ONDERNEMINGSFISCALITEIT
Belangrijkste wetboeken in fiscalibus ............................................................................................................................... 2
Wetboek inkomstenbelastingen (W.I.B. 1992) ............................................................................................................. 2
Belasting over de toegevoegde waarde (BTW)............................................................................................................. 3
Vlaamse Codex Fiscaliteit (VCF) .................................................................................................................................... 4
Douane- en accijnzen .................................................................................................................................................... 4
Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen ..................................................................... 4
Internationale verdragen .............................................................................................................................................. 4
Fiscale hervorming personenbelasting ............................................................................................................................. 5
Intro............................................................................................................................................................................... 5
Problemen in België ...................................................................................................................................................... 5
Kencijfers BE.................................................................................................................................................................. 6
Tariefprobleem BE ........................................................................................................................................................ 7
Hoofdstuk 1: Aan de belasting onderworpen vennootschappen ..................................................................................... 9
Hoofdstuk 2: Grondslag van de belastingen ................................................................................................................... 16
Afdeling 1: algemene bepalingen ............................................................................................................................... 16
Afdeling 2: Belastinggrondslag.................................................................................................................................... 26
Afdeling 3: Vrijgestelde inkomsten ............................................................................................................................. 34
Afdeling 4. Vaststelling van het netto-inkomen ......................................................................................................... 60
Afdeling 5. Ontbinding en vereffening ...................................................................................................................... 131
Hoofdstuk 3: Berekening van de belasting ................................................................................................................... 134
Afdeling 1: Gewoon stelsel van aanslag.................................................................................................................... 134
1
,Belangrijkste wetboeken in fiscalibus
België
- Federale en fiscal wetten
o Federaal
BTW
Vennootschapsbelastingen
o Regionaal
Personenbelastingen (deels regionaal)
Registratie- en succesiebelasting
Registratie onroerend goed
Successie erfenissen
Directe belasting
- Belasten van een periode
- Inkomsten- en aanslagjaar
o Inkomstenjaar: jaar waarin inkomen verdient is
o Aanslagjaar: jaar waarin aangifte moet indienen en belasting betalen
Indirecte belasting
- Individuele verrichtingen worden belast
- Vb. je koopt een huis (registratiebelasting), je koopt een gsm (BTW)
Directe Personenbelasting
belasting Onroerende inkomsten
Roerende inkomsten
Beroepsinkomsten
Bezoldigingen
Pensioenen
Winsten
Baten
Diverse inkomsten
Vennootschapsbelasting
Rechtspersonenbelasting
Belasting niet-inwoners
Indirecte Belasting over de toegevoegde waarde (BTW)
belasting Vlaamse Codex Fiscaliteit
Registratiebelasting
Erfbelasting
Douane- en accijnzen
Wetboek inkomstenbelastingen (W.I.B. 1992)
Art. 2
- Definities gebruikt in het wetboek
- Fiscale wetgever probeert zo veel mogelijk definities te maken onafhankelijk van de andere wetgever
Wetboek inkomstenbelastingen
- Grootste wetboek
- In grote mate federaal
o Enige regionale luik = personenbelasting
- Brengt 80 à 90 miljard op
4 soorten belastingen
- Personenbelasting
2
, o Natuurlijke personen die fiscaal resident zijn in BE
Woonplaats in BE
Definitie woonplaats ≠ woonplaats in het gemeen recht (eigen definities in fiscaal recht)
o 4 soorten inkomsten
Onroerende inkomsten: inkomen uit onroerende goederen
Roerende inkomsten: inkomen uit roerende goederen (vb. auteursrechten, …)
Beroepsinkomsten = inkomen uit arbeid
Bezoldigingen
Pensioenen
Winsten: behaald door zelfstandige ondernemers, die niet met een vennootschap
werken (vb. bakker die werkt zonder vennootschap)
Baten: behaald door vrije beroepen (vb. dokter/verpleger, die werkt zonder
vennootschap)
Diverse inkomsten: inkomen uit al de rest
niet alle onroerende en roerende inkomsten worden belast: omdat het wetboek niet
beschrijft dat ze belast moeten worden
- Vennootschapsbelasting
o Elke vennootschap heeft als doel winst maken
o Elke vennootschap valt onder de vennootschapsbelasting, want het doel is winst maken en dit
uitkeren aan de aandeelhouder
o Vennootschapsbelasting is ruimer dan vennootschappen
VZW kan ok onderworpen worden aan vennootschapsbelasting
Binnen de vennootschapsbelasting is een VZW een vennootschap
Idem stichting: binnen wetboek is een stichting die aan vennootschapsbelasting wordt
onderworpen een vennootschap
o 3 luiken in aangifte van vennootschapsbelasting
Wie wordt belast/is onderworpen?
