100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
College aantekeningen

Alle uitleg van strategisch managment 2025

Beoordeling
-
Verkocht
1
Pagina's
49
Geüpload op
01-12-2025
Geschreven in
2025/2026

Gebaseerd op alle clips / hoorcolleges van Strategisch Managment (324078) aan Tilburg University.. Inclusief voorbeelden en duidelijke aanvullingen om het beter te begrijpen.












Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
1 december 2025
Aantal pagina's
49
Geschreven in
2025/2026
Type
College aantekeningen
Docent(en)
Dr. koen van den oever en dr. werner liebregts
Bevat
Alle colleges

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

Week 1 Instructiecollege 1

Strategie is:

o Patroon van keuzes maken
o Met betrekking op allocatie (=inzet) van middelen (bijvoorbeeld waar zet je personeel
in?)
o Relatie tot externe omgeving
o Om lange termijndoelen te halen

Belangrijk van vorig vak: Cooperate strategie & business level strategie

Hou er rekening mee dat een organisatie veel invloed heeft van de omgeving.

In dit vak: Wanneer ga je iets doen. Een antecedent (=incident/oorzaak) → fenomeen.
Denk aan een stethoscoop, de dokter weet wanneer en hoe je de tool gebruikt en wat de
uitkomst zegt.

Wat moet je weten voor het tentamen?

• Leerdoelen
• Wat zijn de belangrijkste strategisch management fenomenen?
• Wat zijn de antecedenten en consequenties die hierbij horen?
• Analyseren welke informatie belangrijk is voor besluiten
• Toepassen modellen in de praktijk

Een andere definitie van strategie is;

• Bedoelde en bestaande initiatieven
• Genomen door algemene managers en eigenaren
• Om middelen in te zetten en prestaties te verbeteren binnen de externe omgeving

Lange termijn doel is een erg breed begrip; Wat is een doel? Duurzaam zijn? Winstgevender?
Breder draagvlak?

Waar komt strategie vandaan?

• Een missie en een visie bepalen de doelen
o Missie: Waarom bestaat de organisatie?
o Visie: Lange termijn insteek
• Het is erg belangrijk dat een heel bedrijf achter de visie en missie staat. Bedenk altijd
dat een visie helpt bij de toekomst. Past een nieuw besluit bij deze visie? Ook helpt het
om werknemers gemotiveerd te krijgen.

De identiteit van de organisatie is wat de leden van de organisatie vinden. Bij Tilburg
University: wat de werknemers en studenten dus denken

• Central: De kern

, o Universiteit waar mens & maatschappij centraal staat
• Distinctive: Wat maakt ons anders?
o Specifiek zijn en persoonlijk
• Enduring: Wat blijft stabiel over de tijd? Wat is de rode draad?
o Focus op maatschappij

Organisatie image: Hoe andere de organisatie zien/ over denken.

Missie → Wat er wel en niet past.
Visie → Waar willen we heen?
Identiteit → Wie zijn we?

Samen geven ze richting voor de strategie. Het zijn allemaal antecedenten, want ze geven
vooraf richting aan de strategie en het gedrag van de organisatie.

• Emergent strategie: Een patroon van keuzes is in eerste instantie niet zo bedoeld,
maar het werkt.
• Intended strategie: Een geplande strategie. Spotify: een virus vrij muziekprogramma
opzetten

Clip 6 De consequenties van strategie

Op verschillende niveaus

1. Organisatieniveau
Wat voor invloed heeft strategie op de organisatie?
Doel: Performence organisatie verbeteren
Denk aan ASML: als 1 bedrijf heel veel in 1 machine investeert en aan R&D is dat dan
goed? Blijf denken aan de toekomst.
2. Medewerkers niveau
Hoe mensen zich gedragen
Als de strategie is om de beste kwaliteit te hebben voor een duurdere prijs dan moeten
medewerkers daar wel van op de hoogte zijn.
Belangrijk hiervoor is de mensen te werven/ selecteren.
3. Maatschappelijk niveau
Zoals ongelijkheid (door lage prijzen), bijvoorbeeld hoge kosten geneeskunde →
minder toegang tot zorg → verlies in vertrouwen of duurzaamheid

Week 1 Verdiepingscollege
Wat zijn strategische besluiten?

Clip 1 Wat zijn strategische keuzes?

Wat wordt nou bedoeld met een belangrijke keuze? Dat is erg vaag. In dit verdiepingscollege
wordt een artikel besproken. Het is een conceptueel artikel; er wordt geen hypothese gesteld
maar vooral veel theorie besproken.

,Clip 2 Waarom gaan we het hebben over strategische beslissingen?

