Beroepsoriëntatie week 1 - les 1 (14/11)
Literatuur: H1, H2 en H4
1) Kennisclip: privaatrecht: vermogensrecht
ermogensrecht
V
= het geheel van het recht dat betrekking heeft op vermogensbestanddelen
- Heeft betrekking tot geld waardeerbare rechten en plichten
Vermogensrecht valt uiteen onder:
- Goederenrecht: eigendom tot rechtssubject (zoals eigendom)
- Verbintenissenrecht: rechtssubject tot rechtssubject (zoals een koop ovk)
erbintenissenrecht
V
= vermogensrechtelijke rechtsbetrekking tussen twee of meer personen, op grond waarvan
de een jegens een ander recht heeft tot prestatie, waartoe die ander verplicht is
- eregeld in boek 6 t/m 8
G
- Aangaan van een verbintenis: overeenkomsten, onrechtmatige daad
- Het geeft het rechtssubject rechten en plichten
Debiteur/ crediteur
- Degene die gaat ontvangen:de debiteur
- Hij kan:
- Geven
- Doen
- Niet-doen (onrechtmatige daad)
- Degene die prestatie levert:de crediteur
2) Kennisclip: privaatrecht: verschil, goederenrecht en verbintenissenrecht voorbeeld
Goederenrecht
- Gesloten systeem: in de wet zijn het aantal rechten gelimiteerd
- Staat het niet in de wet, dan bestaat het niet
- Absoluut recht: het werkt tegenover eenieder
Verbintenissenrecht
- Open systeem: ovk’s zijn in beginsel onbeperkt mogelijk
- Relatief/ persoonlijk recht: werkt tegenover specifieke personen
1
, ) Kennisclip: rechtshandelingen, feitelijke handelingen, blote rechtsfeiten en
3
overeenkomsten
Rechtshandelingen
- Eenzijdig
- Een persoon brengt het beoogd rechtsgevolg tot stand
- Meerzijdig
- Voor de geldigheid van de rechtshandeling zijn de wil van 2 of meer
rechtssubjecten vereist
- Feitelijk handelen met rechtsgevolg:
- menselijk handelen met onbedoeld rechtsgevolg → Zoals onrechtmatige
daad
Feitelijke handelingen met rechtsgevolg
- Het recht verbindt gevolgen zonder dat daarbij de bedoeling van het
rechtssubject van belang is
- De wil is niet relevant
- De onrechtmatige daad is de meest voorkomende: iemand brengt aan een
ander op onrechtmatige wijze schade toe. Het rechtsgevolg is de verplichting
van de dader om aan die ander de geleden schade te vergoeden.
- 6:162 BW
- Rechtmatige daad: feitelijke handeling waaraan het objectieve recht
eveneens een rechtsgevolg verbindt, maar die niet in strijd zijn met het recht
- Zaakwaarneming(6:198 BW)
- Onverschuldigde betaling(6:203 BW)
- Ongerechtvaardigde verrijking(6:212 BW)
- Een feitelijke handeling kan ook bestaan in wanprestatie: toerekenbaar
tekortkomen in de nakoming van een verbintenis(6:74lid 1 BW)→ doet er
niet toe of het rechtsgevolg is beoogd
erschil: bij rechtshandelingen wordt het intreden van het rechtsgevolg beoogd, terwijl dat
V
oogmerk bij feitelijke handelingen er niet toe doet
Blote rechtsfeiten
- Blote rechtsfeiten: wordtnietdoor menselijk gedragveroorzaakt, het ontbreken van
actief menselijk handelen (geboorte en dood, tijdsverloop, ziekte etc. bijvoorbeeld)
- Menselijke handelingen: het recht verbindt er een gevolg aan (zoals het sluiten van
een koopovereenkomst)
2
, vereenkomsten
O
Soorten overeenkomsten
- De belangrijkste categorie overeenkomsten worden gevormd door de obligatoire of
verbintenisscheppende overeenkomst. Dat is de overeenkomst waarbij partijen een
of meer verbintenissen doen ontstaan.
→ voorbeeld: arbeidsovereenkomst
- Ze kunnen op 3 manieren worden onderscheiden:
1) wederkerige en eenzijdige overeenkomsten
- Art. 6:261 lid 1 BW
- Uit een wederkerige overeenkomst vloeien tussen partijen over en weer verplichten
oftewel verbintenissen voort
- Een eenzijdige ovk wordt weliswaar ook tussen twee (of meer) partijen gesloten,
maar bevat hij slechts 1 verbintenis, 1 verplichting.
→ voorbeeld: schenkingsovereenkomst (7:175 lid 1 BW). deze kent alleen aan de
zijde van de schenker een verplichting, namelijk de verplichting het geschonken goed
over te dragen
nderscheid: alleen bij wederkerige overeenkomsten heeft de crediteur een
O
opschortingsrecht en een recht op ontbinding van de overeenkomst voor het geval de
wederpartij haar verplichtingen niet nakomt
2) benoemde en onbenoemde overeenkomsten
- Benoemde: in de wet nader geregeld
- Zoals: koopovk, ovk van geldlening, huurovk, schenkingsovk
- Onbenoemd: niet in de wet geregeld
- Alleen de algemene bepalingen inzake ovk’s in boek 6
- Zoals: pensionovereenkomst tussen pensionhouder en pensiongast of
leaseovereenkomst
3) Consensuele en formele overeenkomsten
- Voor de rechtsgeldige totstandkoming van een ovk is meestal voldoende dat partijen
het over de ovk eens zijn. Er is dan sprake van wilsovereenstemming oftewel
consensus
- Het gegeven woord is voldoende voor hun totstandkoming.
- Formele: voor hun totstandkoming is wilsovereenstemming alleen niet voldoende: zij
komen pas rechtsgeldig tot stand als ook nog aan een bepaald vormvereiste is
voldaan (vaak schriftelijk d.m.v. een akte).
- Voorbeeld: koop van een woonhuis door een particulier
3