Hoe wordt de belastbare basis samengesteld?
Hoe wordt de belasting berekend?
o Vb. vzw baat een café uit, met als doel winst te maken vennootschapsbelasting
- Rechtspersonenbelasting
o Verenigingen en stichtingen die niet als finaliteit winst maken hebben
o Elke rechtspersoon valt onder vennootschapsbelasting ofwel onder rechtspersonenbelasting
o Vb. vzw die geen winst maakt rechtspersonenbelasting
- Belasting niet-inwoners
o Personen-/vennootschaps-/rechtspersonen-belasting
o Personen die in BE inkomen verdienen, zonder dat ze in BE wonen
o Rechtspersonen die in BE inkomen verdienen , maar niet in BE hun voornaamste zetel hebben
Vb. Ugent
- Rechtspersoon moet aangifte doen
- Finaliteit ≠ winst maken rechtspersonenbelasting
Vb. Stad Gent
- Rechtspersoon moet aangifte doen
- Finaliteit ≠ winst maken rechtspersonenbelasting
Belasting over de toegevoegde waarde (BTW)
- Elk EU land moet een percentage van totale BTW-ontvangsten doorstorten naar Europa
o Belangrijk deel van hoe Europa gefinancierd wordt
- EU is geslaagd op basis van mededinging en Eurozone, verder niet geslaagd
o Vb. EU heeft geen eigen leger, maatregelen kunnen slechts afgekondigd worden wanneer alle
lidstaten akkoord gaan
3
, Vlaamse Codex Fiscaliteit (VCF)
- Regionalisering
- Wetgeving die verschilt op vlak van registratie (incl. schenking) en successie
- Vlaamse, Brusselse en Waalse taks
- Vlaamse fiscale wetgeving is gebundeld in dit ene wetboek
- Registratiebelasting
- Erfbelasting
o Oudste tak van de fiscaliteit
Onroerend goed moet aan een andere eigenaar toebedeeld worden bij overlijden =
oorsprong van eerste belasting
Overschrijftaks: overschrijven van de ene naar de andere eigenaar
o 27% vanaf 250.000 EUR
Roerend en onroerend apart (dus elk 250.000)
Ouders met 2 kinderen:
Tarieven beginnen vanaf 0 per erflater en per kind, je kan dus 250.000 roerende goederen
en 250.000 onroerende goederen van uw ene ouder krijgen, als ook van uw andree ouder.
Ga je boven deze tarieven dan is er een belasting van 27%
Douane- en accijnzen
- Tarieven die aan grenzen worden geheven, om daar invoerrechten op te leggen
- Interne markten beschermen
- Accijnzen = belangrijke bron van inkomen voor de overheid (alcohol, brandstof, …)
Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen
- Verkeersbelasting op autovoertuigen
- Belasting op spelen en weddenschappen
- Belasting op de automatische ontspanningstoestellen
- Belasting op de inverkeerstelling
- Belasting op de werknemersparticipatie in het kapitaal van de vennootschap en op de winstpremie voor de
werknemers
o Werknemersparticipatie = een stuk van de winst uitkeren aan werknemers
Internationale verdragen
- Alle verdragen die als doel hebben dubbele belasting vermijden
- Beslissen wier er bevoegd is om belasting te heffen
- Bilaterale verdragen
- BE heeft verdragen met alle normale landen (UK, NL, CA, US, China, …)
o Niet met vb. Dubai
Na je uit te schrijven uit woonregister in BE, kan je hier niet meer belast worden. Je werkt in
Dubai en zal dus daar belasting betalen. Als je na x jaar terugkomt, wordt je in BE niet meer
belast op je inkomsten die je daar verdient hebt.
Persoon werkt in Duitsland en woont in België:
Je betaalt Duitse belasting want je werkt in Duitsland, en het Duitse bedrijft betaalt aan jou een loon. België
wil dat je ook in BE belasting betaalt, want je woont in BE. De internationale verdragen zullen beslissen waar
je belasting moet betalen.
