Samenvatting Sportmonitoring &
performance
Hoorcollege 1
2e wet van Newton:
F=mxa
F = spierkracht (Newton)
m = massa (kg)
a = versnelling (m/s2)
Een mitochondrion functioneert als energiecentrale van de
spiervezel. Binnen het mitochondrion worden voedingsstoffen zoals
glucose en vetzuren omgezet in ATP, de belangrijkste energiedrager
voor spiercontracties en andere celprocessen.
Myofibril zijn langwerpige eitwitketens bestaande uit myosine en
actine die de contractie van spierweefsel mogelijk maken.
Myosine en actine zijn de onderdelen van de spieren die ervoor
zorgen dat ze kunnen samentrekken. Als ze in elkaar schuiven wordt
de spier namelijk korter.
Aantekening: Myosine blauw. Actine rood.
ATP en Ca2+ (calcium) zorgen ervoor dat de myosinehandjes de
actine kunnen trekken en geheel naar mekaar toe gaan. De ATP
zorgt ervoor dat het handje van de myosine aan het actine wil gaan
koppelen en wil buigen. Calcium zorgt ervoor dat ook actine wil
koppelen. Tropomyosine om actine gedraaid als een soort hek,
zodat myosine niet zomaar kan koppelen.
Een sarcomeer is de kleinste functionele eenheid van een spier.
1. Myosinekop maakt connectie met actine
2. Op myosinekop hecht een molecuul ATP
3. ATP (splitst) -> ADP + P + Energie
4. Met behulp van deze energie klopt de myosinekop om
5. Hiermee trekt myosine zich in de actine = powerstroke
6. De spier verkort
Flexie= buigen, agonist (bicep curl)
Extensie= strekken, antagonist (dippen)
, (Van gewichten)
Verschillende soorten spiervezels
Zwart, langzaam -> type |
Lichtgrijs, snel -> type ||a
Donkergrijs, snel ->type ||x
Femke bol (sprinter) = type ||
Sifan hassan (marathonloper) = type |
Size principle= eerst type | vezels (langzaam) daarna ook type ||
vezels (snel)
Hoorcollege 2
Het cardiovasculair systeem
= bloedvatenstelsel, verantwoordelijk voor circulatie bloed door
lichaam
Het cardiovasculair systeem wordt meestal onderverdeeld in:
1. Het hart – de pomp die het bloed door het lichaam stuwt.
2. De bloedvaten – onderverdeeld in:
• Slagaders (arteriën): vervoeren zuurstofrijk bloed van het
hart naar de weefsels.
• Haarvaten (capillairen): zorgen voor de uitwisseling van
zuurstof, voedingsstoffen en afvalstoffen tussen bloed en weefsels.
• Aders (venen): vervoeren zuurstofarm bloed terug naar het
hart.
Arteriën (slagader)
bloed wegbrengen van hart naar organen en weefsels
Aorta is de grootste arterie
Meerdere arteriën
Kenmerk Arteriën Venen
Bloedstroom Van het hart af Naar het hart toe
Zuurstofgeha Meestal zuurstofrijk Meestal zuurstofarm
lte (behalve longslagader) (behalve longaders)
Wanddikte Dik en elastisch Dunner en minder
elastisch
Bloeddruk Hoog Laag
Kleppen Geen Wel (om terugstroom te
performance
Hoorcollege 1
2e wet van Newton:
F=mxa
F = spierkracht (Newton)
m = massa (kg)
a = versnelling (m/s2)
Een mitochondrion functioneert als energiecentrale van de
spiervezel. Binnen het mitochondrion worden voedingsstoffen zoals
glucose en vetzuren omgezet in ATP, de belangrijkste energiedrager
voor spiercontracties en andere celprocessen.
Myofibril zijn langwerpige eitwitketens bestaande uit myosine en
actine die de contractie van spierweefsel mogelijk maken.
Myosine en actine zijn de onderdelen van de spieren die ervoor
zorgen dat ze kunnen samentrekken. Als ze in elkaar schuiven wordt
de spier namelijk korter.
Aantekening: Myosine blauw. Actine rood.
ATP en Ca2+ (calcium) zorgen ervoor dat de myosinehandjes de
actine kunnen trekken en geheel naar mekaar toe gaan. De ATP
zorgt ervoor dat het handje van de myosine aan het actine wil gaan
koppelen en wil buigen. Calcium zorgt ervoor dat ook actine wil
koppelen. Tropomyosine om actine gedraaid als een soort hek,
zodat myosine niet zomaar kan koppelen.
Een sarcomeer is de kleinste functionele eenheid van een spier.
1. Myosinekop maakt connectie met actine
2. Op myosinekop hecht een molecuul ATP
3. ATP (splitst) -> ADP + P + Energie
4. Met behulp van deze energie klopt de myosinekop om
5. Hiermee trekt myosine zich in de actine = powerstroke
6. De spier verkort
Flexie= buigen, agonist (bicep curl)
Extensie= strekken, antagonist (dippen)
, (Van gewichten)
Verschillende soorten spiervezels
Zwart, langzaam -> type |
Lichtgrijs, snel -> type ||a
Donkergrijs, snel ->type ||x
Femke bol (sprinter) = type ||
Sifan hassan (marathonloper) = type |
Size principle= eerst type | vezels (langzaam) daarna ook type ||
vezels (snel)
Hoorcollege 2
Het cardiovasculair systeem
= bloedvatenstelsel, verantwoordelijk voor circulatie bloed door
lichaam
Het cardiovasculair systeem wordt meestal onderverdeeld in:
1. Het hart – de pomp die het bloed door het lichaam stuwt.
2. De bloedvaten – onderverdeeld in:
• Slagaders (arteriën): vervoeren zuurstofrijk bloed van het
hart naar de weefsels.
• Haarvaten (capillairen): zorgen voor de uitwisseling van
zuurstof, voedingsstoffen en afvalstoffen tussen bloed en weefsels.
• Aders (venen): vervoeren zuurstofarm bloed terug naar het
hart.
Arteriën (slagader)
bloed wegbrengen van hart naar organen en weefsels
Aorta is de grootste arterie
Meerdere arteriën
Kenmerk Arteriën Venen
Bloedstroom Van het hart af Naar het hart toe
Zuurstofgeha Meestal zuurstofrijk Meestal zuurstofarm
lte (behalve longslagader) (behalve longaders)
Wanddikte Dik en elastisch Dunner en minder
elastisch
Bloeddruk Hoog Laag
Kleppen Geen Wel (om terugstroom te