Algemene psychologie
Hoofdstuk 1: Kennismaking met de psychologie
1.1.Wat is psychologie niet?
Parapsychologie
- Vaak te goeder trouw, maar niet wetenschappelijk
- Bv. handen-tenen leren, horoscopen,…
Achterhaalde methoden en pseudopsychologen
- Die wel als wetenschappelijk gepresenteerd worden, ondanks alle tegenindicaties
- Of: wetenschappelijke methoden die niet correct worden gebruikt of door mensen die er
niet toe zijn opgeleid
- Bv. frenologie, fysiognomie, grafologie, ‘life coaches’,…
Intuïtieve mensenkennis
- Niet noodzakelijk slecht, maar wel feilbaar
Wat is het dan wel?
Letterlijk: de leer van de geest (psyche)
Menswetenschap
Definitie: Psychologie is de wetenschappelijke studie van het gedrag en de mentale processen
van een individu
Gedrag in de ruimere zin van het woord
Functieleer
1.2.Geschiedenis van de psychologie
1.2.1 Verre voorgeschiedenis
Psychologie: zo oud als de mens zelf
Oudheid: filosofie hield zich bezig met de psychologische kwesties
Middeleeuwen: weinig filosofie ( en dus weinig psychologische thema’s)
1.2.2. Meer directe voorgeschiedenis
Verdere ontwikkeling in de filosofie
Rationalisme : René Descartes ( ‘ ik twijfel, dus ik denk = dus ik ben (besta)’)
- De rede ( het denken) is de enige manier om tot kennis te komen
- Methodisch twijfelen
- Res cognitans- res extensa ( denkende substanties ik-geest-bewustzijn)
⇔
Empirisme: John Locke, Francis Bacon, John Stuart Mill
- Kennis=macht
- Denken vertroebelt de waarneming, je moet kijken naar de werkelijkheid
- Tabula rasa ( John Locke): de mens is geboren als een leeg blad ( en wordt zelfs
genetische kennis ook niet doorgegeven)
- Je leert enkel en alleen uit ervaringen
- Het enige waar je zeker van kan zijn, is dat gene wat je kan waarnemen
1
,EX. VRAAG: Welk van de psychologische stromingen gaat uit van tabula rasa?
Antw. Het behaviorisme NIET empirisme, want dat is een filosofische stroming
Impulsen vanuit de natuurwetenschappen
Nieuwe ontdekkingen = nieuwe vragen
Psychofysica : o.a. wet van Weber ( zie HS 3)
1.2.3. Psychologie als zelfstandige wetenschap! VANAF 1879 !
Door Wilhelm Wundt
Eerste laboratorium voor wetenschappelijke psychologie ( in Leipzig)
EX. VRAAG Wat hoort niet in het rijtje thuis?
Antw. Wundt – Leipzig – 1850 – eerste laboratorium
Vooral studie van de waarneming
Structuralisme : Edward Titchener ( leerling van Wundt), de eerste psychologische stroming
- Structuur/bouwstenen van bewustzijn onderzoeken
- Scheikunde van de geest ( de bouwstenen van de geest analyseren)
- Introspectie ( binnen in jezelf kijken) en experimenten
⇔
Functionalisme ( in de VS)
- Functie ( niet de structuur van het bewustzijn – mental activities)
- Dierlijke proeven
Zowel structuralisme als functionalisme onderzoeken beide het bewustzijn
1.2.4. Behaviorisme (VS) – Watson, Skinner
Empirisme: ‘ Je kan alleen zeker zijn van datgene wat je kan zien’
Behaviorisme: ‘ Het enige wat je kan zien van de menselijke geest is het gedrag’
- Het enige waar je zeker van kans zijn is dus het gedrag ( behavior) en is dus geen
bewustzijnspsychologie!
- Gaan uit van het beschrijven van de S-R connectie ( conditioneringsprincipe zie HS 5)
1.2.5. Nieuwe klemtonen in Europa
Gestaltpsychologie: Wolfgang Kohler, Kurt Lewin
- 😊☹ bestaan beide uit : ( ) O
- De eerste smiley bezit iets vrolijks
- De tweede smiley bezit iets boos
Kwaliteit zit in het geheel, maar niet in afzonderlijke onderdelen zelf
Waarnemen is geen apart registreren van afzonderlijke indrukken, maar wel onmiddellijk
vatten van de ‘Gestalt’ ( = gestructureerd geheel)
‘ het geheel is meer dan de som van de delen’ bv. soep
- Later ook op andere terreinen dan enkel de waarneming
Dieptepsychologie: Sigmund Freud ( niet geïnteresseerd in het bewustzijn)
- Ontstaan uit de psychoanalyse therapie
2
, ! In het onbewuste
zitten de verdrongen
zaken zoals trauma en
taboe die naar boven
kunnen komen door
de psychoanalyse van
Freud en de 7
mogelijke
uitlaatkleppen !