4
Belangrijkste wetboeken in fiscalibus ............................................................................................................................... 2
Wetboek inkomstenbelastingen (W.I.B. 1992) ............................................................................................................. 2
Belasting over de toegevoegde waarde (BTW)............................................................................................................. 3
Vlaamse Codex Fiscaliteit (VCF) .................................................................................................................................... 4
Douane- en accijnzen .................................................................................................................................................... 4
Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen ..................................................................... 4
Internationale verdragen .............................................................................................................................................. 4
Fiscale hervorming personenbelasting ............................................................................................................................. 5
Intro............................................................................................................................................................................... 5
Problemen in België ...................................................................................................................................................... 5
Kencijfers BE.................................................................................................................................................................. 6
Tariefprobleem BE ........................................................................................................................................................ 7
Hoofdstuk 1: Aan de belasting onderworpen vennootschappen ..................................................................................... 9
Hoofdstuk 2: Grondslag van de belastingen ................................................................................................................... 16
Afdeling 1: algemene bepalingen ............................................................................................................................... 16
Afdeling 2: Belastinggrondslag.................................................................................................................................... 26
Afdeling 3: Vrijgestelde inkomsten ............................................................................................................................. 34
Afdeling 4. Vaststelling van het netto-inkomen ......................................................................................................... 60
Afdeling 5. Ontbinding en vereffening ...................................................................................................................... 131
Hoofdstuk 3: Berekening van de belasting ................................................................................................................... 134
Afdeling 1: Gewoon stelsel van aanslag.................................................................................................................... 134
1
,Belangrijkste wetboeken in fiscalibus
België
- Federale en fiscal wetten
o Federaal
BTW
Vennootschapsbelastingen
o Regionaal
Personenbelastingen (deels regionaal)
Registratie- en succesiebelasting
Registratie onroerend goed
Successie erfenissen
Directe belasting
- Belasten van een periode
- Inkomsten- en aanslagjaar
o Inkomstenjaar: jaar waarin inkomen verdient is
o Aanslagjaar: jaar waarin aangifte moet indienen en belasting betalen
Indirecte belasting
- Individuele verrichtingen worden belast
- Vb. je koopt een huis (registratiebelasting), je koopt een gsm (BTW)
Directe Personenbelasting
belasting Onroerende inkomsten
Roerende inkomsten
Beroepsinkomsten
Bezoldigingen
Pensioenen
Winsten
Baten
Diverse inkomsten
Vennootschapsbelasting
Rechtspersonenbelasting
Belasting niet-inwoners
Indirecte Belasting over de toegevoegde waarde (BTW)
belasting Vlaamse Codex Fiscaliteit
Registratiebelasting
Erfbelasting
Douane- en accijnzen
Wetboek inkomstenbelastingen (W.I.B. 1992)
Art. 2
- Definities gebruikt in het wetboek
- Fiscale wetgever probeert zo veel mogelijk definities te maken onafhankelijk van de andere wetgever
Wetboek inkomstenbelastingen
- Grootste wetboek
- In grote mate federaal
o Enige regionale luik = personenbelasting
- Brengt 80 à 90 miljard op
4 soorten belastingen
- Personenbelasting
2
, o Natuurlijke personen die fiscaal resident zijn in BE
Woonplaats in BE
Definitie woonplaats ≠ woonplaats in het gemeen recht (eigen definities in fiscaal recht)
o 4 soorten inkomsten
Onroerende inkomsten: inkomen uit onroerende goederen
Roerende inkomsten: inkomen uit roerende goederen (vb. auteursrechten, …)
Beroepsinkomsten = inkomen uit arbeid
Bezoldigingen
Pensioenen
Winsten: behaald door zelfstandige ondernemers, die niet met een vennootschap
werken (vb. bakker die werkt zonder vennootschap)
Baten: behaald door vrije beroepen (vb. dokter/verpleger, die werkt zonder
vennootschap)
Diverse inkomsten: inkomen uit al de rest
niet alle onroerende en roerende inkomsten worden belast: omdat het wetboek niet
beschrijft dat ze belast moeten worden
- Vennootschapsbelasting
o Elke vennootschap heeft als doel winst maken
o Elke vennootschap valt onder de vennootschapsbelasting, want het doel is winst maken en dit
uitkeren aan de aandeelhouder
o Vennootschapsbelasting is ruimer dan vennootschappen
VZW kan ok onderworpen worden aan vennootschapsbelasting
Binnen de vennootschapsbelasting is een VZW een vennootschap
Idem stichting: binnen wetboek is een stichting die aan vennootschapsbelasting wordt
onderworpen een vennootschap
o 3 luiken in aangifte van vennootschapsbelasting
Wie wordt belast/is onderworpen?
Hoe wordt de belastbare basis samengesteld?
Hoe wordt de belasting berekend?
o Vb. vzw baat een café uit, met als doel winst te maken vennootschapsbelasting
- Rechtspersonenbelasting
o Verenigingen en stichtingen die niet als finaliteit winst maken hebben
o Elke rechtspersoon valt onder vennootschapsbelasting ofwel onder rechtspersonenbelasting
o Vb. vzw die geen winst maakt rechtspersonenbelasting
- Belasting niet-inwoners
o Personen-/vennootschaps-/rechtspersonen-belasting
o Personen die in BE inkomen verdienen, zonder dat ze in BE wonen
o Rechtspersonen die in BE inkomen verdienen , maar niet in BE hun voornaamste zetel hebben
Vb. Ugent
- Rechtspersoon moet aangifte doen
- Finaliteit ≠ winst maken rechtspersonenbelasting
Vb. Stad Gent
- Rechtspersoon moet aangifte doen
- Finaliteit ≠ winst maken rechtspersonenbelasting
Belasting over de toegevoegde waarde (BTW)
- Elk EU land moet een percentage van totale BTW-ontvangsten doorstorten naar Europa
o Belangrijk deel van hoe Europa gefinancierd wordt
- EU is geslaagd op basis van mededinging en Eurozone, verder niet geslaagd
o Vb. EU heeft geen eigen leger, maatregelen kunnen slechts afgekondigd worden wanneer alle
lidstaten akkoord gaan
3
, Vlaamse Codex Fiscaliteit (VCF)
- Regionalisering
- Wetgeving die verschilt op vlak van registratie (incl. schenking) en successie
- Vlaamse, Brusselse en Waalse taks
- Vlaamse fiscale wetgeving is gebundeld in dit ene wetboek
- Registratiebelasting
- Erfbelasting
o Oudste tak van de fiscaliteit
Onroerend goed moet aan een andere eigenaar toebedeeld worden bij overlijden =
oorsprong van eerste belasting
Overschrijftaks: overschrijven van de ene naar de andere eigenaar
o 27% vanaf 250.000 EUR
Roerend en onroerend apart (dus elk 250.000)
Ouders met 2 kinderen:
Tarieven beginnen vanaf 0 per erflater en per kind, je kan dus 250.000 roerende goederen
en 250.000 onroerende goederen van uw ene ouder krijgen, als ook van uw andree ouder.
Ga je boven deze tarieven dan is er een belasting van 27%
Douane- en accijnzen
- Tarieven die aan grenzen worden geheven, om daar invoerrechten op te leggen
- Interne markten beschermen
- Accijnzen = belangrijke bron van inkomen voor de overheid (alcohol, brandstof, …)
Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen
- Verkeersbelasting op autovoertuigen
- Belasting op spelen en weddenschappen
- Belasting op de automatische ontspanningstoestellen
- Belasting op de inverkeerstelling
- Belasting op de werknemersparticipatie in het kapitaal van de vennootschap en op de winstpremie voor de
werknemers
o Werknemersparticipatie = een stuk van de winst uitkeren aan werknemers
Internationale verdragen
- Alle verdragen die als doel hebben dubbele belasting vermijden
- Beslissen wier er bevoegd is om belasting te heffen
- Bilaterale verdragen
- BE heeft verdragen met alle normale landen (UK, NL, CA, US, China, …)
o Niet met vb. Dubai
Na je uit te schrijven uit woonregister in BE, kan je hier niet meer belast worden. Je werkt in
Dubai en zal dus daar belasting betalen. Als je na x jaar terugkomt, wordt je in BE niet meer
belast op je inkomsten die je daar verdient hebt.
Persoon werkt in Duitsland en woont in België:
Je betaalt Duitse belasting want je werkt in Duitsland, en het Duitse bedrijft betaalt aan jou een loon. België
wil dat je ook in BE belasting betaalt, want je woont in BE. De internationale verdragen zullen beslissen waar
je belasting moet betalen.
4