TomasDZH – Global Connections - Aantekeningen
College 7 – Globalisering en goederen
Drie delen van dit college:
- De ideeën van Abu-Lughod (Before European Hegemony).
- Handel over zee: specerijenroutes.
- Handel over land: zijderoutes.
Wallersteins Modern World System, het moderne wereldsysteem, tussen 1500 en 200, is een
geïntegreerd economisch systeem, waarbij een industriële kern profiteert van een
onderontwikkelde periferie.
Volgens Abu-Lughod liep het westen hierin voorop (als kerngebied), maar de wortels
van die Europese dominantie moeten gevonden worden in de eeuwen vóór 1500. Ze doet dit
in haar boek. Voor die tijd ontstond er volgens haar in deze tijd geen duidelijke kern of
uitbuiter. Deze situatie ontstond tussen 1250 en 1350.
Abu-Lughod heeft ook veel inspiratie uit het werk van Braudel. Deze stelde dat er
tussen de 15e en de 18e eeuw een vorm van kapitalisme ontstond die was gebaseerd op de
ontwikkeling van handel, niet industrialisatie. Europa liep hierin voorop.
Lopez was ook belangrijk als inspiratie. Tussen de 10e en 14e eeuw vond er volgens
hem een commerciële revolutie in de wereld plaats, geleid door Europa (Italiaanse
handelssteden) die een steeds dominantere rol in de handel probeerde te krijgen. Hierdoor zou
o.a. de monetaire economie hervonden worden. Volgens Abu-Lughod wordt de rol van
Europa hier echter in overdreven.
Janet Abu-Lughod: vormt de basis voor het hoofdstuk over dit onderwerp in Stearns. De
grote rol die Stearns toeschrijft aan de Arabieren komt uit haar boek. Haar belangrijkste
ideeën:- Tussen 1250 en 1350 kwam er voor het eerst een pre-modern world system tot
stand: economische integratie op intercontinentale schaal zoals zelfs Grieken en Romeinen
niet hadden gedaan.
- Dit systeem was groter, complexer en vitaler dan alles wat daarvoor bestond.
- Het systeem kom tot stand komen door een enorme groei van internationale handel
en alle ontwikkelingen, zoals geld, krediet en risicospreiding, die hierbij kwamen kijken. O.a.
de Zwarte Dood en het einde van de macht van de Mongolen veroorzaakten het einde van dit
systeem.
- Een verschuiving van de balans naar het westen is op dit moment nog niet te
voorzien. - Ze schetst ook subsystemen, die de hele oude wereld verbinden. Dit
wereldsysteem is eigenlijk een geheel van overlappende subsystemen. Handel is
geconcentreerd binnen één subsysteem, maar overlapt andere subsystemen.
- Problematische aspecten:
*Ze suggereert dat de opkomst van de wereldhandel in de hele oude wereld
gelijktijdig opkomt. Ze verklaart dit echter niet.
*Ze zegt ook dat steden een grote rol hebben gespeeld in de opkomst van haar
systeem. Ze bespreekt de rol van het platteland en agrarische productie echter
nauwelijks.
*Ze beschrijft niet wat de drijfveren achter de groei van deze handel waren;
welke producten/motivaties?
*Ze benadrukt de spelregels in de handel te veel (Arabische handelaren
zouden zeer vreedzaam en tolerant zijn, westerlingen niet). Dit eerste is erg
overdreven.
*Het is onduidelijk wat de invloed van rijken en staten op haar systeem is; ze
1
, TomasDZH – Global Connections - Aantekeningen
onderschat of negeert deze.
*Afrika blijft buiten beeld, net als bijvoorbeeld Scandinavië.
De specerijenhandel (handel over zee).
- Handel in veel meer dan alleen maar specerijen.
- Gegroeid vanuit bestaande handelsnetwerken tussen India en Indonesië, die al
bestonden voor 1250. Dit ging samen met de uitbreiding van machtige families daar, rond
1100, die zich meester maken van de Straat van Malakka. Hierbij werd ook aansluiting
gevonden op handelsgebieden in Song China.
- De invloed van de moslims begint zich vervolgens met geweld uit te breiden naar
het oosten (India), in tegenstelling tot wat Abu-Lughod zegt. Vooral de Sultans van Delhi
worden erg machtig en zorgen voor de regulering van handel.
- In het westen begint het zwaartepunt van de Islamitische macht zich westwaarts te
verplaatsen. Veel handel stroomt door Mamluks Egypte, dat een eigen subsysteem vormt.
