Romp:
Kennisclip-Spierfuncties afleiden
Assen, vlakken en spieren:
-Bewegingen van ons hele lichaam of delen daarvan vinden plaats in 3 standaardvlakken waarbij dat
lichaam(sdeel) om één of meer 3 standaardassen draait.
-Vlakken; Sagittale vlak, Transversale vlak, Frontale vlak
-Assen; Transversale as, Longitudinale as, Sagittale as
Voorbeeld : bewegen van de armen omhoog langs het lichaam; in het frontale
vlak en om de sagittale as.
Spieren die verkorten veroorzaken bewegingen!
-Welke beweging(en) een spier veroorzaakt hangt af van;
1.De bewegingsas(sen) van het gewricht waarover de spier loopt.
(in het bijzonder de bouw van het gewricht dus hoeveel bewegingsassen het
gewricht heeft)
2.De ligging van de spier t.o.v. de bewegingsas(sen).
(bv voorzijde, achterzijde, binnenzijde, buitenzijde)
-Deze 2 factoren bepalen welke bewegingsfuncties een spier heeft op een gewricht.
Voorbeeld;
Ellebooggewricht kan scharnieren om transversale af.
Spier begint op de bovenarm en eindigt op de onderarm. Als de spier verkort, gaat de onderarm naar
de bovenarm toe, dan beweegt de onderarm omhoog.
Dan wordt de spier korter en dikker, en is de arm bewogen. De onderarm wordt naar de bovenarm
toe getrokken. De blauwe pijl lijn is de werklijn van de spier. De beweging is flexie (buigen).
Conclusie: de spier veroorzaakt flexie in de art.cubiti om een transversale as in het sagittale vlak.
3-Stappenplan functie(s) afleiden:
Zelfde voorbeeld als net met elleboog.
--Stap 1; bepaal alle bewegingsassen van het gewricht waarover de spier loopt.
(in dit geval transversale as)
--Stap 2; bepaal voor de spier de ligging ten opzichte van de bewegingsas(sen).
(in dit geval ventraal)
--Stap 3; leid de spierfunctie(s) af door de beweging(en) te benoemen die bij verkorting van de spier
optreden. (gebruik werklijn van spier). (werklijn geeft aan in welke richting in dit geval de
aanhechting van de spier beweegt als die verkort, is in de richting van de oorsprong van de spier).
(in dit geval flexie)
,3-Stappenplan afleiden spierfuncties:
Stap 1: bepaal alle bewegingsassen van het gewricht waarover de spier loopt.
Stap 2: bepaal voor de spier de ligging ten opzichte van de bewegingsas(sen).
Stap 3: leid de spierfunctie(s) af door de bewegingsas(sen) te benoemen die bij verkorting van de
spier optreden (gebruik de werklijn van de spier).
Voorbeeld met m.deltoideus-delta vormige schouderspier:
(ligt zowel aan voorzijde, achterzijde als zijkant van de schouder ligt, en de schouder contour geeft).
Ventraal aanzicht:
Stap 1: Bepaal alle bewegingsassen van het gewricht waarover de spier loopt.
--Sagittale as
Stap 2: Bepaal voor de spier de ligging ten opzichte van de bewegingsassen.
--Bovenste vezels (blauw), onderste vezels (groen)
Stap 3: leid de spierfunctie(s) af en door de bewegingsas(sen) te benoemen die bij verkorting van de
spier optreden (gebruik de werklijn van de spier).
--Als bovenste vezels verkorten, beweegt de arm zijwaarts. Dus abductie.
--Als onderste vezels verkorten, beweegt de arm naar het lichaam toe. Dus adductie.
Lateraal aanzicht:
Stap 1: Bepaal alle bewegingsassen van het gewricht waarover de spier loopt.
--Transversale as
Stap 2: Bepaal voor de spier de ligging ten opzichte van de bewegingsassen.
--Achterste vezels, voorste vezels
Stap 3: leid de spierfunctie(s) af en door de bewegingsas(sen) te benoemen die bij verkorting van de
spier optreden (gebruik de werklijn van de spier).
--Als achterste vezels verkorten, beweegt de arm naar achter. Dus retroflexie.
--Als de voorste vezels verkorten, beweegt de arm naar voren. Dus anteflexie.
,Craniaal aanzicht:
Stap 1: Bepaal alle bewegingsassen van het gewricht waarover de spier loopt.
--Longitudinale as
Stap 2: Bepaal voor de spier de ligging ten opzichte van de bewegingsassen.
--Achterste vezels, voorste vezels
Stap 3: leid de spierfunctie(s) af en door de bewegingsas(sen) te benoemen die bij verkorting van de
spier optreden (gebruik de werklijn van de spier).
--Als achterste vezels verkorten, beweegt de arm naar buiten gedraaid. Dus exorotatie.
--Als de voorste vezels verkorten, beweegt de arm naar binnen gedraaid. Dus endorotatie.
Samenvatting afgeleide spierfuncties van m.deltoideus:
(hoofdfunctie is onderstreept bij functie)
Kennisclip-Overzicht romp:
Bewegingen romp:
-Voornamelijk veroorzaakt door de bewegingsmogelijkheden van de wervelkolom.
-Als je een aantal wervels vergroot, en de tussenwervelschijven er tussenuit haalt, zie je de
gewrichtsvlakjes (in de rode rondjes). De gewrichtsvlakjes=de facetgewrichten. Per wervel.
-De facetgewrichtjes maken contact met de wervel boven en onder zich. Daar kan beweging
plaatsvinden.
Aantal termen;
-Ventraal=voorzijde
-Dorsaal=rugzijde
-Lateraal=zijkant
-Flexie=buigen
-Rotatie=draaien
Bewegingen van de romp:
1.Ventraalflexie en dorsaalflexie (om transversale as, links naar rechts)
2.Lateroflexie (om sagittale as, van voor naar achter)
3.Rotatie linksom en rechtsom (om longitudinale as, van boven naar onder)
, Delen van de wervelkolom en hun bewegingsmogelijkheden:
-4 delen;
1.Cervicaal gebied -7 wervels
2.Thoracaal gebied -12 wervels
3.Lumbaal gebied -5 wervels
4.Sacraal gebied -5 wervels
-In tabel; C= cervicaal Th= thoracaal L=lumbaal C+Th+L=hele beweegbare wervelkolom
-Er staan de uitslagen in graden aangegeven per losse deel.
-Sacrale gebied (S) zijn 5 vergroeide heiligbeenwervels, hebben onderling geen
bewegingsmogelijkheden.
-Cervicaal; alle 4 bewegingen zijn goed mogelijk, grote bewegingsuitslag.
Handig om je omgeving goed in de gaten te houden.
-Thoracaal; beste bewegingsmogelijkheid in ventraalflexie en rotatie
-Lumbaal; beste bewegingsmogelijkheid in ventraalflexie en dorsaalflexie
Hier ontstaan vaak meeste problemen (onderrugpijn of hernia).
-Alles samen; Bewegingsuitslag lateroflexie→ beide kanten 40⁰
Ventraalflexie→ 85⁰
Dorsaalflexie→ 60⁰
Rotatie→ beide kanten 40⁰
Spieren ventrale rompzijde:
Systematiek van de buikmusculatuur;
-Stukje sternum (borstbeen)
-Symfysis pubis (schaambeen) verbindt de 2 heupbeenderen.
-Aantal banden geven de systematiek van de buikmusculatuur aan;
1.De m.rectur abdominis (boven naar onder, onder naar boven) – rechte buikspier