100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting - Biologische grondslagen van Opvoeding en Ontwikkeling (ESSB-E2010)

Beoordeling
-
Verkocht
1
Pagina's
82
Geüpload op
23-02-2025
Geschreven in
2024/2025

De samenvatting bestaat uit aantekeningen van de hoorcolleges en aantekeningen van de verplichte literatuur.












Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
23 februari 2025
Aantal pagina's
82
Geschreven in
2024/2025
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

Samenvatting biologische grondslagen

Week 1

Hoorcollege 02-09-2024

Evolutie
Natuurlijke selectie: individuen met gunstige eigenschappen die een overlevings- of
voorplantingsvoordeel geven, hebben meer kans om hun genen door te geven aan de
volgende generatie
- Survival of the fittest:
o Doorgeven van genen door voortplanting
o Het best aangepast aan de omgeving
- Voorwaarden: variatie, overerving (inheritance), selectie
- Producten: adaptaties, bijproducten, random effecten (noise)

Seksuele selectie
- Intraseksuele competitie (binnen sekse): bv. Twee mannen tegen elkaar
- Interseksuele competitie (buiten sekse): bv. Heel mooi zijn om het andere geslacht
aan te trekken

Inclusive fitness
- Genetisch succes van een organisme wordt veroorzaakt door
samenwerking/altruïstisch gedrag. Bijv. bij giraffes, de volwassenen plukken blaadjes
voor de kleintjes, anders overleven de kleintjes het niet en zouden de genen ook niet
worden doorgegeven
- Altruïstisch gedrag naar familie om genen door te geven
- Verklaart waarom een individu zorgt voor het nageslacht
o Parental investment theory (zorgzame vaders zijn sexy)
o Theory of parent-offspring conflict: conflict dat voorkomt uit verschillen in
optimale ouder investering; standpunt van ouder en nakomelingen
o Theory of reciprocal altruism: tijdelijk je eigen overlevingskansen verminderen
en van iemand anders verhogen, waardoor je ervan uitgaat dat hij dat
uiteindelijk bij jou ook gaat doen

Genen en mutaties
- Mutaties kunnen je genen wijzigen
- Genen staan vast → iets wat je leert verandert de genen niet
- Veranderingen in de eiwitten kunnen zorgen voor mutaties = verandering in DNA

Evolutie van het brein
- Brein wordt steeds adaptiever aan omgeving

Anatomie
Onderverdeling zenuwstelsel
- Centrale zenuwstelsel
o Hersenen + ruggenmerg
o Neuronen (hersencellen) en gliacellen
o Hersengebieden + functies

, ▪ Forebrain:
• Cerebrale cortex → buitenste laag →
• Subcorticale structuren: o.a.
o Thalamus = diencephalon
o Hypothalamus = diencephalon
o Limbisch systeem
▪ De subcortical cortex
• Thalamus (doorschakel, hier komen signalen binnen bij de
hersenen)
• Hypothalamus (hormoonfabriek, homeostase)
• Limbisch systeem (amygdala (emotie), hippocampus
(geheugen))
• Striatum (accumbens, putamen, caudate) (beloningssysteem,
leren)
- Perifere zenuwstelsel
▪ Somatisch zenuwstelsel: bewust
▪ Autonome zenuwstelsel: onbewust (automatisch)
• Sympathisch zenuwstelsel (actie)
• Parasympatisch zenuwstelsel (rust)

Anatomie aanduidingen




De organisatie van het brein

,Neuronen
Bouwstenen centrale zenuwstelsel
- Neuronen: hersencellen
- Gliacellen: ondersteunen neuronen
(door stevigheid en maken van
isolatielaag), belangrijke rol
immuunsysteem (verwijderen
virussen en ruimen cellen op)
o Meer gliacellen dan
neuronen
- Communicatie binnen een neuron (elektrische communicatie)
- Communicatie tussen neuronen (via neurotransmissie: chemische communicatie)

Communicatie
- Neuronen = zenuwcellen die zorgen voor communicatie
- Neurotransmitters = moleculen die zorgen voor signaaloverdracht (communicatie)
tussen neuronen in het zenuwstelsel

Drie typen neuronen
- Motorneuron: brengt motorische informatie over van het ruggenmerg naar de spieren,
en zet dus aan tot beweging. Er zijn twee soorten: van het brein naar het ruggenmerg
en van het ruggenmerg naar de spieren (voor actie), lange axon naar/van spier.
Cellichaam in ruggenmerg
- Sensorisch neuron: zorgt ervoor dat de prikkels van je zintuigen en organen naar het
centraal zenuwstelsel worden doorgegeven. Deze neuronen vind je alleen in het
perifeer zenuwstelsel
- Interneuron: bevindt zich in het centraal zenuwstelsel en geeft signalen door tussen
verschillende soorten neuronen




Communicatie binnen het neuron: actiepotentiaal
- Natrium en kalium ionen
o Ionkanalen gaan open → Na naar binnen
o Binnenkant wordt positief (actiepotentiaal)
o Dat wordt een golfbeweging in de axon → dan K naar buiten → cel negatiever
- Actiepotentiaal kan maar 1 kant op, van celkern naar uiteinde (door refractaire
periode → periode waarin geen signaal kan worden doorgegeven)
- Postsynaptische potentialen (PSP)
o EPSP: excitatory (depolarisatie (minder negatief), kans op actie vergroot)
o IPSP: inhibitory (hyperpolarisatie, kans op actie verkleind)

, Communicatie binnen neuronen: summation
- Spatial summation (transmissie in meerdere synapsen = uiteindes van axonen)
- Temporal summation (meerdere transmissies in een synaps)
- Actiepotentialen ontstaan door combinatie van EPSP’s of IPSP’s
- Drempelwaarde bereikt → actiepotentiaal (alles-of-niets-principe)

Neurotransmissie
Communicatie tussen neuronen
- Synaps (ruimte tussen neuronen)
- Neurotransmitters: o.a. monoamines (zitten in medicatie)
o Indoleamines: serotine (blije stemming)
o Catecholamines: dopamine, norepinephrine (noradrenaline), epinephrine
(adrenaline)

Neurotransmissie in actie
1. Synthese: neurotransmitters worden gemaakt
2. Opslag in presynaptische cel
3. Afbraak als opslag vol is
4. Afgifte van neurotransmitters na prikkel
5. Beëindiging afgifte
6. Binden aan receptoren
7. Neurotransmitter inactivatie → heropname of afbraak

Prikkeloverdracht sturen met medicatie
- Angststoornissen → ssri (serotonine selective reuptake
inhibitor) → zorgt voor meer serotonine opname = betere
stemming

Synaptische transmissie
- Medicatie (ritalin, methylfenidaat) blokkeert de reuptake van dopamine en hierdoor
neemt de concentratie van dopamine in de synaps spleet toe
- Agonist: stof die een receptor activeert of activiteit van enzym verhoogt
- Antagonist: bindt zich aan receptor zonder biologische respons (blokkeert receptor
/verhinderd neurotransmissie)
- Methylfenidaat is agonist → vergroot de opname in de presynaptische cel

Synaptische transmissie: roken
- Nicotine imiteert de werking van acetylcholine en activeert nog een aantal andere
neurotransmitters (adrenaline, vasopressine, serotonine)
- Acetylcholine zorgt ervoor dat het dopamineneuron zijn dopamine afgeeft. Hierdoor
wordt het beloningscentrum geprikkeld
- Verhoogd adrenaline: geen hongergevoel
€7,45
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper
Seller avatar
nbianchi

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
nbianchi Erasmus Universiteit Rotterdam
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
4
Lid sinds
1 jaar
Aantal volgers
0
Documenten
5
Laatst verkocht
5 maanden geleden

0,0

0 beoordelingen

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen