casussen
B1-K1-W8 reageert op onvoorziene crisissituaties
Voor deze examenopdracht moet er een gedragsobservatie plaatsvinden bij een
onvoorziene crisissituatie. Zo’n onvoorziene crisissituatie kan niet altijd die precieze dag
plaatsvinden vandaar dat ik in overleg met mijn examinator casussen uitschrijf die ik ben
tegengekomen in mijn stageperiodes.
Casus 1
Mijn casus gaat over ‘Een onverwachte situatie tijdens je stage’. De situatie speelde zich af
op mijn vorige stage op een ouderen revalidatie afdeling. De situatie speelde toevallig op
mijn één na -laatste dag af.
De situatie ging als volgt. Op mijn afdeling was er een mevrouw die goed aan het herstellen
was en zij zou zelfs binnenkort naar huis mogen. Op een ochtend was een collega bezig met
mevrouw te verzorgen. Ik ging de kamer binnen om te vragen of alles lukte en om mijn hulp
aan te bieden. Eenmaal in de kamer gekomen zag ik mevrouw in bed liggen maar er viel mij
gelijk iets op. Mevrouw sprak lastig, zag er vermoeid uit, hing naar één kant toe en was slap
aan haar linker kant.
Wat heb ik als volgt gedaan?
Ik zei tegen mijn collega dat ik opmerkte dat mevrouw lastig sprak, naar haar linker kant hing
en bij vragen of mevrouw in mijn hand kon knijpen lukte dit mevrouw niet. Mijn collega zei
inderdaad dat dit misschien niet klopte en vroeg wat nu te doen. Als eerste ben ik naar de
zusterpost gelopen om het tensie apparaat, temperatuur meter en saturatie meter te halen.
In de zusterpost zaten nog twee collega’s. De twee collega’s heb ik snel de situatie verteld
en toen ben ik de controles bij mevrouw gaan doen. Uit de controles bleek dat de tensie en
pols hoog was. Hierna ben ik naar de collega’s gelopen om te overleggen en de controles te
vertellen. Na overleg met mijn collega’s ben ik de arts gaan bellen. De arts van onze afdeling
was nog niet in huis en dus ben ik rond gaan bellen naar andere artsen. Uiteindelijk kreeg ik
een ander arts aan de telefoon en ik heb aan haar de situatie van mevrouw kort uitgelegd en
de resultaten die uit de controles kwamen verteld. Ik zei ook nog dat ik graag wil dat er snel
een arts komt kijken omdat wij de situatie niet vertrouwde en dat wij vermoeden dat mevrouw
een cva aan het doormaken is. De arts die ik aan de telefoon had nam het niet al te serieus.
Ik heb gezegd dat ik toch wil dat zij komt kijken omdat wij als verpleging er geen goed gevoel
bij hadden. Ik heb daarna het gesprek met de arts teruggekoppeld aan mijn collega’s en toen
zei een collega tegen mij dat zij dit niet vond kunnen van de arts en ze zei tegen mij of ik
naar mevrouw wilde gaan en bij haar wilde blijven en zou willen blijven observeren terwijl zij
door het huis de arts persoonlijk zelf ging halen.
Ongeveer 1,5 uur later kwam er eindelijk en uitslag van de arts uit en die zei dat mevrouw
ingestuurd moest worden naar het ziekenhuis. Mijn collega heeft ondertussen de familie van
mevrouw ingelicht en deze zouden naar het ziekenhuis gaan.
De hele situatie heb ik gerapporteerd en overgedragen aan de avonddienst. Omdat dit mijn
één na -laatste stage dag was heb ik helaas niet meer geweten hoe het verder is gelopen
met mevrouw. Op mijn laatste stage dag lag mw. Namelijk nog steeds in het ziekenhuis.
B1-K1-W8 reageert op onvoorziene crisissituaties
Voor deze examenopdracht moet er een gedragsobservatie plaatsvinden bij een
onvoorziene crisissituatie. Zo’n onvoorziene crisissituatie kan niet altijd die precieze dag
plaatsvinden vandaar dat ik in overleg met mijn examinator casussen uitschrijf die ik ben
tegengekomen in mijn stageperiodes.
Casus 1
Mijn casus gaat over ‘Een onverwachte situatie tijdens je stage’. De situatie speelde zich af
op mijn vorige stage op een ouderen revalidatie afdeling. De situatie speelde toevallig op
mijn één na -laatste dag af.
De situatie ging als volgt. Op mijn afdeling was er een mevrouw die goed aan het herstellen
was en zij zou zelfs binnenkort naar huis mogen. Op een ochtend was een collega bezig met
mevrouw te verzorgen. Ik ging de kamer binnen om te vragen of alles lukte en om mijn hulp
aan te bieden. Eenmaal in de kamer gekomen zag ik mevrouw in bed liggen maar er viel mij
gelijk iets op. Mevrouw sprak lastig, zag er vermoeid uit, hing naar één kant toe en was slap
aan haar linker kant.
Wat heb ik als volgt gedaan?
Ik zei tegen mijn collega dat ik opmerkte dat mevrouw lastig sprak, naar haar linker kant hing
en bij vragen of mevrouw in mijn hand kon knijpen lukte dit mevrouw niet. Mijn collega zei
inderdaad dat dit misschien niet klopte en vroeg wat nu te doen. Als eerste ben ik naar de
zusterpost gelopen om het tensie apparaat, temperatuur meter en saturatie meter te halen.
In de zusterpost zaten nog twee collega’s. De twee collega’s heb ik snel de situatie verteld
en toen ben ik de controles bij mevrouw gaan doen. Uit de controles bleek dat de tensie en
pols hoog was. Hierna ben ik naar de collega’s gelopen om te overleggen en de controles te
vertellen. Na overleg met mijn collega’s ben ik de arts gaan bellen. De arts van onze afdeling
was nog niet in huis en dus ben ik rond gaan bellen naar andere artsen. Uiteindelijk kreeg ik
een ander arts aan de telefoon en ik heb aan haar de situatie van mevrouw kort uitgelegd en
de resultaten die uit de controles kwamen verteld. Ik zei ook nog dat ik graag wil dat er snel
een arts komt kijken omdat wij de situatie niet vertrouwde en dat wij vermoeden dat mevrouw
een cva aan het doormaken is. De arts die ik aan de telefoon had nam het niet al te serieus.
Ik heb gezegd dat ik toch wil dat zij komt kijken omdat wij als verpleging er geen goed gevoel
bij hadden. Ik heb daarna het gesprek met de arts teruggekoppeld aan mijn collega’s en toen
zei een collega tegen mij dat zij dit niet vond kunnen van de arts en ze zei tegen mij of ik
naar mevrouw wilde gaan en bij haar wilde blijven en zou willen blijven observeren terwijl zij
door het huis de arts persoonlijk zelf ging halen.
Ongeveer 1,5 uur later kwam er eindelijk en uitslag van de arts uit en die zei dat mevrouw
ingestuurd moest worden naar het ziekenhuis. Mijn collega heeft ondertussen de familie van
mevrouw ingelicht en deze zouden naar het ziekenhuis gaan.
De hele situatie heb ik gerapporteerd en overgedragen aan de avonddienst. Omdat dit mijn
één na -laatste stage dag was heb ik helaas niet meer geweten hoe het verder is gelopen
met mevrouw. Op mijn laatste stage dag lag mw. Namelijk nog steeds in het ziekenhuis.
