Handelsrecht – WG 1
Hoofdstuk 1 – ondernemingsvormen
Casus 1
Vraag 1
- Eenmanszaak: ja
Pieter heeft de spullen die hij nodig heeft voor het ontwikkelen van de websites al en hij wil
geen schulden aangaan (ziet op het moment dat hij met zijn onderneming gaat beginnen: hij
wil er schuldenvrij aan beginnen). Je kunt zomaar met een eenmanszaak beginnen: er zijn
geen formaliteiten voor. Het bijzondere van een eenmanszaak is dat hij onderdeel uitmaakt
van het privévermogen van Pieter. Er is dus geen afgescheiden vermogen. Een schuldeiser
kan, als hij een vordering heeft op Pieter, dus het privévermogen van Pieter uitwinnen. Pieter
moet aan één verplichting voldoen: hij moet de onderneming inschrijven bij de Kamer van
Koophandel in het Handelsregister. Dat kost wel wat geld, ongeveer €25 per jaar. Het is goed
denkbaar dat Pieter na een tijdje werknemers in dienst wil nemen omdat hij het in zijn eentje
niet aankan. Dat kan. Pieter is eigenaar van de onderneming/eenmanszaak. Hij wordt dan de
werkgever en de mensen die bij hem in dienst treden worden de werknemers. Als hij meer
dan 50 werknemers in dienst heeft moet Pieter verplicht een ondernemingsraad instellen op
grond van de WOR.
- BV: ja
Pieter kan ook kiezen voor een BV. Dat kan in je eentje. Pieter wordt dan enig aandeelhouder
en enig bestuurder. Daar zijn meer kosten aan verbonden omdat een BV een rechtspersoon
is die bij notariële akte moet worden opgericht (art. 2:175 BW). Deze kosten (ongeveer
tussen €300-500) kan Pieter evt. ten koste brengen van de opgerichte BV (art. 2:103 lid 4
BW). Een BV moet ook worden ingeschreven in het Handelsregister. BV is met name na 2012
aantrekkelijk geworden omdat de BV kan worden opgericht met een geplaatst kapitaal van
€0,01. Wat is er bijzonder aan de BV? Een BV is een privaatrechtelijke rechtspersoon en dus
is niet Pieter de eigenaar van de onderneming, maar de BV. De BV heeft een afgescheiden
vermogen. De onderneming bevindt zich dus ook in het vermogen van de BV. Pieter houdt
een of meer aandelen in de BV. Pieter is eigenaar van deze aandelen, die onderdeel
uitmaken van het privévermogen van Pieter. De BV is de werkgever van eventuele
werknemers. Bij meer dan 50 werknemers is de BV verplicht om een ondernemingsraad in te
stellen.
- Personenvennootschap: nee
Pieter kan geen personenvennootschap kiezen. Dat zijn samenwerkingsovereenkomsten en
Pieter kan niet een overeenkomst sluiten met zichzelf, er zijn minstens 2 mensen nodig.
- Vereniging en coöperatie vallen ook af, want deze worden opgericht bij meerzijdige
rechtshandeling en daar zijn ook minstens 2 personen voor nodig.
- Een stichting kan wel door 1 persoon worden opgericht. Echter, een stichting kent een
winstuitkeringsverbod. Maar een stichting kent wel een bestuur, en als Pieter enig
bestuurder wordt kan hij wel een salaris genieten. Langs die kant kan hij toch betaald
worden. Boek 2 BW verzet zich hier niet tegen. Het is echter niet de meest logische
mogelijkheid.
- Conclusie: kiezen tussen eenmanszaak en BV.
, Vraag 2
De vraag is wat meneer Janssens wil.
- BV.
Het kan zijn dat hij de boel nu alvast gereed wil maken voor als hij er straks mee stopt, maar
dat hij eerst nog een tijdje door wil. Een BV is dan de logische rechtsvorm. De BV wordt
opgericht door Janssens en die zorgt ervoor dat hij een aantal aandelen door de BV laat
uitgeven dat makkelijk deelbaar is door 3 (bijv. 60). Janssens wil zijn dochters ook inwerken
in het vak en vindt ze nog niet ver genoeg in hun ontwikkeling om de onderneming zelf te
draaien. Hij keert de 60 aandelen aan zichzelf uit en wordt enig bestuurder. De aandelen
hebben volgens de statuten bijv. een beginwaarde van €1000. Janssens moet dus voldoen
aan de stortingsverplichting en €60.000 storten (want bij het nemen van een aandeel moet
het nominale bedrag gestort worden). Janssens heeft nu twee mogelijkheden: hij kan de
aandelen in contanten (geld) storten of in natura. Laatste is interessant voor Janssens. Hij kan
de onderneming (eenmanszaak) storten ter volstorting van de aandelen. Hierna is de
eenmanszaak eigendom van de BV in plaats van van Janssens. Janssens is nu eigenaar van 60
aandelen in de BV. Die aandelen maken deel uit van zijn privévermogen. Maar Janssens zelf
is geen eigenaar meer van de onderneming. De dochters zijn nu werknemer van de BV. Als
Janssens 65 is gaat hij met zijn dochters naar de notaris en verkoopt en levert hij zijn
aandelen aan zijn dochters (ieder 20 aandelen). Art. 2:196 BW schrijft voor dat de aandelen
in een BV (op naam) krachtens notariële akte moeten worden geleverd. Janssens neemt
ontslag. De drie dochters kunnen alle drie bestuurder worden, of maar een, dat mogen ze
zelf beslissen. Janssens kan ook aanblijven totdat hij dood gaat. In zijn testament kan hij dan
opnemen dat de dochters de aandelen voor gelijke delen erven. Dan worden zijn dochters na
zijn overlijden aandeelhouder en moeten ze ook maar zien wat ze met de bestuurskwestie
doen.
- NV
Andere mogelijkheid is NV. Tenzij ze op termijn naar de beurs willen zit daar echter niet veel
meerwaarde aan. Nadeel van de NV is dat Janssens dan tenminste €45.000 moet storten. Hij
kan weer de eenmanszaak inbrengen en als die €60.000 waard is, is dat geen enkel
probleem.
- Janssens kan ook kiezen voor een coöperatie, afhankelijk van zijn wensen.
- Personenvennootschappen zijn niet echt een reële optie. Het is denkbaar dat Janssens en zijn
dochters een samenwerkingsovereenkomst aangaan (VOF). De dochters zijn echter bang
voor aansprakelijkheidsrisico’s en vennoten van een VOF staan met hun privévermogen
aansprakelijk voor de schulden van de VOF. Dan loop je dus juist het risico dat je persoonlijk
aansprakelijk gesteld gaat worden. Dus om die reden vallen de personenvennootschappen
af.
Vraag 3
Er zijn twee mogelijkheden.
1. Meest voor de hand liggend is NV. De reden daarvoor is dat NV aandelen aan toonder kan
uitgeven. Deze aandelen zijn vrij verhandelbaar. Walter en zijn vriendjes kunnen zelf
aandelen op naam nemen, daar kunnen ze bijzondere zeggenschapsrechten aan koppelen.
De NV gaat ook aandelen aan toonder uitgeven. Die aandelen aan toonder worden op de
beurs genoteerd en verhandeld. Aandelen op naam in een NV kunnen alleen bij notariële
akte worden geleverd. Dus dat is niet handig om op de beurs te verhandelen (wordt ook niet
toegelaten). Aandelen aan toonder worden digitaal verhandeld (art. 2:82 BW), dus dat is een
ideaal type aandeel om op de beurs te noteren.
Hoofdstuk 1 – ondernemingsvormen
Casus 1
Vraag 1
- Eenmanszaak: ja
Pieter heeft de spullen die hij nodig heeft voor het ontwikkelen van de websites al en hij wil
geen schulden aangaan (ziet op het moment dat hij met zijn onderneming gaat beginnen: hij
wil er schuldenvrij aan beginnen). Je kunt zomaar met een eenmanszaak beginnen: er zijn
geen formaliteiten voor. Het bijzondere van een eenmanszaak is dat hij onderdeel uitmaakt
van het privévermogen van Pieter. Er is dus geen afgescheiden vermogen. Een schuldeiser
kan, als hij een vordering heeft op Pieter, dus het privévermogen van Pieter uitwinnen. Pieter
moet aan één verplichting voldoen: hij moet de onderneming inschrijven bij de Kamer van
Koophandel in het Handelsregister. Dat kost wel wat geld, ongeveer €25 per jaar. Het is goed
denkbaar dat Pieter na een tijdje werknemers in dienst wil nemen omdat hij het in zijn eentje
niet aankan. Dat kan. Pieter is eigenaar van de onderneming/eenmanszaak. Hij wordt dan de
werkgever en de mensen die bij hem in dienst treden worden de werknemers. Als hij meer
dan 50 werknemers in dienst heeft moet Pieter verplicht een ondernemingsraad instellen op
grond van de WOR.
- BV: ja
Pieter kan ook kiezen voor een BV. Dat kan in je eentje. Pieter wordt dan enig aandeelhouder
en enig bestuurder. Daar zijn meer kosten aan verbonden omdat een BV een rechtspersoon
is die bij notariële akte moet worden opgericht (art. 2:175 BW). Deze kosten (ongeveer
tussen €300-500) kan Pieter evt. ten koste brengen van de opgerichte BV (art. 2:103 lid 4
BW). Een BV moet ook worden ingeschreven in het Handelsregister. BV is met name na 2012
aantrekkelijk geworden omdat de BV kan worden opgericht met een geplaatst kapitaal van
€0,01. Wat is er bijzonder aan de BV? Een BV is een privaatrechtelijke rechtspersoon en dus
is niet Pieter de eigenaar van de onderneming, maar de BV. De BV heeft een afgescheiden
vermogen. De onderneming bevindt zich dus ook in het vermogen van de BV. Pieter houdt
een of meer aandelen in de BV. Pieter is eigenaar van deze aandelen, die onderdeel
uitmaken van het privévermogen van Pieter. De BV is de werkgever van eventuele
werknemers. Bij meer dan 50 werknemers is de BV verplicht om een ondernemingsraad in te
stellen.
- Personenvennootschap: nee
Pieter kan geen personenvennootschap kiezen. Dat zijn samenwerkingsovereenkomsten en
Pieter kan niet een overeenkomst sluiten met zichzelf, er zijn minstens 2 mensen nodig.
- Vereniging en coöperatie vallen ook af, want deze worden opgericht bij meerzijdige
rechtshandeling en daar zijn ook minstens 2 personen voor nodig.
- Een stichting kan wel door 1 persoon worden opgericht. Echter, een stichting kent een
winstuitkeringsverbod. Maar een stichting kent wel een bestuur, en als Pieter enig
bestuurder wordt kan hij wel een salaris genieten. Langs die kant kan hij toch betaald
worden. Boek 2 BW verzet zich hier niet tegen. Het is echter niet de meest logische
mogelijkheid.
- Conclusie: kiezen tussen eenmanszaak en BV.
, Vraag 2
De vraag is wat meneer Janssens wil.
- BV.
Het kan zijn dat hij de boel nu alvast gereed wil maken voor als hij er straks mee stopt, maar
dat hij eerst nog een tijdje door wil. Een BV is dan de logische rechtsvorm. De BV wordt
opgericht door Janssens en die zorgt ervoor dat hij een aantal aandelen door de BV laat
uitgeven dat makkelijk deelbaar is door 3 (bijv. 60). Janssens wil zijn dochters ook inwerken
in het vak en vindt ze nog niet ver genoeg in hun ontwikkeling om de onderneming zelf te
draaien. Hij keert de 60 aandelen aan zichzelf uit en wordt enig bestuurder. De aandelen
hebben volgens de statuten bijv. een beginwaarde van €1000. Janssens moet dus voldoen
aan de stortingsverplichting en €60.000 storten (want bij het nemen van een aandeel moet
het nominale bedrag gestort worden). Janssens heeft nu twee mogelijkheden: hij kan de
aandelen in contanten (geld) storten of in natura. Laatste is interessant voor Janssens. Hij kan
de onderneming (eenmanszaak) storten ter volstorting van de aandelen. Hierna is de
eenmanszaak eigendom van de BV in plaats van van Janssens. Janssens is nu eigenaar van 60
aandelen in de BV. Die aandelen maken deel uit van zijn privévermogen. Maar Janssens zelf
is geen eigenaar meer van de onderneming. De dochters zijn nu werknemer van de BV. Als
Janssens 65 is gaat hij met zijn dochters naar de notaris en verkoopt en levert hij zijn
aandelen aan zijn dochters (ieder 20 aandelen). Art. 2:196 BW schrijft voor dat de aandelen
in een BV (op naam) krachtens notariële akte moeten worden geleverd. Janssens neemt
ontslag. De drie dochters kunnen alle drie bestuurder worden, of maar een, dat mogen ze
zelf beslissen. Janssens kan ook aanblijven totdat hij dood gaat. In zijn testament kan hij dan
opnemen dat de dochters de aandelen voor gelijke delen erven. Dan worden zijn dochters na
zijn overlijden aandeelhouder en moeten ze ook maar zien wat ze met de bestuurskwestie
doen.
- NV
Andere mogelijkheid is NV. Tenzij ze op termijn naar de beurs willen zit daar echter niet veel
meerwaarde aan. Nadeel van de NV is dat Janssens dan tenminste €45.000 moet storten. Hij
kan weer de eenmanszaak inbrengen en als die €60.000 waard is, is dat geen enkel
probleem.
- Janssens kan ook kiezen voor een coöperatie, afhankelijk van zijn wensen.
- Personenvennootschappen zijn niet echt een reële optie. Het is denkbaar dat Janssens en zijn
dochters een samenwerkingsovereenkomst aangaan (VOF). De dochters zijn echter bang
voor aansprakelijkheidsrisico’s en vennoten van een VOF staan met hun privévermogen
aansprakelijk voor de schulden van de VOF. Dan loop je dus juist het risico dat je persoonlijk
aansprakelijk gesteld gaat worden. Dus om die reden vallen de personenvennootschappen
af.
Vraag 3
Er zijn twee mogelijkheden.
1. Meest voor de hand liggend is NV. De reden daarvoor is dat NV aandelen aan toonder kan
uitgeven. Deze aandelen zijn vrij verhandelbaar. Walter en zijn vriendjes kunnen zelf
aandelen op naam nemen, daar kunnen ze bijzondere zeggenschapsrechten aan koppelen.
De NV gaat ook aandelen aan toonder uitgeven. Die aandelen aan toonder worden op de
beurs genoteerd en verhandeld. Aandelen op naam in een NV kunnen alleen bij notariële
akte worden geleverd. Dus dat is niet handig om op de beurs te verhandelen (wordt ook niet
toegelaten). Aandelen aan toonder worden digitaal verhandeld (art. 2:82 BW), dus dat is een
ideaal type aandeel om op de beurs te noteren.