Deze handelen weer veel met Venetië. Genua concentreerde zich vooral op het Zwarte
Zeegebied, waar ze toegang hadden tot de zijderoutes.
De zijderoutes (handel over land).
- Lopen door Centraal-Azië. Bestaat uit verschillende routes die over land, langs de
woestijn, door de bergen en over de steppen van China naar Europa lopen. Verder werden
delen van de routes verbonden door grote steden.
- Er werd altijd gevochten om controle over de zijderoutes tussen de volken die daar
belang bij hadden.
- De routes werden vooral in delen afgelegd, door kleine groepjes koopliederen, die
hun spullen zo snel mogelijk probeerden te verkopen. Maar zelden werd de route in zijn
geheel afgelegd.
- Via de zijderoutes werd ook kennis verspreid: bijvoorbeeld over de
productietechnieken van de belangrijkste goederen. Als gevolg hiervan zie je de productie
van oostelijke producten steeds verder naar het westen verplaatsen.
College 8 – Globalisering van Goederen
Hoe raakt het westen in de loop van de 18 e eeuw voorop tegenover China/Azië (Great
Divergence)? ( Word bij college 11 uitgebreider behandelt)
- Oude verklaring: Europa had unieke culturele eigenschappen (rationalisme, ruimte
voor het individu, versnipperde staatsmacht), waardoor het continent een voorsprong had.
Aangehouden door o.a. Weber, Marx, Landers.
- The California School: bekritiseert het oude standpunt. China kende evengoed
economische groei als Europa en liep technologisch helemaal niet ver achter op Europa. Het
zou eerder de drang tot het veroveren van kolonieën geweest zijn, die zorgde voor een
ontwikkeling op militair/technologisch gebied. Daarnaast was er binnen Europa ook heel veel
verschil in ontwikkeling en welvaart. > Weng, Pomeranz.
- Joel Mokyr: Europa zou veel meer gegeven hebben om usefull knowledge:
praktische kennis, waardoor en een wetenschappelijke revolutie plaats kon vinden. Een
verklaring hiervoor kunnen we vinden in de competitie tussen Europese staten. Deze was een
drijfveer voor innovatie, terwijl China conservatiever was.
2
College 7 – Globalisering en goederen
Drie delen van dit college:
- De ideeën van Abu-Lughod (Before European Hegemony).
- Handel over zee: specerijenroutes.
- Handel over land: zijderoutes.
Wallersteins Modern World System, het moderne wereldsysteem, tussen 1500 en 200, is een
geïntegreerd economisch systeem, waarbij een industriële kern profiteert van een
onderontwikkelde periferie.
Volgens Abu-Lughod liep het westen hierin voorop (als kerngebied), maar de wortels
van die Europese dominantie moeten gevonden worden in de eeuwen vóór 1500. Ze doet dit
in haar boek. Voor die tijd ontstond er volgens haar in deze tijd geen duidelijke kern of
uitbuiter. Deze situatie ontstond tussen 1250 en 1350.
Abu-Lughod heeft ook veel inspiratie uit het werk van Braudel. Deze stelde dat er
tussen de 15e en de 18e eeuw een vorm van kapitalisme ontstond die was gebaseerd op de
ontwikkeling van handel, niet industrialisatie. Europa liep hierin voorop.
Lopez was ook belangrijk als inspiratie. Tussen de 10e en 14e eeuw vond er volgens
hem een commerciële revolutie in de wereld plaats, geleid door Europa (Italiaanse
handelssteden) die een steeds dominantere rol in de handel probeerde te krijgen. Hierdoor zou
o.a. de monetaire economie hervonden worden. Volgens Abu-Lughod wordt de rol van
Europa hier echter in overdreven.
Janet Abu-Lughod: vormt de basis voor het hoofdstuk over dit onderwerp in Stearns. De
grote rol die Stearns toeschrijft aan de Arabieren komt uit haar boek. Haar belangrijkste
ideeën:- Tussen 1250 en 1350 kwam er voor het eerst een pre-modern world system tot
stand: economische integratie op intercontinentale schaal zoals zelfs Grieken en Romeinen
niet hadden gedaan.
- Dit systeem was groter, complexer en vitaler dan alles wat daarvoor bestond.
- Het systeem kom tot stand komen door een enorme groei van internationale handel
en alle ontwikkelingen, zoals geld, krediet en risicospreiding, die hierbij kwamen kijken. O.a.
de Zwarte Dood en het einde van de macht van de Mongolen veroorzaakten het einde van dit
systeem.
