100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting blok 1.1: Inleiding in de Sociologie €4,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting blok 1.1: Inleiding in de Sociologie

3 beoordelingen
 243 keer bekeken  13 aankopen
  • Vak
  • Instelling

Samenvatting van blok 1.1 (of de minor) Inleiding in de Sociologie. Met deze samenvatting heb ik een 7,9 behaald op de bloktoets. Alle problemen zijn aangepast naar aanleiding van de werkgroepen.

Voorbeeld 4 van de 54  pagina's

  • 1 september 2020
  • 54
  • 2019/2020
  • Samenvatting

3  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: nnisanurr • 2 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: MellevanDalen • 2 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: MelihCan • 3 jaar geleden

avatar-seller
Probleem 1 Verschillende brillen
Ballantine 30-39, Giddens 38-43, Macionis 23-26
Leerdoel 1 “Wat houden de vier sociologische perspectieven in?”
Emile Durkheim – Functionalisme (structural-functional
theory) (macro)
Functionalisme ziet samenleving als een complex systeem is waarbij verschillende gedeeltes met
elkaar samenwerken om te zorgen voor stabiliteit en solidariteit en dat de sociologie investeert in
de relaties daartussen. Structurele benadering.

De volgende factoren werken samen om samenleving zo harmonieus en soepel te laten verlopen:
1. Sociale structuur: groepen, organisaties, instanties. Relatief stabiele patronen van sociaal
gedrag. Bijvoorbeeld vormgeving van het gezin, het geven van een hand.
2. Cultuur: geloof, waarden en normen)
3. Sociale processen: sociale verandering of kinderen grootbrengen)

Daarnaast kunnen sociale structuren begrepen worden in termen van sociale functies of gevolgen
voor de werking van de samenleving. Alle sociale structuren (van gezinsleven tot een simpele
handdruk) dragen bij aan de werking van de samenleving.

De kernideeën van het functionalisme:
 Het onderzoekt de macroniveau organisaties en patronen in de samenleving.
 Het kijkt naar wat samenlevingen samenhoudt en sociale continuïteit verbetert.
 Het houdt rekening met de gevolgen van 'functies' van elk belangrijk onderdeel in de
samenleving.
 Het richt zich op de manier waarop de structuur (groepen, organisaties, instellingen), de
cultuur en sociale processen samenwerken om de samenleving soepel te laten functioneren
 Het onderscheidt manifeste functies (gepland), latente functies (ongepland) en disfuncties
(ondermijnen stabiliteit).

Functionalisme heeft veel van zijn ideeën te danken aan Auguste Comte.

Herbert Spencer (1829-1903)
Is a second architect of this theoretical approach. Een samenleving vertoont veel gelijkenissen met
menselijk lichaam. Zoals organen in lichaam onafhankelijk van elkaar werken en er zo voor zorgen
dat je in leven blijft, zo werkt ook de maatschappij.

Emile Durkheim (grondlegger)
Was oprichter van functionalisme. Hij richtte zich primair op sociale solidariteit, hoe samenlevingen
‘samenhangen’
 Volgens hem conformeren mensen zich aan de eisen die door de samenleving worden
gesteld vanwege een collectief bewustzijn (collective conscious): de gedeelde
belangen en overtuigingen.
 Volgens Durkheim groei je als mens op met dezelfde overtuigingen als uit zijn omgeving, op
een gegeven moment maak je deze overtuigen eigen. Mensen gedragen zich volgens deze
overtuigingen omdat zij hier als het ware van binnenuit worden toe opgedragen. Collectieve
consensus zorgt voor redelijk vaste patronen in samenleving en zijn rollen.

Functionalisme benadrukt de belangrijkheid van morele consensus
(overeenstemming/handhaving van orde en stabiliteit in de samenleving). Bestaat wanneer de
meeste mensen in een maatschappij dezelfde waarden delen.
 Functionalisten beschouwen orde en evenwicht als normale staat van de samenleving en
dit sociale evenwicht is gebaseerd op bestaan van een morele consensus tussen de leden
van de maatschappij
 Bijvoorbeeld volgens Durkheim bevatten religieuze overtuigingen sociale waarden dat zorgt
voor het behoudt van sociale cohesie.

Talcott Parsons (1902-1979)
Hij zag samenleving als een systeem, waarbij hij basistaken identificeerde die alle samenlevingen
moeten uitvoeren om te overleven.

Robert K. Merton

1

,De gevolgen van elk sociaal patroon zullen waarschijnlijk verschillen voor verschillende leden van
een samenleving. BV conventionele gezinnen kunnen cruciale ondersteuning bieden voor de
ontwikkeling van kinderen, maar ze verlenen mannen ook privileges terwijl ze de kansen van
vrouwen beperken.

Maakte onderscheid tussen drie verschillende functies van een sociale structuur:
1. Manifest (manifeste) functies – geplande zijn bedoeld voor deelnemers in een specifiek type
sociale activiteit  vb. geloven dat het gaat regenen (regendans).
2. Latent (latente) functies – ongepland of onbedoelde gevolgen zijn van de mensen in een
activiteit die onbewust zijn. Kan zowel positief als negatief zijn.  vb. de regendans leidt tot
groepscohesie (latente functie).
Voorbeeld: doel van universiteit is om mensen van kennis en vaardigheden te voorzien zodat zij
voorbereid worden op een baan (manifest). Bijkomstigheid is dat mensen met elkaar in contact
kunnen komen en potentiele partners kunnen vinden (latent)
3. Sociale dysfuncties (disfuncties, latent) – ongewenste gevolgen van sociale patronen voor
de werking van de samenleving  verstoren ordelijke samenleving. Dit zorgt voor de in
stand houding van bestaande dingen, groepen bijvoorbeeld. Denk aan meningsverschillen
tussen Christelijken en Katholieken.
Sociale stabiliteit  continuïteit

Kritiek:
 Functionalisme legt weinig nadruk op de rol wat creatieve sociale actie kan spelen in een
samenleving.
 De theorie is erg abstract en daarom moeilijk te onderzoeken aan de hand van data.
 Het geeft geen verklaring voor het ontstaan van revoluties en dus voor veranderingen in
sociale patronen over tijd.
 Het functionalisme kijkt niet naar conflicten die ontstaan in de samenleving (conservatief).
 De theorie was populair/dominant tot 1960 en wordt tegenwoordig nog maar weinig
gebruikt, omdat:
- Hoe kunnen we aannemen dat de samenleving orde heeft, wanneer sociale
patronen van plaats tot plaats variëren en in de loop van de tijd veranderen?
- Door de nadruk te leggen op sociale integratie, heeft functionalisme de neiging
ongelijkheid o.b.v. sociale klasse, ras, etniciteit en geslacht te verdoezelen, terwijl
deze verdeeldheid spanning en conflicten kan veroorzaken
- De focus op stabiliteit ten koste van conflict en verandering kan het functionele
perspectief een conservatief karakter geven
 Het functionalisme stelt dat wanneer een samenleving goed werkt er geen sprake kan zijn
van een conflict. Het gaat ervanuit dat conflicten slecht zijn, terwijl dit niet zo is (vb.
stabiliteit kan ook ontstaan doordat een dictator zijn volk onderdrukt). Oftewel stabiliteit is
niet altijd goed


Karl Marx – Conflicttheorie (conflictsociologie) (macro)
Conflictsociologie: ziet samenleving als groep met velen verschillen en ongelijkheden die leiden
tot conflicten en verandering. Conflicten zijn onvermijdelijk in elke groep of samenleving.

Dit perspectief vult functionalisme aan door i.p.v. solidariteit, diversiteit o.b.v. verschillende
interesses en potentiele ongelijkheden te benadrukken.

Conflicten in samenleving ontstaan door ongelijke verdeling van macht en middelen, hierdoor
ontstaan onrecht en ongelijkheid. Rijke samenleving beschermt hun positie door macht te
gebruiken die ze hebben vergaard om de minder bedeelden op hun plaats te houden (bijvoorbeeld:
rijke mensen kunnen meer geld betalen voor scholing van hun kinderen, waardoor zij van hoger
onderwijs kunnen genieten dan gezinnen met minder geld)

Kernideeën van conflictbenadering
 Conflict en de potentie voor conflict liggen ten grondslag aan alle sociale relaties.
 Groepen kijken uit naar hun eigenbelang en proberen middelen te verkrijgen en deze te
verdelen onder leden van hun eigen groep.
 Sociale verandering is wenselijk/verlangd, zeker als die de mate van sociale gelijkheid
vergroot.
 De bestaande sociale orde weerspiegelt machtige mensen die hun waarden en
overtuigingen opleggen aan de zwakken.
Karl Marx


2

,Conflicttheorie is ontstaan vanuit het werk van Karl Marx tijdens hoogtepunt van de industriële
expansie in 19e eeuw: kapitalisme was toen het dominante economische systeem in Europa. Marx
doel: niet alleen de samenleving begrijpen, maar ook sociale ongelijkheid verminderen.
 Kapitalisme: economisch systeem; middelen en gebied zijn in handen van rijke individuen
en zij mogen dit gebruiken zoals zij willen. Het marktsysteem bepaalt de verdeling van de
middelen en het inkomen. Er is weinig interventie van de overheid aanwezig (zal leiden tot
communisme)
 Marx geloofde dat er twee klassen zijn:
1. De rijken (kapitalisten/bourgeoisie/have’s): they own de means of production
2. De armen (werkenden/proletaiers/have not’s).
Zij zullen in conflict blijven tot er meer gelijkheid was voor de arbeiders. Hij geloofde dat als
de arbeiders zich hier bewust van zouden zijn, zij een revolutie zouden beginnen en een
samenleving zouden bouwen zonder klassen.

Harriet Marineau (1802-1876)
Was de eerste vrouwelijke socioloog en ze leverde kritiek op de VS die er niet in slaagde om de
democratische principes, voornamelijk m.b.t. vrouwen, uit te voeren. Richtte zich op conflicten en
verschillen tussen mannen en vrouwen (feminist). Haar werk representeert de basis van huidige
feministische en conflictbenaderingen.

Sociale wetten beïnvloeden sociaal gedrag en samenlevingen kunnen worden beoordeeld/gemeten
o.b.v. sociale vooruitgang (waaronder vrijheid)

W.E.B. Dubois (1868-1963)
Was een van eerste Amerikaanse conflict theoretici en was Afro-Amerikaan. Hij geloofde dat
sociologie gebruikt moest worden voor verbeteren van de samenleving. Ongelijkheid was niet
alleen tussen arm/rijk maar vooral tussen rassen.

Ralf Dahrendorf (1929-2009)
Ging in tegen ideeën van Marx en werd meer beïnvloed door Weber. Hij geloofde dat samenleving
constant aan het veranderen is en word aangedaan door krachten die verandering teweegbrengen.
Hij zij dat Marx’ zijn voorspelling over klasseloze systeem niet waar was geworden, maar dat er een
middenklasse was ontstaan. Een van de grootste bijdragen van Dahrendorf was dat er niet alleen
conflicten kunnen ontstaan tussen rijken en armen, maar tussen allerlei groepen/interesse groepen:
bijv. oud/jong. De samenleving is constant in verandering.

Lewis Coser
Had een andere benadering dan Marx. Hij zei dat conflict een samenleving juist kan versterken.
Problemen binnen een samenleving zouden tot klachten/conflict leiden. Dit dient als een
waarschuwing voor de groep dat het niet goed gaat met de samenleving en geeft aan dat het zich
moet aanpassen. Latente functie van conflict: conflict met out-group leidt tot hechtere banden met
in-group.

Kritiek op de conflicttheorie
 Omdat het perspectief ongelijkheid en verdeeldheid benadrukt, verdoezelt het hoe
gedeelde waarden of onderlinge afhankelijkheid eenheid tussen leden van een samenleving
kan genereren.
 Omdat deze benadering politieke doelen nastreeft, kan dit ten koste gaan van de
wetenschappelijke objectiviteit.
 Nadruk op macro-level en verliezen zicht op het individu dat ook invloed uitoefent op
conflicten.
 Empirisch onderzoek om te testen is gelimiteerd.
 Focus op sociale stress, macht, dynamiek en disharmonie. De conflicttheorie is niet erg
effectief in het uitleggen van sociale cohesie en samenwerking.
 Altruïsme en samenwerking worden niet herkend bij de conflicttheorie
 Samenleving is een erg brede term (en gebruikt veel abstracte generalisaties)


Functionalisme en conflictbenadering
Beide hebben macro-level oriëntatie. Dit is een focus op brede sociale structuren die
samenleving als geheel karakteriseren. Kritiek op beide: beschrijven samenleving in zere brede
termen. ‘Samenleving’ wordt een ding op zichzelf en beschrijft ons leven als een onderdeel van
‘familie’, ‘sociale klasse’ etc.