Freud is hierdoor het
meest geïnteresseerd in het onbewuste
I. Dromen
- Een droom is de verminking van een wens en houdt symboliek in.
- Geen enkele droom is onschuldig
- Bv. droom over een boom beklimmen en aan de top van de boom val je naar beneden en
wordt je op dat moment wakker : symboliek voor ambitieus klimmen op vlak van carrière
en dat je beangstigd wordt door je ambitie
II. Versprekingen / Lapsus
- De wens verdringen naar het onbewuste waarbij die bijvoorbeeld in een stresssituatie
naar boven kan komen
III. Faalhandeling
- Onbewuste laat je iets dom doen zodat jouw werkelijke wens naar boven komt (bv.
Vrouw gaat vreemd, man vindt een slip van haar minnaar in de wasmand)
IV. Symptoomstoornissen
- Verlamming bij een persoon die de gevoelens van homoseksualiteit verdringt in het
onbewuste
- Oplossing: door onbewuste zaken bespreekbaar en terug bewust te maken
V. Vrije associaties
- Patiënt van Freud ligt op een zetel, en kijkt naar een blinde muur.
Freud bevindt zich achter de patiënt.
- De patiënt blijft eindeloos vertellen waarbij er tussendoor zaken
uit het onbewuste naar boven komen.
- De therapeut moet gefocust luisteren en die onbewuste zaken
goed opvangen.
VI. Kunst
- manier van vrije uiting van de gevoelens
VII. Hypnose
- Freud vond dat eerst een juiste manier, maar hij was een slechte hypnotiseur, dus vond
hij hypnose dan toch geen goede manier
- Het is geen goede manier
- Hypnose:
1) bewustzijnsvernauwing: de persoon is enkel gefocust op de stem van de hypnotiseur
en niet op zijn eigen bewustzijn
2) suggestie: wat de hypnotiseur verteld, ga je ook geloven ( bv. prikken met de vinger in
uw arm doet pijn)
Als hypnotiseur vragen stelt naar het onbewuste onder hypnose ga je als client op moment
zelf een trauma verzinnen
3
, MAAR hypnose kan wel gebruikt worden bij mensen die roken/drinken/veel eten/… of
chirurgische ingrepen uitvoeren onder hypnose
Je kan niet in hypnose gebracht worden zonder dat je het zelf wil = veiligheidsmechanisme
1.2.6. Amerika en de herontdekking van het innerlijke
Neobehaviorisme: Clarck Hull, Edward Tolman ( = nieuw behaviorisme)
- Binnen het behaviorisme kamp is er een soort afscheuring of gematigde strekking
- ≠ S-R schema MAAR S-O-R schema
- O : organisme = behoeften, verlangen, verwachtingen, herinneringen, …
- “ Black Box” (input -output)
Humanistische psychologie : Maslow, Rogers
- Rogers: client gecentreerde theorie, de client is zijn eigen therapeut en kan met
ondersteuning van een therapeut zelf zijn problemen oplossen.
- Reactie tegen de twee hoofdstromingen op dat moment
1. Behaviorisme
- te weinig rekening gehouden met de vrije wil van de mens omdat ze ervan uitgaan dat al het
gedrag gesteund wordt door prikkels en er geen ruimte is voor vrije uiting = mens onder
controle van de omgeving (stimuli)
- behavioristen gingen veel experimenten uitvoeren op dieren, maar de mens zit veel
complexer in elkaar dan bv. een rat
2. Dieptepsychologie
- al ons gedrag, volgens Freud, wordt gestuurd door ons onbewuste
- de mens telt voornamelijk abnormaal, neurotisch gedrag ( onrustig gedrag)
De mens en zijn mogelijkheden moeten centraal staan
“ psychologie van de derde weg”
( creativiteit, zelfontplooiing, verantwoordelijkheid, …)
EX. Wat bedoelen we met de humanistische psychologie als derde weg?
Antw. Het is een reactie tegen de dieptepsychologie en het behaviorisme
Schematisch overzicht
4