Vragen bij hoorcollege 1 Inleiding in de Westerse Kunstgeschiedenis III
Vraag 1:
Er zijn drie ontwikkelingen die volgens Janson de scheidlijn tussen vóór 1800 en de moderne
tijd is. Welke zijn dit?
Vraag 2:
Hoe hangen de Industriële revolutie en de architectuur van de moderne tijd samen?
Vraag 3:
Welke beweging zet zich af tegen de industriële kant van de architectuur?
Vraag 4:
Volgens Janson komt er door de politieke revoluties (VS 1778 en Frankrijk 1789) een einde
aan twee grote machtsblokken. Welke machtsblokken zijn dit en wat voor effect heeft dit op
de architectuur?
Vraag 5:
Wat is het effect van de ‘doctrine of progress’ op de architectuur?
Vraag 6:
Wat is de Grand Tour?
Vraag 7:
Het opmeten en bekijken van de klassieke architectuur, inclusief optekenen en systematisch in
kaart brengen werd volgens het hoorcollege aangewakkerd door twee opgravingen. Welke zijn
dit?
Vraag 8:
Welke architectuur en kunst was volgens Winckelmann het hoogtepunt van de klassieke
oudheid?
Vraag 9:
Waar of niet waar: volgens Janson zijn er in de 19e eeuw meerdere eigen vormentalen
ontwikkeld.
, Vraag 10:
Waar of niet waar:
Dit gebouw is Ontworpen door Robert Adam en is verwoest in 1927.
Vraag 11:
Smaak is iets wat je ontwikkelt door zowel talent als ervaring. Burke beschrijft in zijn boek
twee concepten die deze ervaring bepalen. Benoem deze concepten en licht deze toe. Gebruik
in je antwoord de woorden ‘pijn’ en ‘plezierig’.
Vraag 12:
Uit welk jaar komt dit gebouw?
a. 1749 – 1777
b. 1796 – 1813
c. 1767 – 1769
Vraag 13:
Wat zijn de vier architectonische kenmerken van de sublime?
Vraag 14:
Waar of niet waar: picturesque is een milde variant van sublime?
Vraag 1:
Er zijn drie ontwikkelingen die volgens Janson de scheidlijn tussen vóór 1800 en de moderne
tijd is. Welke zijn dit?
Vraag 2:
Hoe hangen de Industriële revolutie en de architectuur van de moderne tijd samen?
Vraag 3:
Welke beweging zet zich af tegen de industriële kant van de architectuur?
Vraag 4:
Volgens Janson komt er door de politieke revoluties (VS 1778 en Frankrijk 1789) een einde
aan twee grote machtsblokken. Welke machtsblokken zijn dit en wat voor effect heeft dit op
de architectuur?
Vraag 5:
Wat is het effect van de ‘doctrine of progress’ op de architectuur?
Vraag 6:
Wat is de Grand Tour?
Vraag 7:
Het opmeten en bekijken van de klassieke architectuur, inclusief optekenen en systematisch in
kaart brengen werd volgens het hoorcollege aangewakkerd door twee opgravingen. Welke zijn
dit?
Vraag 8:
Welke architectuur en kunst was volgens Winckelmann het hoogtepunt van de klassieke
oudheid?
Vraag 9:
Waar of niet waar: volgens Janson zijn er in de 19e eeuw meerdere eigen vormentalen
ontwikkeld.
, Vraag 10:
Waar of niet waar:
Dit gebouw is Ontworpen door Robert Adam en is verwoest in 1927.
Vraag 11:
Smaak is iets wat je ontwikkelt door zowel talent als ervaring. Burke beschrijft in zijn boek
twee concepten die deze ervaring bepalen. Benoem deze concepten en licht deze toe. Gebruik
in je antwoord de woorden ‘pijn’ en ‘plezierig’.
Vraag 12:
Uit welk jaar komt dit gebouw?
a. 1749 – 1777
b. 1796 – 1813
c. 1767 – 1769
Vraag 13:
Wat zijn de vier architectonische kenmerken van de sublime?
Vraag 14:
Waar of niet waar: picturesque is een milde variant van sublime?
