Medische Psychologie: Ziekteleer
Algemene Blok
Werkcollege 1 t/m 4
Tessa Faber
2018-2019
,Werkcollege 1 & 2
De slijtende mens
Vergrijzing: we worden allemaal steeds ouder. Dit betekent ook veel voor de maatschappij.
Er is een sterke toename van het aantal 65 plussers, dit aantal zal blijven stijgen.
Ook de zorgkosten zijn aan het stijgen. Er komen nieuwe technieken die ook duurder zijn.
We worden dus ouder en kunnen steeds meer, waardoor we ook weer ouder worden.
Curatieve zorg: ervoor zorgen dat mensen beter worden. Bij de ouderenzorg is Nederland
hierin een van de duurste.
Het oog
Bestaat uit een hoop zenuwen die naar de hersenen toe
gaan. De zenuwen komen samen in de blinde vlek. De gele
vlek, daar zitten geen zenuwen, daarmee zie je veel. De
zenuwen lopen over het netvlies heen. Het licht dat door
de lens heen komt gaat door de zenuwen door en komt op
het netvlies, daar worden pulsen gemaakt die naar de
hersenen gaan en vertaald worden naar een beeld.
Bij het verouderen van het oog:
- De lens vervormt omdat spieren eraan trekken en duwen, wanneer de lens verstijft
kan dit minder goed. Waardoor ze minder goed van dichtbij naar veraf kunnen.
- Ook kan de lens troebel worden (staar). Dit kan verholpen worden door te opereren.
- De zenuwen gaan ook minder functioneren, dus men gaat ook minder zien.
- Ook kan men bloedvatproblemen krijgen in het oog. Uiteindelijk kan je daarbij blind
worden.
-> Verstijving van de lens > moeite met scherpstellen op voorwerpen op korte afstand.
-> Netvlies is minder gevoelig voor licht > moeite met zien bij zwak licht.
-> Staar > licht komt moeilijker door de lens > moeite met zien bij zwak licht.
-> Pupillen reageren trager > moeite met snelle aanpassing aan veranderingen in
lichtsterkte.
, De hersenen
- De hersencapaciteit neemt af.
- Bloedtoevoer verminderd, hierdoor kan flauwvallen vaker optreden.
- Verandering van gehalten van veel chemische stoffen -> verwardheid treedt vaker
op.
- Verminderd functioneren van het centrale zenuwstelsel -> geestelijk functioneren
gaat achteruit en bijv. het vermogen om het evenwicht goed te bewaren en goed te
lopen neemt af.
De oren
Naarmate we ouder worden zijn we minder goed in staat om hoge frequenties te horen. Dit
heeft als gevolg meer moeite met het verstaan van stemmen.
Het hart
(De longslagader bevat zuurstofarm bloed en de longader bevat zuurstofrijk bloed.)
Bij het hart kunnen ook slijtage problemen ontstaan:
Hartkleppen kunnen minder goed gaan sluiten. Dit kan zorgen voor het lekken. Als de
linkerkleppen het niet goed doen, blijft er bloed over in de kamer, hierdoor kan men
vermoeid raken.
Aan de rechterkant maakt het uit welke problemen er ontstaan aan de hand van met welke
kleppen er een probleem is. Alles waar het bloed vandaan moet kan gezwollen raken
wanneer de klep lekt tussen de holle ader en de boezem (het bloed kan dan terug het
lichaam in gaan wat zorgt voor stuwing in het lichaam, van bijvoorbeeld lever en benen).
Wanneer de klep tussen boezem en hart lekt dan gaat het bloed niet goed richting de
longen.
-> Verminderde versnelling van de hartslag > flauwvallen treedt vaker op.
-> Afname maximaal hartminuutvolume > minder goed in staat om inspannende activiteiten
uit te voeren.
-> Verstijving van hartspieren > hartfalen treedt vaker op.
-> Verminderde reactie op bepaalde stimulerende prikkels > verminderde toename van
hartslag.
De longen
Minder makkelijk heen en weer bewegen. Er kan minder goed zuurstof opgenomen worden.
-> Minder luchtverplaatsing bij iedere ademhaling > minder goed in staat om inspannende
activiteiten uit te voeren.
-> Minder zuurstof afgestaan aan het bloed> moeite met ademhalen op grote hoogten.
Het bloed
Bloed maakt minder rode bloedcellen aan, deze zijn belangrijk voor de zuurstof. Er is een
verminderde reactie op bloedverlies of lage zuurstofwaarde. Er kan dus bloedarmoede
ontstaan. Er komt een verminderde capaciteit om stress het hoofd te bieden.
