,MODULE 1
MODULE 1A: DE PLURALITEIT VAN DE PEDAGOGIEK
PEDAGOGIEK
WAT IS PEDAGOGIEK?
Pedagogiek of opvoedkunde is de wetenschappelijke studie van de manier waarop volwassenen -
ouders, opvoeders, onderwijzers en leraren, jeugdigen grootbrengen, om ze voor te bereiden op
een zelfstandig, volwassen bestaan. Het doel is om een expliciete bijdrage te leveren aan het
opvoedend en onderwijzend handelen van de pedagogische practici. Een beoefenaar van dit
vakgebied is een pedagoog.
- Opvoedings- en onderwijsprocessen
- Expliciete bijdrage leveren aan het opvoedend en onderwijzend handelen van de practici
GESCHIEDENIS
Oudheid:
• 4e eeuw v.C.: De Griekse filosoof Plato (427-347 v.C.) beschrijft de rol van opvoeding binnen de
stadsstaat (polis) om de sociale orde te behouden.
Nieuwe Tijd:
• 17e eeuw: John Locke (1632-1704) introduceert het concept van de mens als een ‘tabula rasa’
(onbeschreven blad), waarbij opvoeding en onderwijs de mens vormen.
• 18e eeuw: Jean-Jacques Rousseau (1712-1778) pleit in Emile of Over de opvoeding voor een
natuurlijke en individuele opvoeding. Hij geloofde dat kinderen van nature goed zijn en dat de
maatschappij hen kan bederven.
Academisering van de pedagogiek:
• 1779: Ernst Christian Trapp wordt de eerste hoogleraar in de pedagogiek als wetenschappelijke
discipline aan de Universiteit van Halle.
• 19e eeuw: Verschillende universiteiten beginnen leerstoelen pedagogiek in te stellen.
• 1918: In Nederland wordt R. Casimir benoemd tot bijzonder hoogleraar in de pedagogiek aan de
Universiteit van Leiden.
Modernisering en verdere ontwikkeling:
• Vanaf de 20e eeuw evolueert de pedagogiek verder als academische discipline, met continu
onderzoek naar opvoeding en onderwijs. → van incidenteel naar continu
• De pedagogische wetenschap draagt actief bij aan onderwijspraktijken en de opleiding van opvoeders
en leraren.
2
,PEDAGOGIEK ALS WETENSCHAP
DE WETENSCHAPPELIJKHEID VAN DE PEDAGOGIEK
Academische pedagogiek centraal: de cursus richt zich op pedagogiek als wetenschap, niet op de praktijk.
o Historische ontwikkelingen: Onderzoek naar de evolutie van pedagogiek als wetenschappelijke
discipline in twee eeuwen.
o Zelfreflectie binnen de wetenschap: Hoe pedagogen hun eigen theorievorming en onderzoek
interpreteren.
o Wetenschappelijkheid van pedagogiek: Onderzoek naar de juiste methoden voor theorievorming
en empirisch onderzoek.
o Metatheoretische benadering: De praktijk van wetenschappelijk onderzoek wordt zelf geanalyseerd.
o Geen overkoepelende metatheorie: Er bestaan meerdere concurrerende wetenschapstheorieën
binnen de pedagogiek.
WETENSCHAPSTHEORETISCHE DISCUSSIES IN DE PEDAGOGIEK
1. Verschillende Opvattingen over Wetenschappelijkheid
Er is geen eenduidige definitie van wat als wetenschappelijk geldt binnen de pedagogiek. Wat in de ene
benadering als wetenschappelijk wordt beschouwd, kan door een andere benadering als onwetenschappelijk
worden bestempeld. Dit maakt de wetenschapstheorieën binnen de pedagogiek divers en soms tegenstrijdig.
2. Verschillen in Onderzoeks- en Verantwoordingstechnieken
Er bestaat geen uniforme visie over welke methoden en technieken voor empirisch pedagogisch onderzoek het
beste zijn. Ook de eisen voor het verantwoorden van onderzoeksresultaten lopen sterk uiteen, waardoor het
moeilijk is om een universeel antwoord te geven op hoe deze resultaten moeten worden gepresenteerd en
beoordeeld.
3. Relatie Tussen Theorie en Praktijk
Er zijn verschillende visies op de relatie tussen pedagogische theorie en praktijk:
• Praktijk als primair: In sommige benaderingen wordt de praktijk gezien als het belangrijkste, en
wordt theorie gezien als een hulpmiddel dat zich aan de praktijk moet aanpassen.
• Theorie als primair: Andere benaderingen geven de theorie het voorrecht, waarbij de praktijk zich
moet schikken naar de theorie.
• Wisselwerking tussen theorie en praktijk: Er is ook een visie waarin theorie en praktijk elkaar
beïnvloeden, waarbij beide als relatief zelfstandig worden gezien, maar wel met een wisselwerking.
4. Drie Niveaus van Wetenschap
Metatheoretisch Niveau:
• Theoretiseren over theorievorming en onderzoek
• Reflectie op de wetenschappelijke theorieën, benaderingen en methoden binnen de pedagogiek.
• De vraag naar de wetenschappelijkheid van pedagogisch onderzoek.
3
, Object-theoretisch Niveau:
• Theorievorming en onderzoek naar het object 'opvoeding'
• Specifieke theorieën en empirisch onderzoek gericht op opvoeding en onderwijs als onderwerp van studie.
• Het ontwikkelen van pedagogische theorieën en het uitvoeren van onderzoek over opvoeding.
Het Niveau van de Praktijk:
• Werkelijkheid van opvoeding en onderwijs
• De dagelijkse realiteit van opvoeden en onderwijzen.
• De toepassing van pedagogische theorieën in de praktijk van opvoeding en onderwijs.
WAT DIT VAK ONS GAAT LEREN:
• Pedagogische wetenschappelijke benaderingen: Het vak behandelt verschillende benaderingen van
pedagogisch onderzoek en theorievorming, met de nadruk op de wetenschappelijke grondslagen.
• Object-theoretisch en praktijkniveau: We zullen leren hoe de theorieën over opvoeding en onderwijs
worden ontwikkeld en hoe deze in de praktijk kunnen worden toegepast.
• Wetenschapsidealen: Er wordt onderzocht welk wetenschapsideaal (beschrijven, verhelderen, verklaren)
ten grondslag ligt aan object-theorieën en empirisch pedagogisch onderzoek.
• Methoden en problemen in onderzoek: De specifieke methoden die gebruikt worden in verschillende
benaderingen van pedagogisch onderzoek, evenals de problemen die zich daarbij voordoen, worden
besproken.
• Relatie tussen theorie en praktijk: We leren hoe de visie op de relatie tussen theorie en praktijk wordt
beïnvloed door verschillende metatheoretische standpunten.
• Praktische consequenties van pedagogiek: We zullen inzicht krijgen in de verschillende interpretaties
van pedagogiek als 'praktische wetenschap' en hoe dit invloed heeft op de praktijk van opvoeding en
onderwijs.
• Evalueren van objecttheorieën: Dit vak stelt ons in staat om pedagogische objecttheorieën vanuit
verschillende benaderingen te beoordelen en te waarderen.
• Benaderingen in de pedagogiek: Het vak behandelt zeven belangrijke pedagogische benaderingen:
1. Geesteswetenschappelijke pedagogiek: Deze benadering legt de nadruk op het begrijpen van
opvoeding en onderwijs vanuit een filosofisch en historisch perspectief. Ze onderzoekt
opvoedingsvraagstukken in bredere culturele en historische contexten en benadrukt de waarde
van interpretatie en reflectie in pedagogisch denken.
2. Empirisch-analytische pedagogiek: Deze benadering richt zich op de wetenschappelijke analyse van
opvoeding en onderwijs door middel van empirisch onderzoek, met gebruik van kwantitatieve en
kwalitatieve methoden. Het doel is om oorzaak-gevolgrelaties en algemene patronen te ontdekken
die de praktijk van opvoeding kunnen verbeteren.
3. Kritische pedagogiek: Geïnspireerd door het werk van denkers als Habermas, richt deze benadering
zich op de kritiek van bestaande onderwijsstructuren en opvoedingspraktijken. Kritische
pedagogiek stelt dat opvoeding en onderwijs niet alleen moeten bijdragen aan de persoonlijke
ontwikkeling van kinderen, maar ook aan sociale en politieke verandering.
4