3

, Max Weber – symbolisch-interactionisme (social
constructionism of interpretative theory) (micro)
Wordt ook wel het constructionisme of interpreterende theorie genoemd. Ziet de mensen als
actieve agenten die gedeelde betekenissen van symbolen en gebeurtenissen creëren en
vervolgens interactie hebben op basis van die betekenissen. Door deze interacties leren we
gedeelde ideeën delen, leren we begrijpen wat we van anderen kunnen verwachten, waardoor men
een samenleving kan vormen.

Bij interactie maken we gebruik van symbolen, acties en objecten. Symbolische interactie (taal)
helpt mensen een meningvolle wereld te creëren.

Stellen de samenleving voor als product van dagelijkse interacties van mensen die dingen
samendoen.

Sociologen die worden beïnvloed door symbolische interactionisme focussen zich vaak op face-to-
face interactie. Grote nadruk op studeren sociale leven door life stories en observaties om
interacties te begrijpen. Ze benadrukken de rol die interactie speelt in het creëren van de
samenleving.

Kernideeën van symbolisch-interactionisme
 Mensen creëren en her-creëren de samenleving continu door interactie met anderen
 Mensen interacteren door communiceren met anderen door het gebruik van gedeelde
symbolen. Zoals niet-verbale gebaren en vormen van communicatie.
 We leren wie we zijn (our sense of self) en onze plaats in de samenleving door
interactie met anderen. Door de interactie leren mensen wat zij van anderen kunnen
verwachten en welke ideeën zij delen.

Goffman
Sociale interacties vormen een onderhandeling waarbij individuen worden beïnvloed door wat ze
kunnen werven en kwijtraken aan anderen.

George Herbert Mead (grondleggern van symbolic interaction - 1863-1931)
Amerikaanse sociale filosoof. Hij erkende de mentale processen die geassocieerd worden met hoe
mensen situaties definiëren. Onderzocht hoe we onze sociale rol leren/verkrijgen in samenleving
en hoe we deze uitvoeren. Sociale rol: verwachte gedragingen, rechten, plichten,
verantwoordelijkheden, privileges (sociale status)
 Hij geloofde dat mensen de vrijheid hebben om te doen wat zij willen en dat zij dingen op
een bepaalde manier doen door hoe zij de wereld zien (vanuit eigen perspectief).
 Hij beweerde dat onze identiteit voorkomt uit sociale contacten en interactie met anderen.
 Legt nadruk op menselijke interpretaties van gebaren en symbolen (inclusief taal) en
betekenis die we hechten aan onze acties.

Max Weber
Grondlegger van action theory en benadrukte de noodzaak om een setting te begrijpen vanuit het
perspectief van de mensen in die specifieke settino. Zijn sociale actie benadering inspireerde veel
interactionisten.
 Word zelfbewust, bewust van je eigen individualiteit en zie jezelf als hoe anderen jou zien
 werd argument van taken.
 Max Weber was een belangrijk indirecte invloed op deze theoretische benadering. Hij
erkende het bestaan dat sociale structuren zijn ontstaan door acties van individuen.
 Weber erkende dat er sociale structuren bestaan zoals klassensystemen, status groepen
etc. Hij geloofde dat deze zijn ontstaan vanuit sociale interacties van individuen. Hij was de
eerste die het macroniveau koppelde aan individuen (micro)
 Zijn benadering benadrukt hoe menselijke betekenissen en acties de samenleving
vormgeven.
 Weber week af van Marx’ materialistische analyses. Weber zag de moderne samenleving
als het product van niet alleen nieuwe technologie en kapitalisme, maar ook een nieuwe
manier van denken.

Benaderingen van het symbolisch interactionisme (niet zo belangrijk)
 The Chicago school: een theorie dat we zelf vormgeven aan onze sociale wereld en hier ook
controle over hebben.
 The Iowa school: maakt een link tussen een persoon zijn individuele identiteit en zijn/haar
positie binnen organisaties. Zegt dat als we meerdere rollen hebben zoals dochter, student

4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper shaniajongejans. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 73314 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,49  13x  verkocht
  • (3)
  Kopen