Een compleet beeld van het Nederlandse staatsrecht
Over de hele wereld bestaan verschillende opvattingen over hoe het constitutionele
recht benaderd moet worden. Met andere woorden: door welke bril kijk je naar een
Grondwet? 1 In dit essay wordt de functionele benadering van een constitutie besproken en
toegepast op het Nederlandse staatsrecht, onder andere aan de hand van de conventie van
1966.
De functionele benadering kijkt met een brede blik naar het constitutionele recht.
Volgens deze benadering omvat de Grondwet meer dan alleen het formele document; het gaat
ook om rechtsregels die te maken hebben met het openbaar bestuur. Ongeschreven
constitutionele rechtsregels reguleren het gedrag binnen politieke instituties en houden deze
instituties in stand. 2 Deze benadering besteedt aandacht aan de maatschappelijke, sociale en
politieke context, en aan de manier waarop deze context het ontstaan van rechtsregels
beïnvloedt. Ook wordt gekeken naar de achterliggende doelen en waarden van de Grondwet,
en hoe specifieke bepalingen vanuit die waarden geïnterpreteerd kunnen worden. 3
In het Nederlandse staatsbestel spelen ongeschreven constitutionele rechtsregels een
belangrijke rol. Deze regels staan niet in de Grondwet of enig andere wet, maar zijn terug te
vinden in constitutioneel gewoonterecht, conventies en staatsrechtelijke gebruiken of
praktijken. Het zijn rechtsregels die worden nageleefd, omdat betrokkenen binnen politieke
instituties vinden dat zij eraan gebonden zijn.
Een voorbeeld van ongeschreven staatsrecht is het vertrouwensbeginsel. Dit houdt in
dat wanneer een van de Kamers het vertrouwen in het kabinet of een minister verliest, om
welke reden dan ook, deze moet aftreden. Het is een regel die in de praktijk is ontstaan. 4 Een
ander voorbeeld zijn de regels rondom de kabinetsformatie. Hiervoor bestaan geen formele
staatsrechtelijke regels; het proces is grotendeels gebaseerd op formatiegewoonten. 5 Deze
gewoonten kunnen echter in de loop der tijd veranderen. Zo wordt de (in)formateur
tegenwoordig niet meer benoemd door de Koning, maar door de Tweede Kamer. 6 De
functionele benadering beschouwt rechtsregels zoals die rond de kabinetsformatie en het
1
W. Voermans, Het verhaal van de Grondwet, Amsterdam Prometheus 2021, p. 240.
2
E.A. Young, The Constitution Outside the Constitution, 117 Yale Law Journal 2007, p. 408-473.
3
R. Dixon, The functional constitution: re-reading the 2014 high court constitutional term. Federal Law Review
2015, p. 455-492.
4
W. Voermans, Onze Constitutie, Amsterdam Prometheus 2023, p. 35-36.
5
C.J.M. Brand, Kabinetsformaties in Nederland: een mysterieus pokerspel, Jaarboek Parlementaire
Geschiedenis 2011, p. 226-228.
6
W. Voermans, Onze Constitutie, Amsterdam Prometheus 2023, p. 385.
Over de hele wereld bestaan verschillende opvattingen over hoe het constitutionele
recht benaderd moet worden. Met andere woorden: door welke bril kijk je naar een
Grondwet? 1 In dit essay wordt de functionele benadering van een constitutie besproken en
toegepast op het Nederlandse staatsrecht, onder andere aan de hand van de conventie van
1966.
De functionele benadering kijkt met een brede blik naar het constitutionele recht.
Volgens deze benadering omvat de Grondwet meer dan alleen het formele document; het gaat
ook om rechtsregels die te maken hebben met het openbaar bestuur. Ongeschreven
constitutionele rechtsregels reguleren het gedrag binnen politieke instituties en houden deze
instituties in stand. 2 Deze benadering besteedt aandacht aan de maatschappelijke, sociale en
politieke context, en aan de manier waarop deze context het ontstaan van rechtsregels
beïnvloedt. Ook wordt gekeken naar de achterliggende doelen en waarden van de Grondwet,
en hoe specifieke bepalingen vanuit die waarden geïnterpreteerd kunnen worden. 3
In het Nederlandse staatsbestel spelen ongeschreven constitutionele rechtsregels een
belangrijke rol. Deze regels staan niet in de Grondwet of enig andere wet, maar zijn terug te
vinden in constitutioneel gewoonterecht, conventies en staatsrechtelijke gebruiken of
praktijken. Het zijn rechtsregels die worden nageleefd, omdat betrokkenen binnen politieke
instituties vinden dat zij eraan gebonden zijn.
Een voorbeeld van ongeschreven staatsrecht is het vertrouwensbeginsel. Dit houdt in
dat wanneer een van de Kamers het vertrouwen in het kabinet of een minister verliest, om
welke reden dan ook, deze moet aftreden. Het is een regel die in de praktijk is ontstaan. 4 Een
ander voorbeeld zijn de regels rondom de kabinetsformatie. Hiervoor bestaan geen formele
staatsrechtelijke regels; het proces is grotendeels gebaseerd op formatiegewoonten. 5 Deze
gewoonten kunnen echter in de loop der tijd veranderen. Zo wordt de (in)formateur
tegenwoordig niet meer benoemd door de Koning, maar door de Tweede Kamer. 6 De
functionele benadering beschouwt rechtsregels zoals die rond de kabinetsformatie en het
1
W. Voermans, Het verhaal van de Grondwet, Amsterdam Prometheus 2021, p. 240.
2
E.A. Young, The Constitution Outside the Constitution, 117 Yale Law Journal 2007, p. 408-473.
3
R. Dixon, The functional constitution: re-reading the 2014 high court constitutional term. Federal Law Review
2015, p. 455-492.
4
W. Voermans, Onze Constitutie, Amsterdam Prometheus 2023, p. 35-36.
5
C.J.M. Brand, Kabinetsformaties in Nederland: een mysterieus pokerspel, Jaarboek Parlementaire
Geschiedenis 2011, p. 226-228.
6
W. Voermans, Onze Constitutie, Amsterdam Prometheus 2023, p. 385.