Week 1
Te bestuderen literatuur:
§1 Enkele begrippen
• 1.1 & 1.2 Eigendom en vorderingsrecht (HV)
• 1-8a Algemene inleiding & 23-25 Begripsbepaling (CNV)
§2 Rechtshandeling
• 2.4 Wil of verklaring (HV)
• 28-30 Rechtshandelingen & 32-39 Totstandkoming rechtshandelingen (CNV)
• ECLI:NL:HR:1976:AC5835, NJ 1977, 241 (Gemeente Bunde/Erckens; Misverstand)
§3 Totstandkoming overeenkomsten
• 2.1-2.4 Totstandkoming obligatoire overeenkomsten (HV)
• 464-471 Totstandkoming overeenkomsten (CNV)
• ECLI:NL:HR:1976:AC5835, NJ 1977, 241 (Gemeente Bunde/Erckens; Misverstand)
Te maken opdrachten:
- Opdrachten bij casus 1, casus 2 en MC-vraag 1
WG 1: Rechtshandeling en overeenkomsten 13/09/2024
1a. Eenzijdige gerichte rechtshandeling; Werffs wil zijn functie als rector neerleggen en dient
daarbij zijn ontslag in. Dit is een voorbeeld van een eenzijdige gerichte rechtshandeling, omdat
deze tot stand wordt gebracht door één persoon, maar tot een of meer bepaalde andere
personen moet worden gericht.
Geopenbaarde wil; Werffs geeft aan zijn functie als rector neer te willen leggen (art. 3:33 BW)
1b. Wilsverklaring; SOLO heeft het gesprek waarin Werffs aangeeft dat hij zijn functie als rector
neer wil leggen opgevat als een wilsverklaring, namelijk een verklaring tot ontslag. SOLO vat dit
dus op als een ontslagbrief en besluit het ontslag van Werffs te bevestigen.
Geldige rechtshandeling; SOLO heeft het gesprek waarin Werffs aangeeft dat hij zijn functie als
rector neer wil leggen opgevat als een aanvraag tot ontslag.
1c. Geopenbaarde wil (art. 3:33 BW), geestelijke stoornis (art. 3:34 BW) en opgewekt
vertrouwen (art. 3:35 BW); Allereerst is geopenbaarde wil van belang voor de toewijsbaarheid
van de door Werff in te stellen vordering, omdat de wil door middel van een verklaring moet
worden geopenbaard. Hier is in het geval van Werffs sprake van, omdat Werffs middels een
gesprek met het bestuurslid van SOLO heeft aangegeven zijn functie als rector neer te willen
leggen.
Vervolgens is art. 3:34 BW van belang, omdat dit artikel stelt dat als de persoon die wil heeft
verklaard, een tijdelijke of blijvende geestelijke stoornis heeft (gehad), de rechtshandeling
vernietigbaar wordt. Ook hier is in het geval van Werffs sprake van, want op het moment dat
Werffs een gesprek voerde met een bestuurslid van SOLO, kampte Werffs met psychische
problemen.
Tot slot is art. 3:35 BW van toepassing op de casus van Werffs, want ………
, 1d. Er kan een beroep gedaan worden op art. 3:34 BW, omdat uit de casus blijkt dat Werffs
tijdens het gesprek met een van de bestuursleden van SOLO, kampte met psychische
problemen. Hiermee komt de geopenbaarde wil (art. 3:33 BW) ten val, omdat de wil van Werffs
werd beïnvloed door zijn geestelijke stoornis. Wat betreft art. 3:35 BW is er weldegelijk een
verklaring, namelijk dat Werffs zijn functie als rector neer wil leggen. Dit werd opgevat als een
ontslagbrief, in de gegeven omstandigheden had SOLO deze verklaring niet op mogen vatten als
ontslagbrief, aangezien er slechts één gesprek heeft plaatsgevonden waarin Werffs zichtbaar
geëmotioneerd was.
2a. Eenzijdig gerichte rechtshandeling; Bronckhorst wil zijn auto verkopen en geeft door
middel van een e-mail aan welk bedrag hij hiervoor wil. Dit is een voorbeeld van een eenzijdige
gerichte rechtshandeling, omdat deze tot stand wordt gebracht door één persoon, maar tot een
of meer bepaalde personen moet worden gericht.
Wilsverklaring; Bronckhorst wil zijn auto verkopen door middel van een e-mail aan Alva, dit
vormt de verklaring voor zijn wil.
Aanbod; Bronckhorst biedt zijn auto te koop aan. (Art. 6:217 BW)
2b. Verval door tijdsverloop; Een aanbod vervalt door tijdsverloop. Bij het verstrijken van de
genoemde termijn vervalt het aanbod, dit is in het geval van Bronckhorst het geval bij het
verstrijken van 15 november. (art. 6:217 lid 2 BW)
Termijn voor aanvaarding; voor bepaalde termijn aanvaarden (art. 6:219 lid 1 BW)
2c. Herroeping; Bronckhorst wil met zijn mailbericht van 8 november zijn aanbod herroepen, hij
heeft hierin echter geen succes, wegens de termijn die Bronckhorst zelf in een voorgaande e-
mail heeft gesteld. (art. 6:217 lid 2 BW)
2d. Aanvaarding; Alva wil met zijn mailbericht van 9 november het aanbod aanvaarden,
waardoor een overeenkomst tot stand zou komen.
2e. Discrepantie; wil en verklaring komen niet overeen
2f. Voor het tot stand komen van een rechtshandeling moet er aan twee grondslagen worden
voldaan. Allereerst geopenbaarde wil, hiervan is geen sprake, want er is sprake van discrepantie
tussen wil en verklaring. Bronckhorst maakte een tikfout, waardoor zijn wil en de verklaring niet
overeenkwamen. Dan opgewekt vertrouwen, ook hiervan is geen sprake, want er is sprake van
een aanzienlijk prijsverschil, waarbij Alva onderzoek plicht had. Aan beide grondslagen wordt
niet voldaan, dus er komt geen rechtshandeling tot stand en daardoor ook geen overeenkomst.
Wel overeenkomst; symbolisch bedrag
MC-vraag 1: C