Uitwerkingen leerdoelen bijeenkomst 11 Inleiding straf- en strafprocesrecht

BIJEENKOMST 11 STRAFRECHT
 Welke strafuitsluitingsgronden zijn er en waar staan ze?  Maak er een schema bij

Casus 1
 Om welk strafbaar feit gaat het?
Artikel 350 lid 1 Sr Art. 352
Hij die opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielt,
beschadigt, onbruikbaar maakt of wegmaakt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of
geldboete van de vierde categorie.


 Staan hier bestanddelen in of niet?
Hij die opzettelijk en wederrechtelijk enig goed …

 Is er een strafuitsluitingsgrond?
Ja, er is sprake van een rechtvaardigingsgrond namelijk overmacht door
noodtoestand.

 Tot welke einduitspraak leidt dit (vrijspraak/OVAR)
Dit leidt tot vrijspraak, omdat het woord wederrechtelijk in de tenlastelegging zit. Er
is sprake van een rechtvaardigingsgrond (noodweer) en dit haalt de
wederrechtelijkheid weg, waardoor de tenlastelegging niet bewezen kan worden
verklaard en er vrijspraak volgt.

 Hoe ver mag je gaan om iemands leven te redden? Kijk naar verschillen bij brand of
geweldssituatie?
De maatschappelijke plicht is belangrijker in dit geval, en daarom is er sprake van
psychische overmacht.  Bij noodtoestand gaat het om een belangenconflict!
In de rechtspraak en literatuur over noodweer van de afgelopen
jaren lag de nadruk met name op de vragen of van de verdachte kon
worden gevergd zich aan de aanval te onttrekken (subsidiariteit) en
of zijn mate van anterieure verwijtbaarheid (culpa in causa) groot
genoeg was om zijn beroep op noodweer(exces) te verwerpen.
- Waar gaat het om?
- Welke strafuitsluitingsgrond?
- Neemt wederrechtelijkheid of schuld weg?
- Welke grondslag heeft de strafuitsluitingsgrond
- Welk artikel is het delict?
- Kijk naar delictsomschrijving
- Ook proportionaliteit en subsidiariteit noemen

, Casus 2
a.
 Om welk strafbaar feit gaat het?
Art. 246 Sr Misdrijven tegen zeden

Art. 302 Sr: Hij die aan een ander opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toebrengt,
wordt, als schuldig aan zware mishandeling, gestraft met gevangenisstraf van
ten hoogste acht jaren of geldboete van de vijfde categorie.

 Staan in dit strafbaar feit bestanddelen of niet?
Schuldig aan zware mishandeling

 Is er een strafuitsluitingsgrond en zo ja welke?
Noodweerexces (art. 41 lid 2)
 Tot welke einduitspraak leidt dit (vrijspraak/OVAR)
Het woord schuld staat in de tenlastelegging, dus ik denk Vrijspraak.

b.
 Om welk strafbaar feit gaat het
Art. 307 dood door schuld.


 Staan in dit strafbaar feit bestanddelen of niet
Nee

 Is er een strafuitsluitingsgrond en zo ja welke
Er is geen strafuitsluitingsgrond.
 want voor noodweer /noodweerexces is er geen sprake van een ogenblikkelijke
wederrechtelijke aanranding.

 Tot welke einduitspraak leidt dit (vrijspraak/OVAR)
Vraag 3: is de verdachte strafbaar?
Door overmacht art. 40 is de verdachte niet strafbaar en volgt er ontslag van alle
rechtsvervolging

c.
 Om welk strafbaar feit gaat het
Art. 287 Sr Hij die opzettelijk een ander van het leven berooft, wordt, als
schuldig aan doodslag, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vijftien
jaren of geldboete van de vijfde categorie. –> In dit geval is schuldig geen
bestanddeel van de delictsomschrijving.

 Staan in dit strafbaar feit bestanddelen of niet
Schuldig

 Is er een strafuitsluitingsgrond en zo ja welke
Geen schulduitsluitingsgrond