100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Volledige samenvatting algemene pathologie

Beoordeling
-
Verkocht
2
Pagina's
166
Geüpload op
11-05-2025
Geschreven in
2024/2025

Deze samenvatting omvat alles wat op de slides staat met foto's erbij. De termen die vaak op het examen terugkeren zijn groen gearceerd, alsook de belangrijkste onderwerpen. Dit maakt het makkelijk om doorheen de grote blok leerstof te geraken en de belangrijkste delen te onderscheiden.

Meer zien Lees minder











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
11 mei 2025
Bestand laatst geupdate op
23 mei 2025
Aantal pagina's
166
Geschreven in
2024/2025
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

PATHOLOGIE
Belangrijke delen/ termen voor het examen zijn gearceerd.

INLEIDING TOT DE PATHOLOGIE

DEFINITIE VAN “PATHOLOGIE”

Pathologie = leer der letsels. Het is de schakel tussen de basisvakken en klinische vakken.

Letsels ontstaan bij elke afwijking of onderbreking van de normale structuur (anatomie en histologie)
en functie (fysiologie) van cellen, weefsels, organen en volledige organismen. Bijvoorbeeld bij
stofwisselingsstoornissen worden er belangrijke structuren niet aangemaakt.
- Pathologische anatomie
- Histopathologische cytopathologie
- Pathofysiologie
Deze afwijkingen van het normale resulteren in ziekte met symptomen à kliniek

Noxe = een schadelijk factor dat in te grote of te geringe mate aanwezig is. Bijvoorbeeld een te veel
aan zonnestraling kan leiden tot huidkanker. Een te kort aan zonnestraling kan leiden tot vitamine D
tekort.

Etiologie (vaak het etiologisch agens genoemd):
- M = metabool (hypoglycemie, ...)
- I = infectieus (corona, …)
- D = degeneratie (dementie, …)
- N = neoplasie (borstkanker, …)
- I = inflammatie (insectenbeet, …)
- T = trauma (snijwonde, …)

Vitamine C, D, E, F
- V = vasculair
- I = infectieus/ inflammatie
- T = trauma
- A = auto-immuun
- M = metabool
- I = idiopathisch/ iatrogeen
- N = neoplastisch
- C = congenitaal
- D = degeneratief/ developmental
- E = endocrien/ environmental
- F = functioneel


SOORTEN PATHOLOGISCHE VERANDERINGEN

1. Regressieve veranderingen: atrofie, degeneratie, necrose
2. Progressieve veranderingen: hyperplasie, hypertrofie, neoplasie
3. Regeneratie en reparatie



1

,4. Circulatiestoornissen
5. Ontstekingen

SPECIALISATIES BINNEN DE PATHOLOGIE

(niet belangrijk)
Comparatieve pathologie: studie van de pathogenese van ziekten bij verschillende species à nut van
de veterinaire pathologie voor de mens (vb. mammatumoren bij de teef).

Diagnostische pathologie (zogenaamde diagnostiek): weefselveranderingen gebruikt om ziekte te
karakteriseren à lijkschouwing (post-mortem macro + micro) (zie autopsiepracticum) en
biopsiename (in vivo macro + micro) (zie cytologiepracticum).

Chirurgische pathologie: biopsie als diagnosemiddel tijdens operatie.

Klinische pathologie: labodiagnose van ziekten bij het levende dier: bloedonderzoek, geavanceerde
onderzoekstechnieken, specialisatie in bepaalde organen of diersoorten.

Experimentele pathologie: pathogenese op experimentele wijze in detail onderzocht.

ENKELE PATHOLOGISCHE ONDERZOEKSTECHNIEKEN


Macroscopie

Visuele inspectie en palpatie = lijkschouwing (autopsie in strikte zin). Letsels kan je lokaliseren, kijken
naar de distributie, kleur, grootte, vorm en consistentie.

Histologie

Histopathologisch onderzoek is vaak de volgende stap na lijkschouwing. Lichtmicroscopisch
onderzoek tot x1000. Staalname en verwerking duurt gemiddeld enkele dagen. Het is belangrijk dat dit
goed gebeurt, je wil niet dat het staal begint te rotten.

Fixatie in formaldehyde (HCHO): voorkomt autolyse en putrefactie (verrotting) dat veroorzaakt wordt
door spontaan post-mortaal vrijkomen van lysosomale verteringsenzymen. Het is kankerverwekkend
en wekt soms een allergische reactie op. Het staal mag niet te groot zijn want HCHO heeft een beperkt
indringingsvermogen en er moet een overmaat zijn aan HCHO. fixatie door vorming van
methyleenbruggen in de eiwitten bij kamertemp. à wijziging tertiaire structuur à enzymatische
activiteit stopt, doodt pathogenen (ontsmettingsmiddel!)
Het is niet actief < 10°C dus stalen niet in koelkast plaatsen tijdens fixatie, minimaal 24 h fixeren,
langer indien grotere stalen + insnijden. Formaldehyde is de naam van de molecule en je kan dit
oplossen (want het is een poedervorm) en hieruit haal je max 37% oplossing en dit is formol
(vloeibaar).
Hematine = formolpigment. wanneer RBC’s in contact komen met zuur formaldehyde dat niet
gebufferd is gaan ze lyseren met vrijstelling van haemoglobine. Dit reageert dan met het formaldehyde
tot zwart pigment. Hematine moet onderscheiden worden van haematoïdine en haemosiderine die
wel een pathologische betekenis hebben.

De keuze van staalname en oriëntatie van het staal zijn cruciaal. Centraal in een tumor is er
waarschijnlijk necrose dus aan de rand neem je het best een staal want hier is de tumor actief.




2

,Histochemie

Histochemie is gebaseerd op chemische reacties tussen de kleurstof en het weefsel waardoor
bepaalde chemische bestanddelen in weefsels specifiek aankleuren.
- Vb pruisisch blauw reageert met ijzer: ijzerstapeling aan te tonen bij hemo-chromatose of bij
longstuwing.

Enzymhistochemie

Toont bepaalde enzymes in weefsels aan (omzetting van substraat door actieve weefselenzymen tot
gekleurd reactieproduct, bv. bruin). Omdat chemische fixatie de enzymen inactiveert moet
thermische fixatie toegepast worden à vriescoupes.

Immunohistochemie

Klassieke lichtmicroscopische techniek : bepaalde componenten (epitopen) in weefselcoupes
(vriescoupes of paraffinecoupes) worden aangetoond met specifieke antistoffen.
(voorbeeld van protocol niet kennen – slide 53)

Immunofluorescentie: fluorescente stof gebonden aan antistof. Na excitatie met U.V. licht (via een
kwikdamplamp of leds) wordt zichtbaar licht gereflecteerd.

Tunel techniek

= Terminal dUTP Nick End Labeling.
Typisch voor cellen in apoptose omdat er veel fragmenten zijn waardoor kleuring zichtbaar wordt
volgens het immunohistochemische principe.




3

, STOFWISSELINGSSTOORNISSEN: INLEIDING (LES 2)

DEFINITIES

Stofwisselingsstoornis = kwantitatieve afwijking in de biochemische processen van opbouw en
afbraak (omzetting van substraten = metabolisme)
à GEEN kwalitatief nieuwe omzettingen! (anders neoplasie)
à de bestaande biochemische processen gaan onvolledig, in te geringe mate of in overmaat, of op de
verkeerde plaats door:

Opstapeling van substraat in bepaalde cellen of in het interstitium en / of het ontbreken van
bepaalde weefselbestanddelen

Adaptatievermogen van de cellen is overschreden

Reactie op endogene en exogene prikkels à adaptatie
- Gestegen belasting à functioneel actieve celmassa ↑ : hypertrofie = cellen en organellen
vergroten. Hyperplasie = cellen en organellen vermeerderen in aantal
à intercellulaire matrix + secretieproducten ↑. Is adaptatie eindeloos rekbaar? NEEN
- Gedaalde belasting à activiteit cellen en actieve celmassa ↓ à atrofie (afname aantal cellen
en/of aantal cellulaire structuren)




Degeneratie = de morfologische uiting van een stofwisselingsstoornis die nog niet heeft geleid tot
celdood
à Orgaanveranderingen die het gevolg zijn van degeneratieve veranderingen van de
parenchymcellen of de extracellulaire steunstructuren en die niet van ontstekingsnatuur zijn, worden
aangeduid met het suffix -ose of -osis (vb. nefrose = degeneratie van de nier, artrose =
gewrichtsdegeneratie)
à Het kwalitatieve kenmerk van de degeneratie kan met dit suffix aangegeven worden (vb.
amyloïdose = opstapeling van amyloïd, lipidose = opstapeling van vetten)

ECHTER: ontstekingen kunnen ook leiden tot degeneratieve veranderingen

Dystrofie = een ziekte die veroorzaakt wordt door een stofwisselingsstoornis (bv. dystrofische
verkalking, osteodystrophia fibrosa)




4
€9,96
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
ambermich Universiteit Antwerpen
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
13
Lid sinds
3 jaar
Aantal volgers
2
Documenten
12
Laatst verkocht
1 maand geleden

0,0

0 beoordelingen

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via Bancontact, iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo eenvoudig kan het zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen