De Bespiegeling havo/vwo H2: Cultuur van de Kerk
Kloosteroorden
In de middeleeuwen waren er verschillende belangrijke kloosterorden, zoals de
benedictijnen, franciscanen, cisterciënzers en cluniacenzers. In deze gemeenschappen
leefden monniken of nonnen volgens samen volgens kloosterregels.
Benedictijner kloosterorde
Dit is de oudste en meest invloedrijke kloosterorde van het Christendom. Benedictijner
monniken volgen de regel van Benedictus, opgesteld door Benedictus van Nursia rond
525.
- Ora et labora (bid en werk): het dagelijks leven is verdeeld in bidden, arbeid en
studie
- Zelfvoorzienend: het klooster zorgde zelf voor voedsel en kleding
- Monniken zwoeren trouw aan het klooster en bleven daar hun hele leven
Franciscaner kloosterorde
Dit kloosterorde is gesticht door Franciscus van Assisi in 1209 en was een bedelorde,
wat inhield dat materiële bezittingen verboden waren en dat de monniken leefden van
giften.
- Armoede: Franciscus legde sterk de nadruk op het leven zonder materiële
bezittingen en volledige afhankelijkheid van God.
- Missiewerk: Franciscanen trokken rond om hun religie te verspreiden en armen
te helpen
Cisterciënzer kloosterorde
De Cisterciënzers ontstonden als een hervormingsbeweging binnen de Benedictijnse
orde in 1098. Ze streefden naar een striktere naleving van de Regel van Benedictus.
- Sobere levensstijl: Cisterciënzers keerden zich tegen de luxe en rijkdom die zich
in sommige Benedictijnse kloostergemeenschappen had ontwikkeld. In kerken
werd ook weinig/geen versiering gebruikt. God werd geëerd middels puur gebed.
- Zelfvoorzienend
- Strenge naleving van de regel van Benedictus
, Cluniacenzer kloosterorde
De Cluniacenzers ontstonden in de 10e eeuw als een hervormingsbeweging binnen de
Benedictijnse orde. Ze wilden de nadruk leggen op liturgie en spirituele discipline.
- Luxe levensstijl: pracht en praal was belangrijk voor de cluniacenzers. Versiering,
kunst, en beelden werden gebruikt tijdens het gebed en de erediensten.
- Gebed en liturgie: Cluniacenzers richtten zich meer op erediensten
- Hiërarchisch netwerk: Cluny had een centraal bestuur dat veel macht uitoefende
over zijn dochterkloosters.
Kerken en kathedralen
Romaanse kerken
De Romaanse stijl werd beïnvloed door de Romeinse architectuur en kenmerkt zich
door een solide, zware en monumentale uitstraling. Deze kerken moesten een gevoel
van stabiliteit en veiligheid bieden in de tijd waarin het christendom werd verspreid en
versterkt. Deze kerken waren klein, stonden bij het klooster en werden vooral bezocht
door monniken, nonnen en pelgrims.
Kenmerken van de Romaanse bouwstijl:
- Dikke muren: de muren droegen het gewicht van het gebouw
- Kleine ramen: door de dikke muren was het niet mogelijk om grote ramen te
plaatsen
- Rondbogen
- Tongewelven: deze werden gebruikt om het plafond te dragen
- Sobere inrichting
Het Laatste Oordeel
Het Laatste Oordeel is een christelijke leerstelling die stelt dat aan het einde der tijden
Christus zal terugkeren om de levenden en de doden te oordelen. De mensen die goed
hebben geleefd gaan naar de hemel en de zondaars worden veroordeeld tot de hel. Het
Laatste Oordeel is vaak afgebeeld op de timpaan van een kerk om gelovigen eraan te
herinneren dat ze deugdzaam moeten leven.
Gotische kathedralen
De Gotische stijl ontstond in Frankrijk en was een directe reactie op de beperkingen van
de Romaanse architectuur. Gotische kathedralen waren veel lichter, hoger en sierlijker,
wat een gevoel van spiritualiteit en verheffing opriep. Deze kathedralen stonden in de
stad, waar ze bezocht werden door gelovige stedelingen.