Algemene Blok
Werkcollege 1 t/m 4
Tessa Faber
2018-2019
,Werkcollege 1 & 2
De slijtende mens
Vergrijzing: we worden allemaal steeds ouder. Dit betekent ook veel voor de maatschappij.
Er is een sterke toename van het aantal 65 plussers, dit aantal zal blijven stijgen.
Ook de zorgkosten zijn aan het stijgen. Er komen nieuwe technieken die ook duurder zijn.
We worden dus ouder en kunnen steeds meer, waardoor we ook weer ouder worden.
Curatieve zorg: ervoor zorgen dat mensen beter worden. Bij de ouderenzorg is Nederland
hierin een van de duurste.
Het oog
Bestaat uit een hoop zenuwen die naar de hersenen toe
gaan. De zenuwen komen samen in de blinde vlek. De gele
vlek, daar zitten geen zenuwen, daarmee zie je veel. De
zenuwen lopen over het netvlies heen. Het licht dat door
de lens heen komt gaat door de zenuwen door en komt op
het netvlies, daar worden pulsen gemaakt die naar de
hersenen gaan en vertaald worden naar een beeld.
Bij het verouderen van het oog:
- De lens vervormt omdat spieren eraan trekken en duwen, wanneer de lens verstijft
kan dit minder goed. Waardoor ze minder goed van dichtbij naar veraf kunnen.
- Ook kan de lens troebel worden (staar). Dit kan verholpen worden door te opereren.
- De zenuwen gaan ook minder functioneren, dus men gaat ook minder zien.
- Ook kan men bloedvatproblemen krijgen in het oog. Uiteindelijk kan je daarbij blind
worden.
-> Verstijving van de lens > moeite met scherpstellen op voorwerpen op korte afstand.
-> Netvlies is minder gevoelig voor licht > moeite met zien bij zwak licht.
-> Staar > licht komt moeilijker door de lens > moeite met zien bij zwak licht.
-> Pupillen reageren trager > moeite met snelle aanpassing aan veranderingen in
lichtsterkte.
, De hersenen
- De hersencapaciteit neemt af.
- Bloedtoevoer verminderd, hierdoor kan flauwvallen vaker optreden.
- Verandering van gehalten van veel chemische stoffen -> verwardheid treedt vaker
op.
- Verminderd functioneren van het centrale zenuwstelsel -> geestelijk functioneren
gaat achteruit en bijv. het vermogen om het evenwicht goed te bewaren en goed te
lopen neemt af.
De oren
Naarmate we ouder worden zijn we minder goed in staat om hoge frequenties te horen. Dit
heeft als gevolg meer moeite met het verstaan van stemmen.
Het hart
(De longslagader bevat zuurstofarm bloed en de longader bevat zuurstofrijk bloed.)
Bij het hart kunnen ook slijtage problemen ontstaan:
Hartkleppen kunnen minder goed gaan sluiten. Dit kan zorgen voor het lekken. Als de
linkerkleppen het niet goed doen, blijft er bloed over in de kamer, hierdoor kan men
vermoeid raken.
Aan de rechterkant maakt het uit welke problemen er ontstaan aan de hand van met welke
kleppen er een probleem is. Alles waar het bloed vandaan moet kan gezwollen raken
wanneer de klep lekt tussen de holle ader en de boezem (het bloed kan dan terug het
lichaam in gaan wat zorgt voor stuwing in het lichaam, van bijvoorbeeld lever en benen).
Wanneer de klep tussen boezem en hart lekt dan gaat het bloed niet goed richting de
longen.
-> Verminderde versnelling van de hartslag > flauwvallen treedt vaker op.
-> Afname maximaal hartminuutvolume > minder goed in staat om inspannende activiteiten
uit te voeren.
-> Verstijving van hartspieren > hartfalen treedt vaker op.
-> Verminderde reactie op bepaalde stimulerende prikkels > verminderde toename van
hartslag.
De longen
Minder makkelijk heen en weer bewegen. Er kan minder goed zuurstof opgenomen worden.
-> Minder luchtverplaatsing bij iedere ademhaling > minder goed in staat om inspannende
activiteiten uit te voeren.
-> Minder zuurstof afgestaan aan het bloed> moeite met ademhalen op grote hoogten.
Het bloed
Bloed maakt minder rode bloedcellen aan, deze zijn belangrijk voor de zuurstof. Er is een
verminderde reactie op bloedverlies of lage zuurstofwaarde. Er kan dus bloedarmoede
ontstaan. Er komt een verminderde capaciteit om stress het hoofd te bieden.