- Een verschuiving van de balans naar het westen is op dit moment nog niet te
voorzien. - Ze schetst ook subsystemen, die de hele oude wereld verbinden. Dit
wereldsysteem is eigenlijk een geheel van overlappende subsystemen. Handel is
geconcentreerd binnen één subsysteem, maar overlapt andere subsystemen.
- Problematische aspecten:
*Ze suggereert dat de opkomst van de wereldhandel in de hele oude wereld
gelijktijdig opkomt. Ze verklaart dit echter niet.
*Ze zegt ook dat steden een grote rol hebben gespeeld in de opkomst van haar
systeem. Ze bespreekt de rol van het platteland en agrarische productie echter
nauwelijks.
*Ze beschrijft niet wat de drijfveren achter de groei van deze handel waren;
welke producten/motivaties?
*Ze benadrukt de spelregels in de handel te veel (Arabische handelaren
zouden zeer vreedzaam en tolerant zijn, westerlingen niet). Dit eerste is erg
overdreven.
*Het is onduidelijk wat de invloed van rijken en staten op haar systeem is; ze
1
, TomasDZH – Global Connections - Aantekeningen
onderschat of negeert deze.
*Afrika blijft buiten beeld, net als bijvoorbeeld Scandinavië.
De specerijenhandel (handel over zee).
- Handel in veel meer dan alleen maar specerijen.
- Gegroeid vanuit bestaande handelsnetwerken tussen India en Indonesië, die al
bestonden voor 1250. Dit ging samen met de uitbreiding van machtige families daar, rond
1100, die zich meester maken van de Straat van Malakka. Hierbij werd ook aansluiting
gevonden op handelsgebieden in Song China.
- De invloed van de moslims begint zich vervolgens met geweld uit te breiden naar
het oosten (India), in tegenstelling tot wat Abu-Lughod zegt. Vooral de Sultans van Delhi
worden erg machtig en zorgen voor de regulering van handel.
- In het westen begint het zwaartepunt van de Islamitische macht zich westwaarts te
verplaatsen. Veel handel stroomt door Mamluks Egypte, dat een eigen subsysteem vormt.
Deze handelen weer veel met Venetië. Genua concentreerde zich vooral op het Zwarte
Zeegebied, waar ze toegang hadden tot de zijderoutes.
De zijderoutes (handel over land).
- Lopen door Centraal-Azië. Bestaat uit verschillende routes die over land, langs de
woestijn, door de bergen en over de steppen van China naar Europa lopen. Verder werden
delen van de routes verbonden door grote steden.
- Er werd altijd gevochten om controle over de zijderoutes tussen de volken die daar
belang bij hadden.
- De routes werden vooral in delen afgelegd, door kleine groepjes koopliederen, die
hun spullen zo snel mogelijk probeerden te verkopen. Maar zelden werd de route in zijn
geheel afgelegd.
- Via de zijderoutes werd ook kennis verspreid: bijvoorbeeld over de
productietechnieken van de belangrijkste goederen. Als gevolg hiervan zie je de productie
van oostelijke producten steeds verder naar het westen verplaatsen.
College 8 – Globalisering van Goederen
Hoe raakt het westen in de loop van de 18 e eeuw voorop tegenover China/Azië (Great
Divergence)? ( Word bij college 11 uitgebreider behandelt)
- Oude verklaring: Europa had unieke culturele eigenschappen (rationalisme, ruimte
voor het individu, versnipperde staatsmacht), waardoor het continent een voorsprong had.
Aangehouden door o.a. Weber, Marx, Landers.
- The California School: bekritiseert het oude standpunt. China kende evengoed
economische groei als Europa en liep technologisch helemaal niet ver achter op Europa. Het
zou eerder de drang tot het veroveren van kolonieën geweest zijn, die zorgde voor een
ontwikkeling op militair/technologisch gebied. Daarnaast was er binnen Europa ook heel veel
verschil in ontwikkeling en welvaart. > Weng, Pomeranz.
- Joel Mokyr: Europa zou veel meer gegeven hebben om usefull knowledge:
praktische kennis, waardoor en een wetenschappelijke revolutie plaats kon vinden. Een
verklaring hiervoor kunnen we vinden in de competitie tussen Europese staten. Deze was een
drijfveer voor innovatie, terwijl China conservatiever was.
2
