Samenvatting Inleiding Sport en Recht H1, H2, H3, H5

Inleiding Sport en Recht
Hoofdstuk 1 Regels in de sport

1.1

Privaatrecht Publiekrecht Publiekrecht Publiekrecht
Bestuursrecht Strafrecht Staatsrecht
Arbeidsovereenkomsten Bouwvergunningen Mishandeling Grondrechten (vrijheid
Aansprakelijkheid Evenementenvergunnin Vernieling van vereniging, verbod
Verenigingsrecht g geweld op discriminatie
(tuchtrecht= alleen leden) Drank- en
horecavergunning

1.2
De vraag die gesteld moet worden bij keuze privaat of publieksrecht: Kan ik als burger het
ook doen? Ja, Privaat. Nee Publiek.
Voorbeeld: kan ik als burger een vergunning afgeven? Nee. Kan de burger een
arbeidsovereenkomst sluiten? Ja.

Privaatrecht (Ja)
- Regelt de verhouding tussen burgers onderling.
- Bevat aanvullend c.q. regelend recht. (bij een aantal is afwijken mogelijk) (niet
afwijkbaar voor bepalingen die zwakkere partijen beschermen deze hebben
dwingend recht)
- De burger treedt zelf handhavend op.
- Hoge kosten: ook de partij die in het gelijk wordt gesteld draagt een deel van de
kosten.

Publieksrecht (Nee)
- Regelt de verhouding tussen de overheid en de burger. (bestuurs-, straf- en
staatsrecht samen)
- Bevat met name dwingende recht.
- Afwijken van dwingend recht is niet toegestaan.
- De overheid treedt handhavend op.




1

,1.3
Privaatrechtelijke procedures
Kantonrechter:
 Privaatrechtelijke vorderingen (burenruzies, vorderingen op huurders, geldschulden)
 Vorderingen tot maximaal 25.000 euro.
 Behandeld vorderingen uit huurovereenkomsten, arbeidsovereenkomsten en
consumentenkoop ongeacht de hoogte van de vordering.
 Behandeld ontbindingen van arbeidsovereenkomsten.
 Behandeld ook overtredingen (dronkenschap, geen licht, hond niet aan de lijn.)

Vorderingen tot 25.000 euro worden behandeld door de kantonrechter. Net als vorderingen
uit huurovereenkomsten, arbeidsovereenkomsten en consumentenkoop, ongeacht de
hoogte van de vordering. Wanneer de gedaagde niet komt opdagen bij de rechtszitting zal
de rechter de eiser in het gelijk stellen, tenzij de vordering onrechtmatig of ongegrond is.

Bij verzet van de veroordeelde gaat dit naar de rechter die het oorspronkelijke vonnis heeft
gegeven. Verzet moet binnen 4 weken worden ingesteld nadat de veroordeelde op de
hoogte is gesteld van het vonnis. Bij een hoger beroep gaat het naar een andere hogere
rechter.

Een verzoekschriftprocedure is een gerechtelijke procedure die wordt ingeleid met het
indienen van een verzoekschrift bij een rechtbank. Daarmee onderscheidt het zich van
procedures die worden ingeleid met een dagvaarding of beroepschrift.
Schuldsanering en faillissement moeten worden aangevraagd d.m.v. een verzoekschrift bij
de rechtbank en ontbinding van een arbeidsovereenkomst moet worden verzocht bij de
kantonrechter. In alle gevallen waarin de wet niet aangeeft dat van een
verzoekschriftprocedure gebruik gemaakt moet worden, gebeurt het aanhangig maken van
een zaak d.m.v. een dagvaarding.

Als de vordering lager is dan 1750 euro is er geen hoger beroep mogelijk.
Na het hoger beroep is het mogelijk om in cassatie te gaan bij de Hoge raad. Cassatie is het
vernietigen van een vonnis. In cassatie is het alleen mogelijk te klagen over verzuim van
vormen of onjuiste toepassing van recht. Je kan niet klagen over feiten.

Absolute competentie: Bij welke rechter moet ik zijn?
De absolute competente is een juridisch begrip waarmee wordt aangeduid welke rechter
bevoegd is om kennis te nemen van een bepaalde zaak.




2

, Verloop privaatrechtelijke procedure

Hoge
raad
Cassatie




Gerechtshof
(hoger
beroep)




Rechtbank alle kantonrechter <25.000, arbeid,
vorderingen huur, consumentenkoop

Relatieve competentie: in welke plaats moet ik zijn? Hoofdregel is: Wie eist die reist. Naast
de rechter in de woonplaats van de gedaagde is ook een rechter in de plaats waar de
onrechtmatige daad plaatsvond bevoegd.
Kort geding: Geeft voor spoedeisende gevallen de mogelijkheid om de zaak op korte termijn
voor de rechter te brengen door een kort geding. De eiser is verplicht een advocaat te
nemen, de gedaagde niet.

Een vonnis kan pas ten uitvoer worden gelegd als het de kracht van gewijsde krijgt. Dit is pas
als het termijn voor het instellen van het rechtsmiddel is verstreken. De termijn voor het
instellen van hoger beroep is 3 maanden. Indien de eiser het vonnis onmiddellijk wil kunnen
gebruiken moet hij de rechter verzoeken het vonnis “uitvoerbaar bij voorraad te verklaren”.
Dit wordt bij een kortgeding altijd gedaan, bij een normale procedure kan dat worden
verzocht maar hoeft niet.

Publiekrechtelijke procedures
Belangrijkste wet op het gebied van publiekrecht is de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Dit is te vergelijken met het Burgerlijk Wetboek (BW) op het gebied van privaatrecht. De
Awb regelt zowel het formele (=procesrecht) als het materiële (=inhoudelijke)
bestuursrecht. In het BW wordt alleen het materiële privaatrecht geregeld.
In de Awb staat dat de overheid zorgvuldig en niet willekeurig moet handelen. Ook staat
hierin de juridische procedure die gevolgd moet worden als een burger het niet eens is met
het besluit van de overheid. Een besluit in de zin van de Awb is een schriftelijke beslissing
afkomstig van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke beslissing afkomstig
van een bestuursorgaan.
Na beroep bij de rechtbank is hoger beroep bij de Raad van State mogelijk, tenzij hoger
beroep moet worden ingesteld bij de Centrale Raad van Beroep, dit is de hoogste rechter als
het gaat om ambtenarenrecht en uitkeringen.


3