Thinking About History
Introductie
‘’Het verleden’’ lang genoeg geleden dat we er bepaalde perspectieven over hebben.
Geschiedenis heeft niet een typerende aangeschreven methode, omdat het verschillende
thema’s overschiet. Het gaat van vuil zeven naar het lezen van filosofieën. De taak van de
historicus is een tijdelijk juist antwoord geven op de hoofdvraag en dit zo duidelijk mogelijk
beschrijven voor een breed publiek. Ze reconstrueren delen van gebeurtenissen.
Geschiedenis verandert altijd, omdat het gedreven wordt door de zorgen van het heden. De
ethische waarde van geschiedenis heeft niet te maken met ‘’lessen leren’’, maar met de
geestverruimende ervaring om complexe vragen te beantwoorden die buiten jouw eigen tijd
vallen.
I De geschiedenis van wie?
Geschiedenis van boven: ‘Grote mannen’ en een paar vrouwen
Tot voor korts waren de makers van de geschiedenis de mannen met macht die
gebeurtenissen rondom hen beïnvloedden. Vooral de mensen rondom militarisme en politiek
waren van belang. Even later werden geleerden toegevoegd. Maar geen een leider kan
macht uitoefenen in het sociale spectrum. Tot ongeveer een halve eeuw geleden geloofde
historici dat leiders, politieke elites en staat gerelateerde activiteiten hetgeen was wat er het
meest toe deed.
Sociale geschiedenis en kwantificering
Sinds de uitgave van boeken over de sociale geschiedenis van Engeland vanaf de
Middeleeuwen tot aan 1901 kwamen de gewone burgers meer in het licht te staan. Ze
werden overigens nooit vergeten door historici, maar ze werden zelden gezien als significant.
Vanaf 1960 wilde iedereen opeens geschiedenis schrijven vanuit het perspectief van de
massa. De kwantificering gaat om de hoeveelheid data van de groep er beschikbaar is. Hoe
meer data je hebt over de populatie, hoe beter je de sociale geschiedenis kunt bekijken. Je
bekijkt de geschiedenis van de maatschappij. De ‘sociale’ in sociale geschiedenis verwijst
naar de hele maatschappij, maar veel historici lazen dit als ‘de werkende stand’.
E. P. Thompson’s historische revolutie
Thompson was een marxistische historicus. Hij schreef over de fabriekswerkers ten tijden
van de Industriële Revolutie. Hij introduceerde het concept van materiële geschiedenis, zoals
omgeving, familieleven en geloof.
Weerstand en keuzevrijheid
Het doel van de sociale geschiedenis was altijd het herstellen van de levens, stemmen en
strijden van de maatschappij haar machteloze groep. Sociale historici hebben laten zien dat
ook in omstandigheden van machteloosheid de onderliggende groep altijd strategieën vindt
om vrijheid te verkrijgen van de onderdrukkende macht.
Macht en de privésfeer
Vrouwen zijn een van de groepen wiens ‘keuzevrijheid’ is hersteld in de afgelopen decennia.
Vrouwen geschiedenis was een relatief laat onderdeel van de sociale geschiedenis. Een van
de redenen hiervoor is dat er altijd werd gedacht dat vrouwen toch niet werkten, dus waren
niet significant. Terwijl dit volkomen onwaar is, in veel maatschappijen namen vrouwen deel
uit van het werkleven.
Introductie
‘’Het verleden’’ lang genoeg geleden dat we er bepaalde perspectieven over hebben.
Geschiedenis heeft niet een typerende aangeschreven methode, omdat het verschillende
thema’s overschiet. Het gaat van vuil zeven naar het lezen van filosofieën. De taak van de
historicus is een tijdelijk juist antwoord geven op de hoofdvraag en dit zo duidelijk mogelijk
beschrijven voor een breed publiek. Ze reconstrueren delen van gebeurtenissen.
Geschiedenis verandert altijd, omdat het gedreven wordt door de zorgen van het heden. De
ethische waarde van geschiedenis heeft niet te maken met ‘’lessen leren’’, maar met de
geestverruimende ervaring om complexe vragen te beantwoorden die buiten jouw eigen tijd
vallen.
I De geschiedenis van wie?
Geschiedenis van boven: ‘Grote mannen’ en een paar vrouwen
Tot voor korts waren de makers van de geschiedenis de mannen met macht die
gebeurtenissen rondom hen beïnvloedden. Vooral de mensen rondom militarisme en politiek
waren van belang. Even later werden geleerden toegevoegd. Maar geen een leider kan
macht uitoefenen in het sociale spectrum. Tot ongeveer een halve eeuw geleden geloofde
historici dat leiders, politieke elites en staat gerelateerde activiteiten hetgeen was wat er het
meest toe deed.
Sociale geschiedenis en kwantificering
Sinds de uitgave van boeken over de sociale geschiedenis van Engeland vanaf de
Middeleeuwen tot aan 1901 kwamen de gewone burgers meer in het licht te staan. Ze
werden overigens nooit vergeten door historici, maar ze werden zelden gezien als significant.
Vanaf 1960 wilde iedereen opeens geschiedenis schrijven vanuit het perspectief van de
massa. De kwantificering gaat om de hoeveelheid data van de groep er beschikbaar is. Hoe
meer data je hebt over de populatie, hoe beter je de sociale geschiedenis kunt bekijken. Je
bekijkt de geschiedenis van de maatschappij. De ‘sociale’ in sociale geschiedenis verwijst
naar de hele maatschappij, maar veel historici lazen dit als ‘de werkende stand’.
E. P. Thompson’s historische revolutie
Thompson was een marxistische historicus. Hij schreef over de fabriekswerkers ten tijden
van de Industriële Revolutie. Hij introduceerde het concept van materiële geschiedenis, zoals
omgeving, familieleven en geloof.
Weerstand en keuzevrijheid
Het doel van de sociale geschiedenis was altijd het herstellen van de levens, stemmen en
strijden van de maatschappij haar machteloze groep. Sociale historici hebben laten zien dat
ook in omstandigheden van machteloosheid de onderliggende groep altijd strategieën vindt
om vrijheid te verkrijgen van de onderdrukkende macht.
Macht en de privésfeer
Vrouwen zijn een van de groepen wiens ‘keuzevrijheid’ is hersteld in de afgelopen decennia.
Vrouwen geschiedenis was een relatief laat onderdeel van de sociale geschiedenis. Een van
de redenen hiervoor is dat er altijd werd gedacht dat vrouwen toch niet werkten, dus waren
niet significant. Terwijl dit volkomen onwaar is, in veel maatschappijen namen vrouwen deel
uit van het werkleven.