Hoofdstuk 1 inleiding recht
Het recht gaat over normen en waarden van de samenleving. Deze regels beschrijven de
rechten en plichten van burgers, organisaties, bedrijven en de overheid.
Je hebt recht als geheel van regels (regels zijn afspraken over gedrag) zoals stoppen voor
haaientanden op de weg en niet stelen. Ook heb je recht als aanspraak (waar heb ik recht
op) zoals recht op levering van je aankoop en recht op een advocaat.
Rechtsregels (overheidsregels) zorgen voor een georganiseerde samenleving en een
rechtvaardige oplossing bij conflicten.
Voorwaarden rechtsregels
De regels zijn gemaakt door de overheid
Gelden voor iedereen
Bij overtreding kun je naar de rechter
Vijf rechtsgebieden in Nederland
Burgerlijk recht (vermogensrecht, personen- en familierecht en rechtspersonenrecht)
Staatsrecht
Strafrecht
Bestuursrecht
Internationaal recht
Burgerlijk recht zijn rechten en plichten tussen burgers onderling en bedrijven. Andere
benamingen voor burgerlijk recht zijn privaat recht en civiel recht.
Vermogensrecht is het toekennen van een waarde. Bijvoorbeeld het werken voor een
werkgever of het huren van een kamer.
Personen- en familierecht zijn relaties tussen familieleden, ouders en kinderen. Wat gebeurt
er als iemand overlijdt en wat gebeurt er als je gaat scheiden?
Rechtspersonenrecht zijn bedrijven en instellingen die juridische relaties met elkaar aan
gaan.
Staatsrecht is de organisatie van de staat Nederland (hoe is Nederland ingedeeld). Bij
staatsrecht wordt er gekeken hoe een regering of een gemeente ontstaat.
Strafrecht zijn verboden die strafbaar zijn. Hier vallen mishandeling, vernieling en diefstal
onder. Bij het strafrecht heb je altijd recht op een advocaat.
Bestuursrecht zijn regels die aangeven hoe de overheid ons land moet besturen. Wat mag
de gemeente wel en wat mag de gemeente niet?
Internationaal recht zijn afspraken tussen landen. Nederland is een internationale
organisatie en internationaal recht gaat bijvoorbeeld over Europese richtlijnen en
verordeningen m.b.t. bijvoorbeeld consumentenrecht.
, Natuurlijke personen gaan om mensen van vlees en bloed. Hierbij heb je te maken met
rechten en plichten. Rechtspersonen zijn geen mensen van vlees en bloed maar hebben wel
rechten en plichten. Beide rechtspersonen zijn rechtssubject.
Een rechtsfeit is een gebeurtenis of een handeling waardoor een rechtsgevolg ontstaat.
Hoofdstuk 2 de Grondwet
Het staatsrecht beschrijft hoe de Nederlandse staat is georganiseerd. Dit gaat over de
Tweede kamer, ministers, de koning, gemeenteraad en burgemeesters.
In de Grondwet staan de basisregels van het staatsrecht in Nederland. Hoofdstuk 1 van de
Grondwet bestaat uit grondrechten voor burgers. Grondrechten worden ook wel
mensenrechten genoemd.
Bij een gedecentraliseerde eenheidsstaat zijn de meeste regels gemaakt door de
centrale/landelijke overheid.
Nederland is een democratische rechtsstaat. Dit is een staat waarin de burgers invloed
hebben op de manier waarop Nederland wordt bestuurd en de macht van de overheid wordt
beperkt door de wet.
Kenmerken van een staat
Eigen grondgebied
Inwoners
Geen hoger overheidsgezag
Kenmerken van een rechtsstaat
Legaliteitsbeginsel
Onafhankelijke rechter
Scheiding van de machten
Grondrechten voor de burgers
Legaliteitsbeginsel is dat het handelen van de overheid is gebaseerd op een wet en dat
wetten niet met terugwerkende krachten kunnen worden ingevoerd.
Taken van de koning
Ceremoniële taken
Staatstaken beleid van regering voor komend jaar
Ondertekent wetten en koninklijke besluiten
De regering bestaat uit de koning en de ministers. De ministers en staatssecretarissen
vormen het kabinet. De Staten-Generaal is de Eerste en de Tweede Kamer samen.
Het recht gaat over normen en waarden van de samenleving. Deze regels beschrijven de
rechten en plichten van burgers, organisaties, bedrijven en de overheid.
Je hebt recht als geheel van regels (regels zijn afspraken over gedrag) zoals stoppen voor
haaientanden op de weg en niet stelen. Ook heb je recht als aanspraak (waar heb ik recht
op) zoals recht op levering van je aankoop en recht op een advocaat.
Rechtsregels (overheidsregels) zorgen voor een georganiseerde samenleving en een
rechtvaardige oplossing bij conflicten.
Voorwaarden rechtsregels
De regels zijn gemaakt door de overheid
Gelden voor iedereen
Bij overtreding kun je naar de rechter
Vijf rechtsgebieden in Nederland
Burgerlijk recht (vermogensrecht, personen- en familierecht en rechtspersonenrecht)
Staatsrecht
Strafrecht
Bestuursrecht
Internationaal recht
Burgerlijk recht zijn rechten en plichten tussen burgers onderling en bedrijven. Andere
benamingen voor burgerlijk recht zijn privaat recht en civiel recht.
Vermogensrecht is het toekennen van een waarde. Bijvoorbeeld het werken voor een
werkgever of het huren van een kamer.
Personen- en familierecht zijn relaties tussen familieleden, ouders en kinderen. Wat gebeurt
er als iemand overlijdt en wat gebeurt er als je gaat scheiden?
Rechtspersonenrecht zijn bedrijven en instellingen die juridische relaties met elkaar aan
gaan.
Staatsrecht is de organisatie van de staat Nederland (hoe is Nederland ingedeeld). Bij
staatsrecht wordt er gekeken hoe een regering of een gemeente ontstaat.
Strafrecht zijn verboden die strafbaar zijn. Hier vallen mishandeling, vernieling en diefstal
onder. Bij het strafrecht heb je altijd recht op een advocaat.
Bestuursrecht zijn regels die aangeven hoe de overheid ons land moet besturen. Wat mag
de gemeente wel en wat mag de gemeente niet?
Internationaal recht zijn afspraken tussen landen. Nederland is een internationale
organisatie en internationaal recht gaat bijvoorbeeld over Europese richtlijnen en
verordeningen m.b.t. bijvoorbeeld consumentenrecht.
, Natuurlijke personen gaan om mensen van vlees en bloed. Hierbij heb je te maken met
rechten en plichten. Rechtspersonen zijn geen mensen van vlees en bloed maar hebben wel
rechten en plichten. Beide rechtspersonen zijn rechtssubject.
Een rechtsfeit is een gebeurtenis of een handeling waardoor een rechtsgevolg ontstaat.
Hoofdstuk 2 de Grondwet
Het staatsrecht beschrijft hoe de Nederlandse staat is georganiseerd. Dit gaat over de
Tweede kamer, ministers, de koning, gemeenteraad en burgemeesters.
In de Grondwet staan de basisregels van het staatsrecht in Nederland. Hoofdstuk 1 van de
Grondwet bestaat uit grondrechten voor burgers. Grondrechten worden ook wel
mensenrechten genoemd.
Bij een gedecentraliseerde eenheidsstaat zijn de meeste regels gemaakt door de
centrale/landelijke overheid.
Nederland is een democratische rechtsstaat. Dit is een staat waarin de burgers invloed
hebben op de manier waarop Nederland wordt bestuurd en de macht van de overheid wordt
beperkt door de wet.
Kenmerken van een staat
Eigen grondgebied
Inwoners
Geen hoger overheidsgezag
Kenmerken van een rechtsstaat
Legaliteitsbeginsel
Onafhankelijke rechter
Scheiding van de machten
Grondrechten voor de burgers
Legaliteitsbeginsel is dat het handelen van de overheid is gebaseerd op een wet en dat
wetten niet met terugwerkende krachten kunnen worden ingevoerd.
Taken van de koning
Ceremoniële taken
Staatstaken beleid van regering voor komend jaar
Ondertekent wetten en koninklijke besluiten
De regering bestaat uit de koning en de ministers. De ministers en staatssecretarissen
vormen het kabinet. De Staten-Generaal is de Eerste en de Tweede Kamer samen.
