gekeken naar de wensen van de afnemer, het realiseren
van een concurrentievoordeel en de relatie met andere belangengroepen?
a. het verkoopconcept
b. de relatiemarketing
c. het productconcept
d. het maatschappelijk marketingconcept
11. Welk marketingniveau krijgt bij het maatschappelijke marketingconcept hernieuwde
aandacht?
a. macromarketing
b. micromarketing
c. mesomarketing
d. metamarketing
12. Slagerij Van Kampen heeft als slogan 'Kwaliteit is onze beste reclame'. De eigenaar van de
slagerij gelooft er ook heilig in dat mensen vanzelf wel op de kwaliteit van zijn vleesproducten
afkomen. Onder zijn leiding heeft het bedrijf dan ook vrijwel niet geadverteerd. Welke
marketingfilosofie wordt hier gehanteerd?
a. productieconcept
b. maatschappelijk marketingconcept
c. marketingconcept
d. productconcept
3
Oefentoets
Auteur: Prof. Dr. Bronis Verhage
Negende druk
,Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1: Wat is marketing? .............................................................................................................. 2
Antwoorden hoofdstuk 1 .................................................................................................................... 6
Hoofdstuk 3: Marketingomgeving........................................................................................................... 9
Antwoorden hoofdstuk 3 .................................................................................................................. 13
Hoofdstuk 4: Koopbeslissingen ............................................................................................................. 15
Antwoorden hoofdstuk 4 .................................................................................................................. 19
Hoofdstuk 5: Marktonderzoek en marketinginformatie ....................................................................... 21
Antwoorden hoofdstuk 5 .................................................................................................................. 25
Hoofdstuk 6: Marktsegmentatie en positionering ................................................................................ 27
1
,Hoofdstuk 1: Wat is marketing?
1. Welk marketingaspect behoort niet tot de marketingmix?
a. distributie
b. positionering
c. prijs
d. promotie
2. Het doel van marketing is om de doelgroep zo goed mogelijk te leren kennen en daardoor:
a. de verkoopafdeling van een bedrijf zo veel mogelijk werk uit handen te nemen
b. de verkoopactiviteiten zo goed mogelijk aan te laten sluiten op de wensen van de klant
c. de juiste klant te selecteren bij een product, dienst of idee
d. een product te leveren dat zo goed mogelijk aansluit op de wensen van de klant
3. Waarom spreekt men liever van marketing dan van commerciële economie?
a. Marketing heeft vooral te maken met sociologie, niet met economie.
b. Marketing heeft niet als enige doel om verkoop te stimuleren.
c. Marketing is een ruimer geaccepteerd begrip.
d. Marketing heeft een meer multidisciplinair karakter.
4. Welke situatie beschrijft een situatie op het niveau van micromarketing?
a. Maatschappelijk verantwoord ondernemen wordt steeds belangrijker in onze samenleving.
b. De Nederlandse economie groeit in 2016 met 2%.
c. IKEA wil zich in een nieuwe campagne profileren als 'Het woonwarenhuis van Nederland'.
d. De 'traditionele' retail heeft het moeilijk, omdat consumenten steeds vaker online winkelen.
5. Wat is bartering?
a. het betalen van goederen met geld
b. het kopen van producten via internetveilingen
c. het beschrijven van de economie op macroniveau
d. het ruilen van goederen tegen andere goederen
6. Cacao wordt geoogst op cacaoplantages in bijvoorbeeld Ivoorkust. Vandaar gaat het naar
chocoladefabrikanten: zij verwerken de cacao tot ruwe chocolade. Dit gaat naar chocolatiers zoals
Lindt of Verkade, die er chocoladerepen of bonbons van maken. Via de detailhandel
(supermarkten zoals Albert Heijn en Jumbo, maar ook banketbakkers en gespecialiseerde
chocoladewinkels) komt het uiteindelijk bij de consument terecht. Wat is hier beschreven?
a. een bedrijfstak
b. micromarketing
c. een branche
d. een bedrijfskolom
2
, 7. Welke activiteit valt niet onder marketingmanagement?
a. het financieren van marketingactiviteiten
b. het plannen van marketingactiviteiten
c. het evalueren van marketingactiviteiten
d. het implementeren van marketingactiviteiten
8. Hoe noemt men de marketingactiviteiten die partijen in dezelfde bedrijfskolom gezamenlijk
ontplooien?
a. micromarketing
b. dienstenmarketing
c. direct marketing
d. mesomarketing
9. Stelling: Bij het verkoopconcept wordt er geluisterd naar de wensen en behoeften van de klant.
a. Juist
b. Onjuist
10. Bij welk marketingconcept wordt er gekeken naar de wensen van de afnemer, het realiseren
van een concurrentievoordeel en de relatie met andere belangengroepen?
a. het verkoopconcept
b. de relatiemarketing
c. het productconcept
d. het maatschappelijk marketingconcept
11. Welk marketingniveau krijgt bij het maatschappelijke marketingconcept hernieuwde
aandacht?
a. macromarketing
b. micromarketing
c. mesomarketing
d. metamarketing
12. Slagerij Van Kampen heeft als slogan 'Kwaliteit is onze beste reclame'. De eigenaar van de
slagerij gelooft er ook heilig in dat mensen vanzelf wel op de kwaliteit van zijn vleesproducten
afkomen. Onder zijn leiding heeft het bedrijf dan ook vrijwel niet geadverteerd. Welke
marketingfilosofie wordt hier gehanteerd?
a. productieconcept
b. maatschappelijk marketingconcept
c. marketingconcept
d. productconcept
3