Vanwege 2 redenen;

1. Academisch
Wat maakt iets strategisch? Als we dit weten we over welke zaken strategische
beslissingen wel en niet betrekking hebben.
2. Praktische redenen
a. Als je niet weet wat een strategische keuze is kijk je wellicht te veel naar zaken
die meer tactisch of operationeel zijn
→ Kijk je eerst naar welke stappen je gaat zetten en hoe je dat gaat doen en dan
pas welke richting je op wilt, dan heb je de verkeerde volgorde. Dit is zonde van
de tijd èn grote kans dat je hoofd en bijzaken door elkaar gaat halen.
b. Strategisch begrip laat kansen en risico’s zien
→ Elke minuut kun je maar 1x besteden. Aan sommige kwesties moet je meer
aandacht besteden dan aan andere.
c. Keuzes op elkaar afstemmen en coördineren
→ 1 keuze staat nooit op zichzelf

Belangrijk om te realiseren dat een ‘strategische keuze’ vaak wordt gebruikt om politieke
redenen, er lijkt dan meer noodzaak achter te zitten. Blijf daarom altijd kritisch.

Clip 3 Wat zijn strategische besluiten?

Vanuit vroeger moest een strategisch besluit aan 2 factoren voldoen?

1. Het moest belangrijk zijn
Kritiek: Wat is ‘belangrijk’? Wie het besluit neemt? Probleem → Subjectief
2. Het moest een grote invloed hebben op de performance uitkomst
Probleem: Dit kun je vaak pas achteraf zeggen. Er werd daarom aan toegevoegd of de
keuze een belangrijke/ scherpe traden-off met zich meedraagt. Maar het probleem is
dat dit bijna altijd het geval is.

Ook het artikel heeft veel kritiek op deze definitie. Zij willen vooral toevoegen de onderlinge
afhankelijkheid met andere besluiten. Dit kan zowel in het heden zijn of in de toekomst. In de
volgende clips worden deze verder toegelicht.

1. Andere besluiten die nu genomen worden (clip 4)
2. Andere besluiten door andere actoren (clip 5)
3. Andere besluiten in de toekomst (clip 6)

Clip 4 Invloed op andere besluiten

Besluiten versterken of verzwakken elkaar. → ‘College thuis volgen of op de uni’ Dit is geen
strategisch besluit. Een andere vraag; ‘Willen wij een vega restaurant worden?’ Heeft wel

, meerdere omliggende vragen; ‘Wat is de doelgroep?’, ‘Is de rest van het menu vooral op kosten
of kwaliteit gericht?’ HR: ‘Hebben we de juiste mensen?’ ‘Is de regio van belang?’

Het businessmodel (=blauwdruk) geeft aan dat strategische keuzes met elkaar in verband
staan. Het is een schema/ blauwdruk dat weergeeft hoe een organisatie waarde creëert, levert
en behoudt. Het is het plan dat moet zorgen dat strategie waarde creëert voor de organisatie.
Dit gebeurt d.m.v.:

• Customer value proposition = de waarde propositie van de klant. Hoe effectief weet
de onderneming in te spelen op klantwensen? Vragen als: ‘Welke problemen los je op
voor de klant?’ ‘Welke behoeften vervul je?’ ‘Welke waarde bied je ten opzichte van
concurrenten?’
Coolblue: ‘alles voor een glimlach’ Ikea: lage prijzen en zelfbouw
• Operating model: Hoe organiseer je jezelf om die waarde kosten efficiënt te kunnen
leveren? Het gaat om kostenstructuur, processen, middelen en distributiekanalen
Hoe lager de kosten om waardeproposities te bereiken, hoe groter de kans om winst te
maken.
Ryanair: extreem lage operationele kosten → goedkope vliegtickets. Adobe Stock:
digitaal platform, dus schaalbaar en lage marginale kosten

Om die businessmodel in kaart te brengen wordt vaak businessmodel canvas gebruikt. De
regels hiervoor hoef je niet helemaal te kennen, maar dit bestaat bijvoorbeeld uit; value
proposition, waaruit middelen volgen; customer segments, customer relations, kanalen
(online/ fysiek), ressources (FRAME), afhankelijkheid, kostenstructuur, revenues streams

Let op: of iets als strategisch is hangt altijd af van de context. Of er bijvoorbeeld een nieuwe
machine moet bijkomen hangt af van de kostenstructuur die dat met zich meebrengt.
Redenatie van het antwoord is dus altijd van belang.

Clip 5 Onderlinge besluiten afhankelijk met andere actoren

Actor = persoon of organisatie dat een actie uitvoert en invloed heft op een bepaalde. Proces
of beleidsterrein. Zoals concurrenten, leveranciers en klanten. Voorbeeld: Als Volkswagen
elektrische auto’s gaat maken dan heeft dit invloed op andere automerken.

Hierin zijn 3 type afhankelijkheid:

1. Complementaire afhankelijkheid:
Beslissingen versterken elkaar
Bijvoorbeeld: Google gaat meer apps maken, waardoor het voor producers
interessanter wordt.
2. Subsitionele afhankelijkheid:
Beslissingen beconcurreren elkaar
Bijvoorbeeld: Android maakt nieuwe telefoon met meer ai, daardoor wordt android
aantrekkelijker voor jongeren en neemt de Apple-klanten over.
€7,36
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper
Seller avatar
Laura12983476

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
Laura12983476 Tilburg University
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
1
Lid sinds
2 weken
Aantal volgers
0
Documenten
2
Laatst verkocht
1 week geleden

0,0

0 beoordelingen

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen